JOHANNESEVANGELIE hoofdstuk 17 , Joh 17 -
- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -
- Joh 17,11b-19 -
Joh 17,20-26 -

- bijbeloverzicht per pericope - bijbeloverzicht per vers - bijbeloverzicht : liturgisch gebruik - bijbeloverzicht : woordgebruik -- A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z -- bijbeloverzicht : commentaar -

Overzicht van het N.T. : NT : overzicht , NT : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , NT : commentaar ,

Joh : overzicht , Joh : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Joh : commentaar ,

Overzicht van het Johannesevangelie : Joh 1 , Joh 2 , Joh 3 , Joh 4 , Joh 5 , Joh 6 , Joh 7 , Joh 8 , Joh 9 , Joh 10 , Joh 11 , Joh 12 , Joh 13 , Joh 14 , Joh 15 , Joh 16 , Joh 17 , Joh 18 , Joh 19 , Joh 20 , Joh 21 ,

  Joh 1 Joh 2 Joh 3 Joh 4 Joh 5 Joh 6 Joh 7 Joh 8 Joh 9 Joh 10 Joh 11 Joh 12 Joh 13 Joh 14 Joh 15 Joh 16 Joh 17 Joh 18 Joh 19 Joh 20 Joh 21
                                           

Tekstuitleg - Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -

Pericope :
- Joh 17,1-26 : Afscheidsgebed van Jezus .


Religie.opzijnbest.nl
ZOEKEN OP DEZE WEBSITE
PicoSearch
  Hulp
Verzorgd door PicoSearch
 
 
 
1. LXX , Griekse tekst N.T.   2. Vulgata   3. Synopsis Denaux - Vervenne  4. Statenvertaling   5. Willibrordvertaling   6. Nieuwe Vertaling   7. Naardense vertaling , zie
8. Bible de Jérusalem 9. Statenvertaling   10. King James Bible  - King James Bible 11. Luther-Bibel   liturgische lezing      

WEDERKERIGHEID (DIVERSITEIT - VICE VERSA)
websitenamen : http://users.telenet.be/arseen.de.kesel/ en http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.htm . WEBLOG : BIJBELLEERHUIS
- STARTPAGINA - AGENDA - BIJ DE HAND - NIEUW - OVERZICHT -  TIJDSCHRIFTEN -
ALFABETISCH OVERZICHT VAN THEMA'S EN WEBSITES :
JAARTAL - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z
HOOFDTHEMA'S : allochtonen , armoede , bahá'í ,  bezinningsteksten , bijbel , bijbel en koran , boeddhisme , christendom , extreemrechts (Vlaams Blok) , fundamentalisme , globalisering en antiglobalisering ,  hindoeïsme , interlevensbeschouwelijke dialoog , interreligieuze meditatie , islam , jodendom , koran , levensbeschouwing , levensbeschouwing / godsdienst en onderwijs , migratie , mystiek , racisme , samenleving , sikhisme , spiritualiteit , tewerkstelling van allochtonen , vluchtelingen en asielzoekers , vrijzinnigheid , witte scholen , multiculturele scholen en concentratiescholen , Eigen-zinnige beschouwingen , Het kleine of grote ongenoegen -

Bibliografie
Literatuur
Liturgisch gebruik
- Joh 17,11b-19 : 7de (zevende) paaszondag B .
- Joh 17,20-26 : 7de (zevende) paaszondag C .

Overzicht van de bijbelboeken
-
bijbeloverzicht , taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Oude Testament , Pentateuch , Historische boeken , Profeten , Wijsheidsboeken , NT : overzicht , Evangelies , Synoptici , Brieven

-
OT : Gn (Genesis ) , Ex (Exodus) , Lv (Leviticus) , Nu (Numeri) , Dt (Deuteronomium) , Joz (Jozua) , Re (Rechters) , Rt (Ruth) , 1 S (1 Samuël) , 2 S (2 Samuël) , 1 K (1 Koningen) , 2 K (2 Koningen) , 1 Kr ( 1 Kronieken) , 2 Kr (2 Kronieken) , Ezr (Ezra) , Neh (Nehemia) , Tob (Tobia) , Jdt (Judith) , Est (Esther) , 1 Mak (1 Makkabeeën) , 2 Mak (2 Makkabeeën) , Job , Ps (Psalmen ) , Spr (Spreuken) , Pr (Prediker) , Hl (Hooglied) , W (Wijsheid) , Sir (Sirach) , Js (Jesaja) , Jr (Jeremia) , Kl (Klaagliederen) , Bar (Baruch) , Ez (Ezechiël) , Da (Daniël) , Hos (Hosea) , Jl (Joël) , Am (Amos) , Ob (Obadja) , Jon (Jona) , Mi (Micha) , Nah (Nahum) , Hab (Habakuk) , Sef (Sefanja) , Hag (Haggai) , Zach (Zacharia) , Mal (Maleachi) .
- NT : Mt (Matteüs) - Mc (Marcus) - Lc (Lucas) - Joh (Johannes) - Hnd (Handelingen) , Rom (Rome) , 1 Kor (Korinte) , 2 Kor (Korinte) , Gal (Galatië) , Ef (Efese) , Fil (Filippi) , Kol (Kolosse) , 1 Tes (Tessalonika) , 2 Tes (Tessalonika) , 1 Tim (Timoteüs) , 2 Tim (Timoteüs) , Tit (Titus) , Film (Filemon) , Heb (Hebreeën) , Jak (Jakobus) , 1 Pe (Petrus) , 2 Pe (Petrus) , 1 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , Jud (Judas) , Apk (Apokalyps) .
Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken : - bibliografie bijbel - bibliografie van het Oude Testament - bibliografie Matteüsevangelie - bibliografie Marcusevangelie - bibliografie Lucasevangelie - bibliografie van het Johannesevangelie - bibliografie van het Nieuwe Testament (behalve evangeliën)


Afscheidsgebed van Jezus : Joh 17,1-26 - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -

Joh 17,1 - Joh 17,1 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:1 tauta elalèsen ièsous kai eparas tous ofthalmous autou eis ton ouranon eipen pater elèluthen è ôra doxason sou ton uion ina o uios doxasè se  1 haec locutus est Iesus et sublevatis oculis in caelum dixit Pater venit hora clarifica Filium tuum ut Filius tuus clarificet te   1 Dit heeft Jezus gesproken, en Hij hief Zijn ogen op naar den hemel, en zeide: Vader, de ure is gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon U verheerlijke.     [1] Na deze toespraak sloeg Jezus zijn ogen op naar de hemel en bad: ‘Vader, het uur is gekomen! Verheerlijk* uw Zoon, opdat uw Zoon U verheerlijkt.   [1] Zo sprak hij. Daarna sloeg Jezus zijn ogen op naar de hemel en zei: ‘Vader, nu is de tijd gekomen, toon nu de grootheid van uw Zoon, dan zal de Zoon uw grootheid tonen.  1 ¶ Als Jezus dit alles heeft uitgesproken heft hij zijn ogen ten hemel en zegt: Vader, het uur is gekomen; verheerlijk uw Zoon, opdat uw Zoon ú mag verheerlijken,   1. Ainsi parla Jésus, et levant les yeux au ciel, il dit : « Père, l'heure est venue : glorifie ton Fils, afin que ton Fils te glorifie  

King James Bible . [1] These words spake Jesus, and lifted up his eyes to heaven, and said, Father, the hour is come; glorify thy Son, that thy Son also may glorify thee:
Luther-Bibel . 17 1 So redete Jesus und hob seine Augen auf zum Himmel und sprach: Vater, die Stunde ist da: verherrliche deinen Sohn, damit der Sohn dich verherrliche;

Tekstuitleg van Joh 17,1 .

Joh 17,2 - Joh 17,2 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:2 kathôs edôkas autô exousian pasès sarkos ina pan o dedôkas autô | dôsei | dôsè | autois zôèn aiônion  2 sicut dedisti ei potestatem omnis carnis ut omne quod dedisti ei det eis vitam aeternam  2 Gelijkerwijs Gij Hem macht gegeven hebt over alle vlees, opdat al wat Gij Hem gegeven hebt, Hij hun het eeuwige leven geve.     [2] Laat Hem, krachtens de macht die U Hem gegeven hebt over alle mensen, eeuwig leven schenken aan al degenen die U aan Hem hebt toevertrouwd.   [2] Hij heeft van u macht over alle mensen ontvangen, de macht om iedereen die u hem gegeven hebt het eeuwige leven te schenken.   2 en, nu gij hem zeggenschap hebt gegeven over alle vlees, dat hij aan hen mag geven al wat gij gegeven hebt aan hem: eeuwig leven!   2. et que, selon le pouvoir que tu lui as donné sur toute chair, il donne la vie éternelle à tous ceux que tu lui as donnés ! 

King James Bible . [2] As thou hast given him power over all flesh, that he should give eternal life to as many as thou hast given him.
Luther-Bibel . 2 denn du hast ihm Macht gegeben über alle Menschen, damit er das ewige Leben gebe allen, die du ihm gegeben hast.

Tekstuitleg van Joh 17,2 .

Joh 17,3 - Joh 17,3 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:3 hautè de estin hè aiônios zôè ina ginôskôsin se ton monon alèthinon theon kai hon apesteilas Ièsoun Christon  3 haec est autem vita aeterna ut cognoscant te solum verum Deum et quem misisti Iesum Christum   3 En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den enigen waarachtigen God, en Jezus Christus, Dien Gij gezonden hebt.     [3] Eeuwig leven! Dat betekent dat ze U, de enige waarachtige God, leren kennen*, en ook degene die U gezonden hebt: Jezus Christus.   [3] Het eeuwige leven, dat is dat zij u kennen, de enige ware God, en hem die u gezonden hebt, Jezus Christus.   3 En dit ís het eeuwige leven: dat zij ú kennen, de eeuwige, waarachtige God, én hem die gij gezonden hebt,– Jezus de Christus.   3. Or, la vie éternelle, c'est qu'ils te connaissent, toi, le seul véritable Dieu, et celui que tu as envoyé, Jésus-Christ.  

King James Bible . [3] And this is life eternal, that they might know thee the only true God, and Jesus Christ, whom thou hast sent.
Luther-Bibel . 3 Das ist aber das ewige Leben, dass sie dich, der du allein wahrer Gott bist, und den du gesandt hast, Jesus Christus, erkennen.

Tekstuitleg van Joh 17,3 .

Joh 17,4 - Joh 17,4 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:4 egô se edoxasa epi tès gès to ergon teleiôsas o dedôkas moi ina poièsô   4 ego te clarificavi super terram opus consummavi quod dedisti mihi ut faciam  4 Ik heb U verheerlijkt op de aarde; Ik heb voleindigd het werk, dat Gij Mij gegeven hebt om te doen;     [4] Ik heb U op aarde verheerlijkt door het werk te volbrengen dat U Mij te doen hebt gegeven.   [4] Ik heb op aarde uw grootheid getoond door het werk te volbrengen dat u mij opgedragen hebt.   4 Ik heb u op aarde verheerlijkt door het werk te voltooien dat gij mij te doen hebt gegeven;  4. Je t'ai glorifié sur la terre, en menant à bonne fin l'œuvre que tu m'as donné de faire.  

King James Bible . [4] I have glorified thee on the earth: I have finished the work which thou gavest me to do.
Luther-Bibel . 4 Ich habe dich verherrlicht auf Erden und das Werk vollendet, das du mir gegeben hast, damit ich es tue.

Tekstuitleg van Joh 17,4 .

Joh 17,5 - Joh 17,5 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:5 kai nun doxason me su pater para seautô tè doxè è eichon pro tou ton kosmon einai para soi 5 et nunc clarifica me tu Pater apud temet ipsum claritatem quam habui priusquam mundus esset apud te   5 En nu verheerlijk Mij, Gij Vader, bij Uzelven, met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was.    [5] Verheerlijk Mij nu, Vader, aan uw zijde, en bekleed Mij met de heerlijkheid die Ik bij U bezat voordat* de wereld bestond.   [5] Vader, verhef mij nu tot uw majesteit, tot de grootheid die ik bij u had voordat de wereld bestond.   5 verheerlijk nu gij mij, Vader, daar bij uzelf, met de heerlijkheid die ik had bij u voordat de wereld was.  5. Et maintenant, Père, glorifie-moi auprès de toi de la gloire que j'avais auprès de toi, avant que fût le monde.  

King James Bible . [5] And now, O Father, glorify thou me with thine own self with the glory which I had with thee before the world was.
Luther-Bibel . 5 Und nun, Vater, verherrliche du mich bei dir mit der Herrlichkeit, die ich bei dir hatte, ehe die Welt war.

Tekstuitleg van Joh 17,5 .

Joh 17,6 - Joh 17,6 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:6 efanerôsa sou to onoma tois anthrôpois ous edôkas moi ek tou kosmou soi èsan kamoi autous edôkas kai ton logon sou tetèrèkan  6 manifestavi nomen tuum hominibus quos dedisti mihi de mundo tui erant et mihi eos dedisti et sermonem tuum servaverunt   6 Ik heb Uw Naam geopenbaard den mensen, die Gij Mij uit de wereld gegeven hebt. Zij waren Uw, en Gij hebt Mij dezelve gegeven; en zij hebben Uw woord bewaard.    [6] Ik* heb uw naam geopenbaard aan de mensen* uit de wereld, die U Mij had toevertrouwd. Ze waren van U, en U hebt hen aan Mij toevertrouwd. Ze hebben uw woord ter harte genomen.   [6] Ik heb aan de mensen die u mij uit de wereld gegeven hebt uw naam bekendgemaakt. Zij waren van u, maar u hebt hen aan mij gegeven. Ze hebben uw woord bewaard,   6 ¶ Uw naam heb ik geopenbaard aan de mensen die gij mij hebt gegeven uit de wereld; zij waren van u en gij hebt ze aan mij gegeven; zij hebben zich aan uw woord gehouden  6. J'ai manifesté ton nom aux hommes, que tu as tirés du monde pour me les donner. Ils étaient à toi et tu me les as donnés et ils ont gardé ta parole.  

King James Bible . [6] I have manifested thy name unto the men which thou gavest me out of the world: thine they were, and thou gavest them me; and they have kept thy word.
Luther-Bibel . 6 Ich habe deinen Namen den Menschen offenbart, die du mir aus der Welt gegeben hast. Sie waren dein und du hast sie mir gegeben, und sie haben dein Wort bewahrt.

Tekstuitleg van Joh 17,6 .

Joh 17,7 - Joh 17,7 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:7 nun egnôkan oti panta osa | edôkas | dedôkas | moi para sou eisin  7 nunc cognoverunt quia omnia quae dedisti mihi abs te sunt  7 Nu hebben zij bekend, dat alles, wat Gij Mij gegeven hebt, van U is.     [7] Nu erkennen ze dat alles wat U Mij gegeven hebt, van U komt.   [7] en nu begrijpen ze dat alles wat u mij hebt gegeven, van u komt.  7 en nu erkennen zij dat alles wat gij mij hebt gegeven van bij u is,   7. Maintenant ils ont reconnu que tout ce que tu m'as donné vient de toi ;  

King James Bible . [7] Now they have known that all things whatsoever thou hast given me are of thee.
Luther-Bibel . 7 Nun wissen sie, dass alles, was du mir gegeben hast, von dir kommt.

Tekstuitleg van Joh 17,7 .

Joh 17,8 - Joh 17,8 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:8 oti ta rèmata a edôkas moi dedôka autois kai autoi elabon kai egnôsan alèthôs oti para sou exèlthon kai episteusan oti su me apesteilas  8 quia verba quae dedisti mihi dedi eis et ipsi acceperunt et cognoverunt vere quia a te exivi et crediderunt quia tu me misisti  8 Want de woorden, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven, en zij hebben ze ontvangen, en zij hebben waarlijk bekend, dat Ik van U uitgegaan ben, en hebben geloofd, dat Gij Mij gezonden hebt.    [8] Want de woorden die U Mij gegeven had, heb Ik aan hen doorgegeven, en zij hebben die aangenomen: ze hebben naar waarheid erkend dat Ik van U ben uitgegaan; ze hebben geloofd dat U Mij hebt gezonden.   [8] Ik heb de woorden die ik van u ontvangen heb aan hen doorgegeven, zij hebben ze aanvaard en nu weten ze echt dat ik van u gekomen ben, en ze geloven dat u mij hebt gezonden.   8 want de dingen die gij mij hebt gegeven heb ik gegeven aan hen, en zij hebben ze aangenomen en hebben waarachtig erkend dat ik van bij u ben uitgegaan: zij vertrouwen erop dat gij mij hebt gezonden.  8. car les paroles que tu m'as données, je les leur ai données, et ils les ont accueillies et ils ont vraiment reconnu que je suis sorti d'auprès de toi, et ils ont cru que tu m'as envoyé. 

King James Bible . [8] For I have given unto them the words which thou gavest me; and they have received them, and have known surely that I came out from thee, and they have believed that thou didst send me.
Luther-Bibel . 8 Denn die Worte, die du mir gegeben hast, habe ich ihnen gegeben, und sie haben sie angenommen und wahrhaftig erkannt, dass ich von dir ausgegangen bin, und sie glauben, dass du mich gesandt hast.

Tekstuitleg van Joh 17,8 .

Joh 17,9 - Joh 17,9 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:9 egô peri autôn erôtô ou peri tou kosmou erôtô alla peri ôn dedôkas moi oti soi eisin  9 ego pro eis rogo non pro mundo rogo sed pro his quos dedisti mihi quia tui sunt   9 Ik bid voor hen; Ik bid niet voor de wereld, maar voor degenen, die Gij Mij gegeven hebt, want zij zijn Uw.     [9] Voor hen bid Ik. Niet* voor de wereld, maar voor hen die U Mij hebt toevertrouwd bid Ik, omdat ze de uwen zijn –   [9] Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor de mensen die u mij hebt gegeven, omdat zij van u zijn  9 Ik vraag alles voor hen; niet voor de wereld vraag ik het maar voor wie gij mij hebt gegeven, want ze zijn van u;   9. C'est pour eux que je prie ; je ne prie pas pour le monde, mais pour ceux que tu m'as donnés, car ils sont à toi,  

King James Bible . [9] I pray for them: I pray not for the world, but for them which thou hast given me; for they are thine.
Luther-Bibel . 9 Ich bitte für sie und bitte nicht für die Welt, sondern für die, die du mir gegeben hast; denn sie sind dein.

Tekstuitleg van Joh 17,9 .

Joh 17,10 - Joh 17,10 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:10 kai ta ema panta sa estin kai ta sa ema kai dedoxasmai en autois  10 et mea omnia tua sunt et tua mea sunt et clarificatus sum in eis   10 En al het Mijne is Uw, en het Uwe is Mijn; en Ik ben in hen verheerlijkt.     [10] al het mijne is trouwens het uwe en al het uwe is het mijne – en omdat in* hen mijn heerlijkheid zichtbaar is geworden.   [10] – alles wat van mij is, is van u, en alles wat van u is, is van mij – en omdat in hen mijn grootheid zichtbaar geworden is.   10 al het mijne is van u en het uwe is van mij; in hen ben ik verheerlijkt.   10. et tout ce qui est à moi est à toi, et tout ce qui est à toi est à moi, et je suis glorifié en eux.  

King James Bible . [10] And all mine are thine, and thine are mine; and I am glorified in them.
Luther-Bibel . 10 Und alles, was mein ist, das ist dein, und was dein ist, das ist mein; und ich bin in ihnen verherrlicht.

Tekstuitleg van Joh 17,10 .

Evangelie op de 7de (zevende) paaszondag B : Johannes 17,11b-19 . Verwijzing : Joh 17,11b-19 .

In die tijd sloeg Jezus zijn ogen ten hemel en bad: "Heilige Vader, bewaar in uw Naam hen die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij één mogen zijn zoals Wij. Toen Ik bij hen was bewaarde Ik in uw Naam hen die Gij Mij hebt gegeven. Ik heb over hen gewaakt en niemand van hen is verloren gegaan behalve de man des verderfs, want de Schrift moest vervuld worden. Maar nu kom Ik naar U toe en nog in de wereld zeg Ik dit, opdat zij mijn vreugde ten volle in zich zouden bezitten. Ik heb hun uw woord meegedeeld, maar de wereld heeft hen gehaat omdat zij niet van de wereld zijn zoals Ik niet van de wereld ben. Ik bid niet dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart voor het kwaad. Zij zijn niet van de wereld zoals Ik niet van de wereld ben. Wijd hen U toe in de waarheid. Uw woord is waarheid. Zoals Gij Mij in de wereld gezonden hebt zo zend Ik hen in de wereld, en omwille van hen wijd Ik Mij aan U, opdat ook zij in de waarheid aan U toegewijd mogen zijn."

Joh 17,11 - Joh 17,11 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:11 kai ouketi eimi en tô kosmô kai autoi en tô kosmô eisin kagô pros se erchomai pater agie tèrèson autous en tô onomati sou ô dedôkas moi ina ôsin en kathôs èmeis  11 et iam non sum in mundo et hii in mundo sunt et ego ad te venio Pater sancte serva eos in nomine tuo quos dedisti mihi ut sint unum sicut et nos   11 En Ik ben niet meer in de wereld, maar deze zijn in de wereld, en Ik kome tot U, Heilige Vader, bewaar ze in Uw Naam, die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij een zijn, gelijk als Wij.   In die tijd sloeg Jezus zijn ogen ten hemel en bad: "Heilige Vader, bewaar in uw Naam hen die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij één mogen zijn zoals Wij.   [11] Ik ben al niet meer in de wereld, maar zij, zij blijven in de wereld achter, terwijl Ik naar U toe kom. Heilige Vader, bewaar* hen in uw naam, die U Mij hebt toevertrouwd, opdat ze één mogen zijn zoals Wij.   [11] Ik ben al niet meer in de wereld, ik ga naar u toe, maar zij blijven wel in de wereld. Heilige Vader, bewaar hen door uw naam, de naam die u ook aan mij gegeven hebt, zodat zij één zijn zoals wij één zijn.   11 ¶ Ik ben niet meer in de wereld, zij zijn in de wereld en ik kom tot u. Heilige Vader, houd hen die gij mij hebt gegeven, één met uw naam, opdat zij één zijn zoals wij.  11. Je ne suis plus dans le monde ; eux sont dans le monde, et moi, je viens vers toi. Père saint, garde-les dans ton nom que tu m'as donné, pour qu'ils soient un comme nous.  

King James Bible . [11] And now I am no more in the world, but these are in the world, and I come to thee. Holy Father, keep through thine own name those whom thou hast given me, that they may be one, as we are.
Luther-Bibel . 11 Ich bin nicht mehr in der Welt; sie aber sind in der Welt, und ich komme zu dir. Heiliger Vater, erhalte sie in deinem Namen, den du mir gegeben hast, dass sie eins seien wie wir.

Tekstuitleg van Joh 17,11 .

Joh 17,12 - Joh 17,12 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:12 ote èmèn met autôn egô etèroun autous en tô onomati sou ô dedôkas moi kai efulaxa kai oudeis ex autôn apôleto ei mè o uios tès apôleias ina è grafè plèrôthè   12 cum essem cum eis ego servabam eos in nomine tuo quos dedisti mihi custodivi et nemo ex his perivit nisi filius perditionis ut scriptura impleatur   12 Toen Ik met hen in de wereld was, bewaarde Ik ze in Uw Naam. Die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik bewaard, en niemand uit hen is verloren gegaan, dan de zoon der verderfenis, opdat de Schrift vervuld worde.   Toen Ik bij hen was bewaarde Ik in uw Naam hen die Gij Mij hebt gegeven. Ik heb over hen gewaakt en niemand van hen is verloren gegaan behalve de man des verderfs, want de Schrift moest vervuld worden.   [12] Zolang Ik bij hen was, was het mijn taak hen te bewaren in uw naam, die naam die U Mij hebt toevertrouwd; Ik heb over hen gewaakt, en geen van hen is verloren gegaan, behalve degene die verloren moest gaan, opdat de Schrift in vervulling zou gaan.  [12] Zolang ik bij hen was heb ik hen door uw naam, die u mij gegeven hebt, bewaard en over hen gewaakt: geen van hen is verloren gegaan behalve hij die verloren moest gaan, opdat de Schrift in vervulling ging.   12 Zolang ik bij hen was heb ik hen die gij mij hebt gegeven één gehouden met uw naam: ik heb gewaakt en niemand van hen is verloren gegaan behalve de zoon der verlorenheid, en zo wordt de Schrift vervuld;   12. Quand j'étais avec eux, je les gardais dans ton nom que tu m'as donné. J'ai veillé et aucun d'eux ne s'est perdu, sauf le fils de perdition, afin que l'Écriture fût accomplie.  

King James Bible . [12] While I was with them in the world, I kept them in thy name: those that thou gavest me I have kept, and none of them is lost, but the son of perdition; that the scripture might be fulfilled.
Luther-Bibel . 12 Solange ich bei ihnen war, erhielt ich sie in deinem Namen, den du mir gegeben hast, und ich habe sie bewahrt, und keiner von ihnen ist verloren außer dem Sohn des Verderbens, damit die Schrift erfüllt werde.

Tekstuitleg van Joh 17,12

1. efulaxa (ik heb behoed) . In elf verzen in de bijbel . In acht verzen in het O.T. . In drie verzen in het N.T. : (1) Mt 19,20 . (2) Lc 18,21 . (3) Joh 17,12 .
- fulassantes (bewakende, hoedende) . In negentien verzen in de bijbel . In negentien verzen in de bijbel . In zeventien verzen in het O.T. . In twee verzen in het N.T. : (1) Lc 2,8 . (2) Lc 11,28 .

Joh 17,13 - Joh 17,13 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:13 nun de pros se erchomai kai tauta lalô en tô kosmô ina echôsin tèn charan tèn emèn peplèrômenèn en eautois   13 nunc autem ad te venio et haec loquor in mundo ut habeant gaudium meum impletum in semet ipsis   13 Maar nu kom Ik tot U, en spreek dit in de wereld, opdat zij Mijn blijdschap vervuld mogen hebben in zichzelven.   Maar nu kom Ik naar U toe en nog in de wereld zeg Ik dit, opdat zij mijn vreugde ten volle in zich zouden bezitten.   [13] Nu kom Ik naar U toe, maar terwijl Ik nog in de wereld ben, zeg Ik dit alles opdat ze volkomen vervuld mogen zijn van mijn vreugde.   [13] Nu kom ik naar u toe, en ik zeg dit terwijl ik nog in de wereld ben, opdat zij vervuld worden van mijn vreugde.   13 en nu kom ik tot u, en dit alles spreek ik uit in de wereld opdat zij mijn vreugde ten volle in zich mogen hebben.   13. Mais maintenant je viens vers toi et je parle ainsi dans le monde, afin qu'ils aient en eux-mêmes ma joie complète.  

King James Bible . [13] And now come I to thee; and these things I speak in the world, that they might have my joy fulfilled in themselves.
Luther-Bibel . 13 Nun aber komme ich zu dir und rede dies in der Welt, damit meine Freude in ihnen vollkommen sei.

Tekstuitleg van Joh 17,13 .

Joh 17,14 - Joh 17,14 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:14 egô dedôka autois ton logon sou kai o kosmos emisèsen autous oti ouk eisin ek tou kosmou kathôs egô ouk eimi ek tou kosmou   14 ego dedi eis sermonem tuum et mundus odio eos habuit quia non sunt de mundo sicut et ego non sum de mundo   14 Ik heb hun Uw woord gegeven; en de wereld heeft ze gehaat, omdat zij van de wereld niet zijn, gelijk als Ik van de wereld niet ben.   Ik heb hun uw woord meegedeeld, maar de wereld heeft hen gehaat omdat zij niet van de wereld zijn zoals Ik niet van de wereld ben.   [14] Ik heb hun uw woord doorgegeven, en de wereld is hen gaan haten, want ze zijn niet van de wereld, zoals Ik niet van de wereld ben.   [14] Ik heb hun uw woord gegeven. De wereld haat hen, omdat ze niet bij de wereld horen, zoals ook ik niet bij de wereld hoor.   14 Ik heb hun uw woord gegeven, en de wereld is hen gaan haten,– omdat ze niet van deze wereld zijn, zoals ik niet van deze wereld ben;   14. Je leur ai donné ta parole et le monde les a haïs, parce qu'ils ne sont pas du monde, comme moi je ne suis pas du monde.  

King James Bible . [14] I have given them thy word; and the world hath hated them, because they are not of the world, even as I am not of the world.
Luther-Bibel . 14 Ich habe ihnen dein Wort gegeben und die Welt hat sie gehasst; denn sie sind nicht von der Welt, wie auch ich nicht von der Welt bin.

Tekstuitleg van Joh 17,14 .

Joh 17,15 - Joh 17,15 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:15 ouk erôtô ina arès autous ek tou kosmou all ina tèrèsès autous ek tou ponèrou 15 non rogo ut tollas eos de mundo sed ut serves eos ex malo  15 Ik bid niet, dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart van den boze.   Ik bid niet dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart voor het kwaad.  [15] Ik vraag U niet hen uit de wereld weg te nemen, maar hen te behoeden voor de macht van het kwaad.   [15] Ik vraag niet of u hen uit de wereld weg wilt nemen, maar of u hen wilt beschermen tegen de duivel.   15 ik bid niet dat gij hen wegneemt uit de wereld, maar dat gij hen behoedt voor de boze;  15. Je ne te prie pas de les enlever du monde, mais de les garder du Mauvais.  

King James Bible . [15] I pray not that thou shouldest take them out of the world, but that thou shouldest keep them from the evil.
Luther-Bibel . 15 Ich bitte dich nicht, dass du sie aus der Welt nimmst, sondern dass du sie bewahrst vor dem Bösen.

Tekstuitleg van Joh 17,15 .

Joh 17,16 - Joh 17,16 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:16 ek tou kosmou ouk eisin kathôs egô ouk eimi ek tou kosmou   16 de mundo non sunt sicut et ego non sum de mundo   16 Zij zijn niet van de wereld, gelijkerwijs Ik van de wereld niet ben.   Zij zijn niet van de wereld zoals Ik niet van de wereld ben.   [16] Zij zijn niet van de wereld, zoals Ik niet van de wereld ben.  [16] Ze horen niet bij de wereld, zoals ik niet bij de wereld hoor.   16 zij zijn niet van de wereld zoals ik niet van deze wereld ben;  16. Ils ne sont pas du monde, comme moi je ne suis pas du monde. 

King James Bible . [16] They are not of the world, even as I am not of the world.
Luther-Bibel . 16 Sie sind nicht von der Welt, wie auch ich nicht von der Welt bin.

Tekstuitleg van Joh 17,16 .

Joh 17,17 - Joh 17,17 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
  17 sanctifica eos in veritate sermo tuus veritas est 17 Heilig ze in Uw waarheid; Uw woord is de waarheid. Wijd hen U toe in de waarheid. Uw woord is waarheid. [17] Maak hen toegewijd* aan U in de waarheid*; uw woord is waarheid. [17] Heilig hen dan door de waarheid. Uw woord is de waarheid.   17 ¶ heilig hen aan u toe door uw waarachtigheid; uw woord is een en al waarachtigheid.   17. Sanctifie-les dans la vérité : ta parole est vérité. 

King James Bible . [17] Sanctify them through thy truth: thy word is truth.
Luther-Bibel . 17 Heilige sie in der Wahrheit; dein Wort ist die Wahrheit.

Tekstuitleg van Joh 17,17 .

Joh 17,18 - Joh 17,18 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:18 kathôs eme apesteilas eis ton kosmon kagô apesteila autous eis ton kosmon   18 sicut me misisti in mundum et ego misi eos in mundum   18 Gelijkerwijs Gij Mij gezonden hebt in de wereld, alzo heb Ik hen ook in de wereld gezonden.  Zoals Gij Mij in de wereld gezonden hebt zo zend Ik hen in de wereld,   [18] Zoals U Mij naar de wereld hebt gezonden, zo heb Ik hen naar de wereld gezonden,   [18] Ik zend hen naar de wereld, zoals u mij naar de wereld hebt gezonden.   18 Zoals gij mij de wereld in hebt gezonden, heb ook ik hén de wereld in gezonden;   18. Comme tu m'as envoyé dans le monde, moi aussi, je les ai envoyés dans le monde.  

King James Bible . [18] As thou hast sent me into the world, even so have I also sent them into the world.
Luther-Bibel . 18 Wie du mich gesandt hast in die Welt, so sende ich sie auch in die Welt.

Tekstuitleg van Joh 17,18 .

Joh 17,19 - Joh 17,19 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag B  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:19 kai uper autôn | [egô] | egô | agiazô emauton ina ôsin kai autoi ègiasmenoi en alètheia   19 et pro eis ego sanctifico me ipsum ut sint et ipsi sanctificati in veritate  19 En Ik heilige Mijzelven voor hen, opdat ook zij geheiligd mogen zijn in waarheid.   en omwille van hen wijd Ik Mij aan U, opdat ook zij in de waarheid aan U toegewijd mogen zijn."  [19] en voor hen wijd* Ik mijzelf toe aan U, opdat ook zij U toegewijd zullen zijn in de waarheid.   [19] Ik heb mij geheiligd omwille van hen, zo zullen ook zij door de waarheid geheiligd zijn.   19 en ter wille van hen heilig ik mijzelf u toe opdat ook zíj u toegeheiligd mogen worden in waarachtigheid.   19. Pour eux je me sanctifie moi-même, afin qu'ils soient, eux aussi, sanctifiés dans la vérité.  

King James Bible . [19] And for their sakes I sanctify myself, that they also might be sanctified through the truth.
Luther-Bibel . 19 Ich heilige mich selbst für sie, damit auch sie geheiligt seien in der Wahrheit.

Tekstuitleg van Joh 17,19 .

Evangelie op de 7de (zevende) paaszondag C : Joh 17,20-26 (Joh 17,20-26) .

In die tijd sloeg Jezus zijn ogen ten hemel en bad: "Heilige Vader, niet alleen voor hen bid Ik maar ook voor hen die door hun woord in Mij geloven, opdat zij allen één mogen zijn zoals Gij, Vader in Mij en Ik in U; dat zij ook in Ons mogen zijn opdat de wereld gelove dat Gij Mij gezonden hebt. Ik heb hun de heerlijkheid gegeven die Gij Mij geschonken hebt, opdat zij één zijn zoals Wij één zijn: Ik in hen en Gij in Mij, opdat zij volmaakt één zijn en opdat de wereld zal erkennen, dat Gij Mij hebt gezonden en hen hebt liefgehad zoals Gij Mij hebt liefgehad. Vader, Ik wil dat zij die Gij Mij gegeven hebt met Mij mogen zijn waar Ik ben, opdat zij mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt daar Gij Mij lief hebt gehad vóór de grondvesting van de wereld. Rechtvaardige Vader, al heeft de wereld U niet erkend, Ik heb U erkend, en dezen hier hebben erkend dat Gij Mij gezonden hebt. Uw naam heb Ik hun geopenbaard en Ik zal dit blijven doen, opdat de liefde waarmee Gij Mij hebt liefgehad in hen moge zijn en Ik in hen."

Joh 17,20 - Joh 17,20 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:20 ou peri toutôn de erôtô monon alla kai peri tôn pisteuontôn dia tou logou autôn eis eme   20 non pro his autem rogo tantum sed et pro eis qui credituri sunt per verbum eorum in me  20 En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor degenen, die door hun woord in Mij geloven zullen.   In die tijd sloeg Jezus zijn ogen ten hemel en bad: "Heilige Vader, niet alleen voor hen bid Ik maar ook voor hen die door hun woord in Mij geloven,   [20] Niet alleen voor hen bid Ik, maar ook voor degenen die door hun woord in Mij geloven:   [20] Ik bid niet alleen voor hen, maar voor allen die door hun verkondiging in mij geloven.   20 ¶ Niet alleen voor hen bid ik maar ook voor hen die door hún woord in mij gaan geloven,   20. Je ne prie pas pour eux seulement, mais aussi pour ceux qui, grâce à leur parole, croiront en moi,  

King James Bible . [20] Neither pray I for these alone, but for them also which shall believe on me through their word;
Luther-Bibel . 20 Ich bitte aber nicht allein für sie, sondern auch für die, die durch ihr Wort an mich glauben werden,

Tekstuitleg van Joh 17,20 .

Joh 17,21 - Joh 17,21 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:21 ina pantes en ôsin kathôs su | patèr | pater | en emoi kagô en soi ina kai autoi en èmin ôsin ina o kosmos pisteuè oti su me apesteilas  21 ut omnes unum sint sicut tu Pater in me et ego in te ut et ipsi in nobis unum sint ut mundus credat quia tu me misisti   21 Opdat zij allen een zijn, gelijkerwijs Gij, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in Ons een zijn; opdat de wereld gelove, dat Gij Mij gezonden hebt.   opdat zij allen één mogen zijn zoals Gij, Vader in Mij en Ik in U; dat zij ook in Ons mogen zijn opdat de wereld gelove dat Gij Mij gezonden hebt.  [21] dat* ze allen één mogen zijn. Zoals U, Vader, in Mij bent en Ik in U, zo moeten zij in Ons zijn, zodat de wereld kan geloven dat U Mij hebt gezonden.   [21] Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden.  21 dat ze allen één mogen zijn, zoals gij, Vader, één zijt met mij en ik met u,– dat zij ook één zijn met ons, opdat de wereld gelove dat gij mij hebt gezonden.   21. afin que tous soient un. Comme toi, Père, tu es en moi et moi en toi, qu'eux aussi soient en nous, afin que le monde croie que tu m'as envoyé.  

King James Bible . [21] That they all may be one; as thou, Father, art in me, and I in thee, that they also may be one in us: that the world may believe that thou hast sent me.
Luther-Bibel . 21 damit sie alle eins seien. Wie du, Vater, in mir bist und ich in dir, so sollen auch sie in uns sein, damit die Welt glaube, dass du mich gesandt hast.

Tekstuitleg van Joh 17,21 .

Joh 17,22 - Joh 17,22 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:22 kagô tèn doxan èn dedôkas moi dedôka autois ina ôsin en kathôs èmeis en  22 et ego claritatem quam dedisti mihi dedi eis ut sint unum sicut nos unum sumus   22 En Ik heb hun de heerlijkheid gegeven, die Gij Mij gegeven hebt; opdat zij een zijn, gelijk als Wij Een zijn;   Ik heb hun de heerlijkheid gegeven die Gij Mij geschonken hebt, opdat zij één zijn zoals Wij één zijn:   [22] Ik* heb hen laten delen in de heerlijkheid waarin U Mij hebt laten delen, opdat ze één mogen zijn zoals Wij één zijn:   [22] Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij:   22 Ook heb ik de heerlijkheid die gij mij hebt gegeven gegeven aan hen, opdat zij één zijn zoals wij één zijn:   22. Je leur ai donné la gloire que tu m'as donnée, pour qu'ils soient un comme nous sommes un :  

King James Bible . [22] And the glory which thou gavest me I have given them; that they may be one, even as we are one:
Luther-Bibel . 22 Und ich habe ihnen die Herrlichkeit gegeben, die du mir gegeben hast, damit sie eins seien, wie wir eins sind,

Tekstuitleg van Joh 17,22 .

Joh 17,23 - Joh 17,23 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:23 egô en autois kai su en emoi ina ôsin teteleiômenoi eis en ina ginôskè o kosmos oti su me apesteilas kai ègapèsas autous kathôs eme ègapèsas  23 ego in eis et tu in me ut sint consummati in unum et cognoscat mundus quia tu me misisti et dilexisti eos sicut me dilexisti   23 Ik in hen, en Gij in Mij; opdat zij volmaakt zijn in een, en opdat de wereld bekenne, dat Gij Mij gezonden hebt, en hen liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt.   Ik in hen en Gij in Mij, opdat zij volmaakt één zijn en opdat de wereld zal erkennen, dat Gij Mij hebt gezonden en hen hebt liefgehad zoals Gij Mij hebt liefgehad.   [23] Ik in hen zoals U in Mij; dat hun eenheid volkomen mag zijn, zodat de wereld kan erkennen dat U Mij hebt gezonden en dat U hen hebt liefgehad met de liefde die U Mij hebt toegedragen.   [23] ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.  23 ik met hen en gij met mij,– dat ze mogen zijn, voltooid tot één, opdat de wereld erkenne dat gij mij hebt uitgezonden en hen hebt liefgehad zoals gij mij hebt liefgehad.   23. moi en eux et toi en moi, afin qu'ils soient parfaits dans l'unité, et que le monde reconnaisse que tu m'as envoyé et que tu les as aimés comme tu m'as aimé.  

King James Bible . [23] I in them, and thou in me, that they may be made perfect in one; and that the world may know that thou hast sent me, and hast loved them, as thou hast loved me.
Luther-Bibel . 23 ich in ihnen und du in mir, damit sie vollkommen eins seien und die Welt erkenne, dass du mich gesandt hast und sie liebst, wie du mich liebst.

Tekstuitleg van Joh 17,23 .

Joh 17,24 - Joh 17,24 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:24 | patèr | pater | o dedôkas moi thelô ina opou eimi egô kakeinoi ôsin met emou ina theôrôsin tèn doxan tèn emèn èn dedôkas moi oti ègapèsas me pro katabolès kosmou  24 Pater quos dedisti mihi volo ut ubi ego sum et illi sint mecum ut videant claritatem meam quam dedisti mihi quia dilexisti me ante constitutionem mundi   24 Vader, Ik wil, dat waar Ik ben, ook die bij Mij zijn, die Gij Mij gegeven hebt; opdat zij Mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt; want Gij hebt Mij liefgehad, voor de grondlegging der wereld.   Vader, Ik wil dat zij die Gij Mij gegeven hebt met Mij mogen zijn waar Ik ben, opdat zij mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt daar Gij Mij lief hebt gehad vóór de grondvesting van de wereld.   [24] Vader, diegenen die U Mij hebt toevertrouwd, zou Ik graag bij Mij hebben waar* Ik ben, zodat ze de heerlijkheid zien waarin U Mij hebt laten delen, want vóór de grondvesting van de wereld had U Mij al lief.   [24] Vader, u hebt hen aan mij geschonken, laat hen dan zijn waar ik ben. Dan zullen zij de grootheid zien die u mij gegeven hebt omdat u mij al liefhad voordat de wereld gegrondvest werd.  24 ¶ Vader,– wat gij mij hebt gegeven, daarvan is het mijn wil dat waar ík ben ook zíj wezen mogen, mét mij, dat ze mijn heerlijkheid aanschouwen mogen die gij mij hebt gegeven, omdat gij mij hebt liefgehad reeds voor de grondlegging der wereld.   24. Père, ceux que tu m'as donnés, je veux que là où je suis, eux aussi soient avec moi, afin qu'ils contemplent ma gloire, que tu m'as donnée parce que tu m'as aimé avant la fondation du monde.  

King James Bible . [24] Father, I will that they also, whom thou hast given me, be with me where I am; that they may behold my glory, which thou hast given me: for thou lovedst me before the foundation of the world.
Luther-Bibel . 24 Vater, ich will, dass, wo ich bin, auch die bei mir seien, die du mir gegeben hast, damit sie meine Herrlichkeit sehen, die du mir gegeben hast; denn du hast mich geliebt, ehe der Grund der Welt gelegt war.

Tekstuitleg van Joh 17,24 .

Joh 17,25 - Joh 17,25 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:25 | patèr | pater | dikaie kai o kosmos se ouk egnô egô de se egnôn kai outoi egnôsan oti su me apesteilas 25 Pater iuste et mundus te non cognovit ego autem te cognovi et hii cognoverunt quia tu me misisti   25 Rechtvaardige Vader, de wereld heeft U niet gekend; maar Ik heb U gekend, en dezen hebben bekend, dat Gij Mij gezonden hebt.  Rechtvaardige Vader, al heeft de wereld U niet erkend, Ik heb U erkend, en dezen hier hebben erkend dat Gij Mij gezonden hebt.  [25] Rechtvaardige Vader, hoewel de wereld U niet heeft gekend – Ik heb U gekend – zijn zij het die hebben erkend dat U Mij gezonden hebt.   [25] Rechtvaardige Vader, de wereld kent u niet, maar ik ken u, en zij weten dat u mij hebt gezonden.   25 Vader, Rechtvaardige, ook al heeft de wereld u niet erkend, ík heb u erkend en zij hier hebben herkend dat gij mij hebt uitgezonden,  25. Père juste, le monde ne t'a pas connu, mais moi je t'ai connu et ceux-ci ont reconnu que tu m'as envoyé.  

King James Bible . [25] O righteous Father, the world hath not known thee: but I have known thee, and these have known that thou hast sent me.
Luther-Bibel . 25 Gerechter Vater, die Welt kennt dich nicht; ich aber kenne dich und diese haben erkannt, dass du mich gesandt hast.

Tekstuitleg van Joh 17,25 .

Joh 17,26 - Joh 17,26 : Afscheidsgebed van Jezus - Joh 17,1-26 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Joh (Johannes) -- Joh 17 -- Joh 17,1 - Joh 17,2 - Joh 17,3 - Joh 17,4 - Joh 17,5 - Joh 17,6 - Joh 17,7 - Joh 17,8 - Joh 17,9 - Joh 17,10 - Joh 17,11 - Joh 17,12 - Joh 17,13 - Joh 17,14 - Joh 17,15 - Joh 17,16 - Joh 17,17 - Joh 17,18 - Joh 17,19 - Joh 17,20 - Joh 17,21 - Joh 17,22 - Joh 17,23 - Joh 17,24 - Joh 17,25 - Joh 17,26 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling 7de (zevende) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17:26 kai egnôrisa autois to onoma sou kai gnôrisô ina è agapè èn ègapèsas me en autois è kagô en autois   26 et notum feci eis nomen tuum et notum faciam ut dilectio qua dilexisti me in ipsis sit et ego in ipsis   26 En Ik heb hun Uw Naam bekend gemaakt, en zal Hem bekend maken; opdat de liefde, waarmede Gij Mij liefgehad hebt, in hen zij, en Ik in hen.   Uw naam heb Ik hun geopenbaard en Ik zal dit blijven doen, opdat de liefde waarmee Gij Mij hebt liefgehad in hen moge zijn en Ik in hen."  [26] Uw naam heb Ik hun bekend gemaakt en* dat zal Ik blijven doen, opdat de liefde die U Mij hebt toegedragen, in hen mag zijn – opdat Ik in hen mag zijn.’  [26] Ik heb hun uw naam bekendgemaakt en dat zal ik blijven doen, zodat de liefde waarmee u mij liefhad in hen zal zijn en ik in hen.’  26 en ik heb hun uw naam bekend gemaakt en zal die bekend blijven maken, opdat de liefde waarmee gij mij hebt liefgehad in hen mag wezen en ikzelf één met hen.   26. Je leur ai fait connaître ton nom et je le leur ferai connaître, pour que l'amour dont tu m'as aimé soit en eux et moi en eux. »

King James Bible . [26] And I have declared unto them thy name, and will declare it: that the love wherewith thou hast loved me may be in them, and I in them.
Luther-Bibel . 26 Und ich habe ihnen deinen Namen kundgetan und werde ihn kundtun, damit die Liebe, mit der du mich liebst, in ihnen sei und ich in ihnen.

Tekstuitleg van Joh 17,26 .



4.8. EENHEID (Joh. 17,20-26)

Het doel van homoloog spreken, zo heb ik geconcludeerd, is eenheid stichten. Hoewel door Jezus al even aangeroerd (17,11), is dit het onderwerp van 17,20-26. Dat eenheid een doel is en geen gegeven feit blijkt uit de concentratie van finale zinnen in 17,21-23.

4.8.1. De parallelle structuur van de opdat-zinnen in Joh. 17,21-23

Joh. 17 bezit negentien opdat-zinnen, elk voorafgegaan door een feit of een werkwoord dat de verlangde situatie van de opdat-zin laat zien. Elf keer zijn de leerlingen als begunstigden beoogd. Daarvan is drie keer het object van de beoogde begunstiging ‘één zijn’ (17,11.22.23). Eenmaal wordt dit ‘één zijn’ beoogd voor gelovigen van de tweede generatie (17,21). Andere verlangde objecten zijn ‘eeuwig leven’ (17,2), ‘de enig ware God kennen’ (17,3), ‘het aanschouwen van de doxa (heerlijkheid) van Jezus’ (17,24) en ‘bezit van liefde en Jezus’ (17,26).
De zinnen die de verlangde situatie inleiden zijn meestal imperatieven (3x) of vraagzinnen (7x). Vanwege het homologe karakter van het gebed is dit opmerkelijk; volgens 11,41-42 hoeft Jezus de vader niets te vragen. Deze zinnen zijn dan ook te verstaan als retorische wendingen om de impliciete narratée voor een bepaalde houding ontvankelijk te maken. Zes van deze finale opdat-zinnen zijn geconcentreerd in 17,21-23. De verlangde situatie (finaliteit) maakt duidelijk dat de eenheid nog te realisieren is.
Bijna alle commentaren wijzen op het parallellisme van de opdat-zinnen in 17,21 en 17,22b-23. Daardoor verslapt de aandacht voor de hoofdzinnen, terwijl de opdat-zinnen volgens mij nu net de verschillen daartussen willen benadrukken. Dit is het parallellisme van de van de bijzinnen

17,21 17,22b-23
a. opdat allen één zouden zijn zoals Gij, Vader, in Mij zijt en Ik in U ben, a. opdat zij één mogen zijn zoals Wij één zijn; Ik in hen en Gij in Mij
b. opdat ook zij in ons zouden zijn b. opdat zij volkomen één zouden zijn
c. opdat de wereld zou geloven dat Gij Mij hebt gezonden. d. opdat de wereld zou geloven dat Gij Mij hebt gezonden en Gij Mij hebt liefgehad zoals Gij Mij hebt liefgehad.
Vele conclusies zijn er op basis van dit parallellisme getrokken. Ik voeg er twee aan toe. De eerste is dat deze opdat-zinnen door hun parallelle structuur de inhoudelijke verschillen willen benadrukken. De tweede is dat het parallellisme de bijbehorende hoofdzinnen koppelt (17,20 en 17,22a); deze verwijzen naar elkaar en ook hier gaat het om verschillen.

4.8.2 Het verschil tussen ‘zij in ons’ en ‘ik in hen

De eerste trits opdat-zinnen lijkt of is minder vergaand dan de tweede. Vers 21a zegt niet dat Jezus ‘in hen’ is, zoals in 22b staat. Vervolgens benadrukt 21b het primaat van de vader en Jezus ‘ons’, tegenover de subjecten: “opdat zij in ons mogen zijn” zegt niets over de presentie van de vader en Jezus in hen. Vers 23b is sterker: de perfectie en eenheid van de subjecten staat centraal. Dan ook spreekt 21c over ‘geloven’ en 'zending' terwijl 23c veel sterker over ‘weten’, ‘zending’ en ‘liethebben' spreekt.
Te constateren is dat de eerste trits opdat-zinnen een andere groep subjecten op het oog heeft dan de tweede, namelijk “die door hun woord in mij geloven” (17,20), dat wil zeggen leerlingen van de leerlingen. De tweede trits opdat-zinnen evenwel, maar door de parallellie tussen 21 en 22b-23 ontgaat velen dit, betreft een andere groep subjecten, namelijk de leerlingen zelf, aan wie de doxa gegeven is. Er is een verschil in eenheid tussen de eerste en de tweede generatie leerlingen. Leerlingen van de leerlingen kunnen één worden analoog aan de eenheid van de vader en Jezus (zoals, 17,21a). De leerlingen zijn bevoorrecht door de presentie van 'Jezus in henzelf', 'Ik in hen' (17,23a). Deze eenheid is een paradigma van 'metaphysique de présence'.

4.8. 3. Tussentijdse conclusie (1): een deconstructieve eenheid

Intussen is er sprake van verschillende soorten eenheid. Tussen de vader en Jezus, tussen de leerlingen en de vader en Jezus, en tussen de leerlingen van de leerlingen. Die laatste is de minste omdat zij Jezus’ presentatie ontbeert. Het begrip eenheid is hierdoor gedeconstrueerd in verschillende kringen van eenheid die samen geen eenheid vormen tenzij door differentie.

4.8.4. De woordwording van het vlees

Vers 20 gaat over leerlingen van de leerlingen (latere gelovigen). Volgens mijn uitleg van de tweede trits opdat-zinnen gaat de hoofdzin van vers 22a over de leerlingen: en ook Ik hen de heerlijkheid die Gij Mij gegeven heb, heb gegeven

Aan hen is de doxa (heerlijkheid) gegeven. Dat komt overeen met vers 9, maar bovendien is hierdoor het perfectum 'Ik heb gegeven' verklaard: het gaat niet over latere gelovigen.
Opnieuw stuiten we hier op een sterk retorisch effect. Tegen de achtergrond van de mislukte afscheidsgesprekken is het onmogelijk dat de leerlingen zich bewust zijn van enige verkregen doxa. Om deze woorden te begrijpen moeten zij ze retorisch verstaan. Jezus probeert hun gedrag en hun mening te beïnvloeden, waardoor het gebed de symbouleutische of politieke toon van een redevoering krijgt. Wat het geval moet zijn, is nog niet het geval. Jezus’ doxa is nog nergens en in niemand zichtbaar: zijn woorden doen een beroep op de leerlingen die de doxa vanaf nu verder te dragen en te tonen ('verheerlijken' in de betekenis van uitstralen), en om te laten zien wat niet gezegd kan worden: heerlijkheid, waarheid en eenheid. Dat wil zeggen: zij moeten Jezus’ presentie tonen.
Mijn voorstel is om 'door hun woord' in 17,20 vrij letterlijk te nemen. Mensen komen tot geloof “door de in de leerlingen geïncarneerde logos”. Wie door de logos van de leerlingen gelooft, ontmoet en ziet de doxa en de 'waarheid' van Jezus. Het valt niet te ontkennen dat hier een zeker docetisme op de loer ligt, zij het niet in het lichaam van Jezus, maar in dat van de leerlingen waardoorheen de doxa en de 'waarheid' van Jezus zichtbaar zijn.
Zo zouden we kunnen spreken van een woordwording van het vlees, zij het dat het hier niet gaat om een te verwoorden woord, niet om een te spreken logos, maar om een logos die apofatisch moet worden zichtbaar gemaakt door het present stellen van eenheid en liefde: “the medium is the message” (Ashton 1991, 553).

4.8.5. Tussentijdse conclusie (2): verdere vergeestelijking

Op de plaats waar de synoptici de eucharistie, de metafoor van brood en lichaam, centraal stellen gaat Johannes (Jezus) door deze woordwording één stap verder in de vergeestelijking. Waar de stenen van de Grieken en de Romeinen bij de synoptici brood worden, wordt dit brood/lichaam/vlees bij Johannes opnieuw woord. Dit woord moest vlees worden, opdat het vlees wederom woord kon worden. In de leerlingen. Hier ook ligt een mogelijke relatie met Joh. 6. Het gebod om Jezus’ vlees te eten (een radicalisering van de eucharistie) heb ik geïnterpreteerd als een verbod om zijn aanwezigheid verder te interpreteren. (moet nog vervolgd worden)


VULGAAT

1 haec locutus est Iesus et sublevatis oculis in caelum dixit Pater venit hora clarifica Filium tuum ut Filius tuus clarificet te 2 sicut dedisti ei potestatem omnis carnis ut omne quod dedisti ei det eis vitam aeternam 3 haec est autem vita aeterna ut cognoscant te solum verum Deum et quem misisti Iesum Christum 4 ego te clarificavi super terram opus consummavi quod dedisti mihi ut faciam 5 et nunc clarifica me tu Pater apud temet ipsum claritatem quam habui priusquam mundus esset apud te 6 manifestavi nomen tuum hominibus quos dedisti mihi de mundo tui erant et mihi eos dedisti et sermonem tuum servaverunt 7 nunc cognoverunt quia omnia quae dedisti mihi abs te sunt 8 quia verba quae dedisti mihi dedi eis et ipsi acceperunt et cognoverunt vere quia a te exivi et crediderunt quia tu me misisti 9 ego pro eis rogo non pro mundo rogo sed pro his quos dedisti mihi quia tui sunt 10 et mea omnia tua sunt et tua mea sunt et clarificatus sum in eis 11 et iam non sum in mundo et hii in mundo sunt et ego ad te venio Pater sancte serva eos in nomine tuo quos dedisti mihi ut sint unum sicut et nos 12 cum essem cum eis ego servabam eos in nomine tuo quos dedisti mihi custodivi et nemo ex his perivit nisi filius perditionis ut scriptura impleatur 13 nunc autem ad te venio et haec loquor in mundo ut habeant gaudium meum impletum in semet ipsis 14 ego dedi eis sermonem tuum et mundus odio eos habuit quia non sunt de mundo sicut et ego non sum de mundo 15 non rogo ut tollas eos de mundo sed ut serves eos ex malo 16 de mundo non sunt sicut et ego non sum de mundo 17 sanctifica eos in veritate sermo tuus veritas est 18 sicut me misisti in mundum et ego misi eos in mundum 19 et pro eis ego sanctifico me ipsum ut sint et ipsi sanctificati in veritate 20 non pro his autem rogo tantum sed et pro eis qui credituri sunt per verbum eorum in me 21 ut omnes unum sint sicut tu Pater in me et ego in te ut et ipsi in nobis unum sint ut mundus credat quia tu me misisti 22 et ego claritatem quam dedisti mihi dedi eis ut sint unum sicut nos unum sumus 23 ego in eis et tu in me ut sint consummati in unum et cognoscat mundus quia tu me misisti et dilexisti eos sicut me dilexisti 24 Pater quos dedisti mihi volo ut ubi ego sum et illi sint mecum ut videant claritatem meam quam dedisti mihi quia dilexisti me ante constitutionem mundi 25 Pater iuste et mundus te non cognovit ego autem te cognovi et hii cognoverunt quia tu me misisti 26 et notum feci eis nomen tuum et notum faciam ut dilectio qua dilexisti me in ipsis sit et ego in ipsis