Galaten 1 - Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- Gal 1,1-5 - Gal 1,6-12 - Gal 1,13-24 -- Gal 1,1-2.6-10 -- Gal 1,11-19 -
Deze websitepagina is een onderdeel van de website van Arseen De Kesel: http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.html.

Bijbeluitleg per hoofdstuk: Gal 1, Gal 2, Gal 3, Gal 4, Gal 5, Gal 6
Bijbeluitleg per pericope: - Gal 1,1-5 - Gal 1,6-12 - Gal 1,13-24 -
Tekstuitleg vers per vers: - Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 - Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 - Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -


Liturgisch gebruik
- Gal 1,1-2.6-10: 9de (negende) zondag door het c-jaar.
- Gal 1,11-19: 10de (tiende) zondag door het c-jaar.

Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5
Inleiding: Gal 1,6-12
Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24

Gal 1,1-5: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -

Tweede lezing van de 9de (negende) zondag door het c-jaar: Gal 1,1-2.6-10 (Verwijzing: Gal 1,1-2.6-10):
Van Paulus, een apostel, niet gezonden of aangesteld door mensen, maar door Jezus Christus en door God de Vader, die Hem uit de dood heeft opgewekt. Ik en alle broeders die bij mij zijn, groeten de kerken van Galatië. Broeders en zusters, ik sta verbaasd, dat gij zo spoedig van Hem die u tot de genade geroepen heeft afvalt om een ander evangelie aan te hangen. Er bestáát geen ander. Er zijn alleen maar lieden die u in verwarring brengen en proberen het evangelie van Christus te verdraaien. Maar al zouden wijzelf of een engel uit de hemel of wie dan ook een evangelie verkondigen dat afwijkt van wat wij u verkondigd hebben, hij zij vervloekt! Wat ik vroeger heb gezegd herhaal ik nu: als iemand u een ander evangelie verkondigt dan gij ontvangen hebt, hij zij vervloekt! Wie tracht ik nu voor mij te winnen, de mensen of God? Zoek ik soms de gunst van mensen? Als ik nog de gunst van mensen zocht zou ik geen dienaar van Christus zijn.

Gal 1,1 - Gal 1,1: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
paulos apostolos, ouk ap anthrôpôn oude di anthrôpou alla dia ièsou christou kai theou patros tou egeirantos auton ek nekrôn,  1 Paulus apostolus non ab hominibus neque per hominem sed per Iesum Christum et Deum Patrem qui suscitavit eum a mortuis  Van Paulus, een apostel, niet gezonden of aangesteld door mensen, maar door Jezus Christus en door God de Vader, die Hem uit de dood heeft opgewekt.  1 Paulus, een apostel, geroepen niet van mensen, noch door een mens, maar door Jezus Christus, en God den Vader, Die Hem uit de doden opgewekt heeft,  [1] Ik, Paulus, apostel*, niet vanwege mensen en ook niet door een mens, maar door Jezus Christus en God de Vader die Hem uit de dood heeft opgewekt,   [1] Van Paulus, een apostel die niet is aangesteld of gezonden door mensen, maar door Jezus Christus en God, de Vader, die Christus uit de dood heeft opgewekt.  1 ¶ Paulus, apostel–en–afgezant, niet van mensen en niet door tussenkomst van een mens maar door Jezus Christus en God de Vader die hem heeft opgewekt uit de doden,  1. Paul, apôtre, non de la part des hommes ni par l'intermédiaire d'un homme, mais par Jésus Christ et Dieu le Père qui l'a ressuscité des morts,

King James Bible. [1] Paul, an apostle, (not of men, neither by man, but by Jesus Christ, and God the Father, who raised him from the dead;)
Luther-Bibel. 1 Paulus, ein Apostel nicht von Menschen, auch nicht durch einen Menschen, sondern durch Jesus Christus und Gott, den Vater, der ihn auferweckt hat von den Toten,

Tekstuitleg van Gal 1,1.

Gal 1,2 - Gal 1,2: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
2kai oi sun emoi pantes adelfoi, tais ekklèsiais tès galatias:  2 et qui mecum sunt omnes fratres ecclesiis Galatiae  Ik en alle broeders die bij mij zijn, groeten de kerken van Galatië.   2 En al de broeders, die met mij zijn, aan de Gemeenten van Galatië:   [2] en alle broeders die bij mij zijn, aan de gemeenten van Galatië:  [2] Aan de gemeenten in Galatië, ook namens alle broeders en zusters die bij mij zijn.  2 en alle broeders die bij mij zijn,– aan de vergaderingen van Galatië:  2. et tous les frères qui sont avec moi, aux Églises de Galatie. 

King James Bible. [2] And all the brethren which are with me, unto the churches of Galatia:
Luther-Bibel. 2 und alle Brüder, die bei mir sind, an die Gemeinden in Galatien:

Tekstuitleg van Gal 1,2.

Gal 1,3 - Gal 1,3: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
3charis umin kai eirènè apo theou patros èmôn kai kuriou ièsou christou,  3 gratia vobis et pax a Deo Patre et Domino nostro Iesu Christo     3 Genade zij u en vrede van God den Vader, en onzen Heere Jezus Christus;   [3] genade voor u en vrede vanwege God onze Vader en de Heer Jezus Christus,  [3] Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van onze Heer Jezus Christus,   3 genade voor u en vrede!, vanuit God onze Vader en de Heer Christus Jezus,  3. A vous grâce et paix de par Dieu notre Père et le Seigneur Jésus Christ, 

King James Bible. [3] Grace be to you and peace from God the Father, and from our Lord Jesus Christ,
Luther-Bibel. 3 Gnade sei mit euch und Friede von Gott, unserm Vater, und dem Herrn Jesus Christus,

Tekstuitleg van Gal 1,3.

1. - 12. charis humin kai eirènè apo theou patros hèmôn kai apo kuriou ièsou christou (Genade zij u en vrede vanwege God onze vader en vanwege onze Heer Jezus Christus). In tien verzen in de brieven van Paulus: (1) Rom 1,7. (2) 1 Kor 1,3. (3) 2 Kor 1,2. (4) Gal 1,3. (5) Ef 1,2. (6) Fil 1,2. (7) Kol 1,2. (8) 1 Tes 1,1. (9) 2 Tes 1,2. (10) Film3. Met deze begroeting opent Paulus een brief. In de pastorale brieven vinden we een variante van deze formulering: (1) 1 Tim 1,2. (2) 2 Tim 1,2. (3) Tit 1,4.

Gal 1,4 - Gal 1,4: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -

Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
4tou dontos eauton uper tôn amartiôn èmôn opôs exelètai èmas ek tou aiônos tou enestôtos ponèrou kata to thelèma tou theou kai patros èmôn,   4 qui dedit semet ipsum pro peccatis nostris ut eriperet nos de praesenti saeculo nequam secundum voluntatem Dei et Patris nostri     4 Die Zichzelven gegeven heeft voor onze zonden, opdat Hij ons trekken zou uit deze tegenwoordige boze wereld, naar den wil van onzen God en Vader;  [4] die zich heeft gegeven voor onze zonden, om ons te ontrukken aan de tegenwoordige slechte wereld*, volgens de wil van onze God en Vader,  [4] die zichzelf gegeven heeft voor onze zonden om ons te bevrijden uit deze door het kwaad beheerste wereld. Dat is de wil van onze God en Vader.   4 die zichzelf gegeven heeft voor onze zonden, om ons te ontrukken aan de nu bestaande boze eeuw, naar de wil van onze God en Vader,   4. qui s'est livré pour nos péchés afin de nous arracher à ce monde actuel et mauvais, selon la volonté de Dieu notre Père, 

King James Bible. [4] Who gave himself for our sins, that he might deliver us from this present evil world, according to the will of God and our Father:
Luther-Bibel. 4 der sich selbst für unsre Sünden dahingegeben hat, dass er uns errette von dieser gegenwärtigen, bösen Welt nach dem Willen Gottes, unseres Vaters;

Tekstuitleg van Gal 1,4.

1. τοῦ (= tou: van de; bep lidw gen mann enk van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = h, το = to: de - het).

2. δοντος (= dontos: van de gevende; wkw act part aor gen mann enk van het wkw διδωμι = didômi: geven. Lat: dare / donare - donum: geven - gave, gift. Fr: donner - don: geven - gave). NT (2): (1) 2 Kor 5,18. (2) Gal 1,4.

3. ἑαυτον (= heauton: zichzelf; wederkerig vnw acc mann enk van het wederkerig vnw ἑαυτος = heautos: zichzelf).

2. - 3. Gal 1,4: δοντος ἑαυτον (= dontos heauton: van de zichzelf gevende).
- Gal 2,20: παραδοντος ἑαυτον (= paradontos heauton: van de zichzelf overleverende).

4. ὑπὲρ (= huper: voor, ten voordele van; vz met gen).

5. τῶν (= tôn: van de; bep lidw gen mann/vr/onz mv van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = h, το = to: de - het).

6. ἁμαρτιων (= hamartiôn: van de zonden; zn gen vr mv van het zn ἁμαρτια = hamartia: zonde). Bijbel (85). OT (53). NT (32): (1) Mt 1,21. (2) Mt 26,28. (3) Mc 1,4. (4) Lc 1,77. (5) Lc 3,3. (6) Lc 24,47. (7) Hnd 2,38. (8) Hnd 5,31. (9) Hnd 10,43. (10) Hnd 13,38. (11) Hnd 26,18. Andere boeken NT (21). Een vorm van ἁμαρτια = hamartia (zonde) in de LXX (545), in het NT (173).

hamartia (zonde)  bijbel OT NT Mt Mc Lc Joh Hnd Br. Apk syn.  ev. 
nom + dat. enk. hamartia(i) 81 51 30 1: Mt 12,31.     2: (1) Joh 8,21. (2) Joh 9,41.   27  
gen enk. + acc. mv. hamartias 270 216 54 2: (1) Mt 3,6. (2) Mt 9,6. 2 : (1) Mc 2,7.  (2) Mc 2,10. 4: (1) Lc 5,21. (2) Lc 5,24. (3) Lc 7,49. (4) Lc 11,4. 6: (1). (2). (3). (4). (5). (6). 2: (1). (2). 37      
acc. enk. hamartian 91 65 26       6: (1). (2). (3). (4). (5). (6). 1 19      
nom mv. hamartiai 35 23 12 2: (1) Mt 9,2. (2) Mt 9,5. 2: 1) Mc 2,5. (2) Mc 2,9. 4: (1) Lc 5,20. (2) Lc 5,23. (3) Lc 7,47. (4) Lc 7,48.     3 1    
gen mv. hamartiôn 85 53 32 2: (1) Mt 1,21. (2) Mt 26,28. 1: Mc 1,4. 3: (1) Lc 1,77. (2) Lc 3,3. (3) Lc 24,47.   5: (1) Hnd 2,38. (2) Hnd 5,31. (3) Hnd 10,43. (4) Hnd 13,38. (5) Hnd 26,18. 20 1    
dat. mv. hamartiais 54 46 8       2: (1). (2).   5 1    
totaal 616 454 162 7 6 11 16 8 111 3    

5. - 6.

4. - 6. υπερ των αμαρτιων (= huper tôn hamartiôn: omwille van de zonden). Bijbel (3). OT (1): 1 K 16,19. NT (2): (1) 1 Kor 15,3. (2) Gal 1,4.

7. ἡμῶν (= hèmôn: van ons; pers vnw 1ste pers gen mann mv van het pers vnw ἡμεις = hèmeis: wij).

5. - 7. των ἁμαρτιων αυτων = tôn hamartiôn (van hun zonden). NT (3): (1) Mt 1,21. (2) Heb 8,12. (3) Heb 10,17.
- των ἁμαρτιων ἡμων = tôn hamartiôn hèmôn (van onze zonden). NT (6): (1) 1 Kor 15,3. (2) Gal 1,4. (3) Heb 1,3. (4) 1 Joh 2,2. (5) 1 Joh 4,10. (6) Apk 1,5.

4. - 7. υπερ των αμαρτιων ημων (= huper tôn hamartiôn hèmôn: omwille van onze zonden). Bijbel (3). OT (1): 1 K 16,19. NT (2): (1) 1 Kor 15,3. (2) Gal 1,4.

Gal 1,5 - Gal 1,5: Schrijver, lezers, groet: Gal 1,1-5 -- Gal (Galatië) -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,1 - Gal 1,2 - Gal 1,3 - Gal 1,4 - Gal 1,5 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
5ô è doxa eis tous aiônas tôn aiônôn: amèn. 5 cui est gloria in saecula saeculorum amen    5 Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.  [5] aan wie de heerlijkheid zij tot in alle eeuwigheid. Amen.  [5] Hem komt de eer toe tot in alle eeuwigheid. Amen.  5 aan wie de glorie toekomt tot in de eeuwen der eeuwen. Amen  5. à qui soit la gloire dans les siècles des siècles ! Amen. 

King James Bible. [5] To whom be glory for ever and ever. Amen.
Luther-Bibel. 5 dem sei Ehre von Ewigkeit zu Ewigkeit! Amen.

Tekstuitleg van Gal 1,5.


Gal 1,6-12: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -

Gal 1,6 - Gal 1,6: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
6thaumazô oti outôs tacheôs metatithesthe apo tou kalesantos umas en chariti [christou] eis eteron euaggelion,  6 miror quod sic tam cito transferimini ab eo qui vos vocavit in gratiam Christi in aliud evangelium  Broeders en zusters, ik sta verbaasd, dat gij zo spoedig van Hem die u tot de genade geroepen heeft afvalt om een ander evangelie aan te hangen.   6 Ik verwonder mij, dat gij zo haast wijkende van dengene, die u in de genade van Christus geroepen heeft, overgebracht wordt tot een ander Evangelie; 
[6] Ik* sta er verbaasd over dat u zo spoedig afvalt van hem die u riep tot de genade van Christus, en overgaat naar een ander* evangelie;  
[6] Het verbaast me dat u zich zo snel hebt afgewend van hem die u door de genade van Christus heeft geroepen en dat u zich tot een ander evangelie hebt gekeerd.   . 6 ¶ Ik ben verwonderd dat ge u zo snel van hem die u in de genade van Christus heeft geroepen, laat afbrengen naar een andersoortige verkondiging,  6. Je m'étonne que si vite vous abandonniez Celui qui vous a appelés par la grâce du Christ, pour passer à un second évangile -  

King James Bible. [6] I marvel that ye are so soon removed from him that called you into the grace of Christ unto another gospel:
Luther-Bibel. 6 Mich wundert, dass ihr euch so bald abwenden lasst von dem, der euch berufen hat in die Gnade Christi, zu einem andern Evangelium,

Tekstuitleg van Gal 1,6.

15. nom. + acc. onz. enk. euaggelion (goede boodschap). Taalgebruik in het N.T.: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in Gal: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in de Septuaginta: euaggelion (evangelie). Hebr. bësorâh (boodschap). Taalgebruik in Tenach: bësorâh (boodschap). Lat. evangelium. Fr. évangile. D. Evangelium. E. gospel. Gal (5): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,7. N.T. (41). Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in zeven verzen in Gal (7): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,5. (6) Gal 2,7. (7) Gal 2,14. Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in de LXX (1), in het N.T. (76).

Gal 1,7 - Gal 1,7: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
7o ouk estin allo: ei mè tines eisin oi tarassontes umas kai thelontes metastrepsai to euaggelion tou christou.  7 quod non est aliud nisi sunt aliqui qui vos conturbant et volunt convertere evangelium Christi  Er bestáát geen ander. Er zijn alleen maar lieden die u in verwarring brengen en proberen het evangelie van Christus te verdraaien.   7 Daar er geen ander is; maar er zijn sommigen, die u ontroeren, en het Evangelie van Christus willen verkeren.   [7] maar er ís geen ander, er zijn alleen maar lieden die u verontrusten en het evangelie van Christus willen verdraaien.  [7] Er is geen ander evangelie, er zijn alleen maar mensen die u in verwarring brengen en het evangelie van Christus willen verdraaien.   7 terwijl er geen andere ís, behalve dat er sommigen zijn die u verwarren en de verkondiging van de Christus willen verdraaien!  7. non qu'il y en ait deux; il y a seulement des gens en train de jeter le trouble parmi vous et qui veulent bouleverser l'Évangile du Christ.

King James Bible. [7] Which is not another; but there be some that trouble you, and would pervert the gospel of Christ.
Luther-Bibel. 7 obwohl es doch kein andres gibt; nur dass einige da sind, die euch verwirren und wollen das Evangelium Christi verkehren.

Tekstuitleg van Gal 1,7.

16. nom. + acc. onz. enk. euaggelion (goede boodschap). Taalgebruik in het N.T.: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in Gal: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in de Septuaginta: euaggelion (evangelie). Hebr. bësorâh (boodschap). Taalgebruik in Tenach: bësorâh (boodschap). Lat. evangelium. Fr. évangile. D. Evangelium. E. gospel. Gal (5): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,7. N.T. (41). Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in zeven verzen in Gal (7): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,5. (6) Gal 2,7. (7) Gal 2,14. Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in de LXX (1), in het N.T. (76).

Gal 1,8 - Gal 1,8: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
8alla kai ean èmeis è aggelos ex ouranou euaggelizètai [umin] par o euèggelisametha umin, anathema estô.  8 sed licet nos aut angelus de caelo evangelizet vobis praeterquam quod evangelizavimus vobis anathema sit  Maar al zouden wijzelf of een engel uit de hemel of wie dan ook een evangelie verkondigen dat afwijkt van wat wij u verkondigd hebben, hij zij vervloekt!   8 Doch al ware het ook, dat wij, of een engel uit den hemel u een Evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt.  [8] Maar al zouden wijzelf of een engel uit de hemel u een ander evangelie verkondigen dan het evangelie dat wij u verkondigd hebben: hij zij vervloekt!  [8] Wanneer iemand u iets verkondigt dat in strijd is met wat ik u verkondigd heb, al was ik het zelf of een engel uit de hemel – vervloekt is hij!   8 Nee, ook als wijzelf,– of een aankondig–engel uit de hemel u iets zou verkondigen afwijkend van wat wij u hebben verkondigd, die zij vervloekt!  8. Eh bien ! si nous-mêmes, si un ange venu du ciel vous annonçait un évangile différent de celui que nous vous avons prêché, qu'il soit anathème ! 

King James Bible. [8] But though we, or an angel from heaven, preach any other gospel unto you than that which we have preached unto you, let him be accursed.
Luther-Bibel. 8 Aber auch wenn wir oder ein Engel vom Himmel euch ein Evangelium predigen würden, das anders ist, als wir es euch gepredigt haben, der sei verflucht.

Tekstuitleg van Gal 1,8.

Gal 1,9 - Gal 1,9: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat 9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
9ôs proeirèkamen, kai arti palin legô, ei tis umas euaggelizetai par o parelabete, anathema estô.   9 sicut praediximus et nunc iterum dico si quis vobis evangelizaverit praeter id quod accepistis anathema sit   Wat ik vroeger heb gezegd herhaal ik nu: als iemand u een ander evangelie verkondigt dan gij ontvangen hebt, hij zij vervloekt!   9 Gelijk wij te voren gezegd hebben, zo zeg ik ook nu wederom: Indien u iemand een Evangelie verkondigt, buiten hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt.   [9] Wat wij vroeger hebben gezegd zeg ik nu opnieuw: als iemand u een ander evangelie verkondigt dan u ontvangen hebt: hij zij vervloekt! [9] Ik heb het al eerder gezegd en zeg het nu opnieuw: wanneer iemand u iets verkondigt dat in strijd is met wat u hebt ontvangen – vervloekt is hij!   9 Zoals wij eerder hebben gezegd zeg ik het nu weer: als iemand u iets verkondigt anders dan wat ge hebt aangenomen, die zij vervloekt!  9. Nous l'avons déjà dit, et aujourd'hui je le répète: si quelqu'un vous annonce un évangile différent de celui que vous avez reçu, qu'il soit anathème ! 

King James Bible. [9] As we said before, so say I now again, If any man preach any other gospel unto you than that ye have received, let him be accursed.
Luther-Bibel. 9 Wie wir eben gesagt haben, so sage ich abermals: Wenn jemand euch ein Evangelium predigt, anders als ihr es empfangen habt, der sei verflucht.

Tekstuitleg van Gal 1,9.

Gal 1,10 - Gal 1,10: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat  9de (negende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
10arti gar anthrôpous peithô è ton theon; è zètô anthrôpois areskein; ei eti anthrôpois èreskon, christou doulos ouk an èmèn.   10 modo enim hominibus suadeo aut Deo aut quaero hominibus placere si adhuc hominibus placerem Christi servus non essem  Wie tracht ik nu voor mij te winnen, de mensen of God? Zoek ik soms de gunst van mensen? Als ik nog de gunst van mensen zocht zou ik geen dienaar van Christus zijn.   10 Want predik ik nu de mensen, of God? Of zoek ik mensen te behagen? Want indien ik nog mensen behaagde, zo ware ik geen dienstknecht van Christus.   [10] Tracht* ik nu de mensen te winnen of God? Zoek ik soms de gunst van de mensen? Als ik die zocht, zou ik geen dienaar van Christus zijn. [10] Probeer ik nu mensen te overtuigen of God? Probeer ik soms mensen te behagen? Als ik dat nog altijd zou doen, zou ik geen dienaar van Christus zijn.   10 ¶ Want overreed ik nu mensen of God?– of zoek ik ernaar om mensen te behagen? Nee, als ik mensen behaagde zou ik Christus’ dienaar niet zijn.   10. En tout cas, maintenant est-ce la faveur des hommes, ou celle de Dieu que je veux gagner ? Est-ce que je cherche à plaire à des hommes ? Si je voulais encore plaire à des hommes, je ne serais plus le serviteur du Christ.  

King James Bible. [10] For do I now persuade men, or God? or do I seek to please men? for if I yet pleased men, I should not be the servant of Christ.
Luther-Bibel. 10 Predige ich denn jetzt Menschen oder Gott zuliebe? Oder suche ich Menschen gefällig zu sein? Wenn ich noch Menschen gefällig wäre, so wäre ich Christi Knecht nicht.

Tekstuitleg van Gal 1,10.

- èmèn (ik was). Verwijzing: eimi (zijn), zie Mc 1,6. Actief imperfectum eerste persoon enkelvoud van het werkwoord eimi (zijn). Bijbel (55). O.T. (35). N.T. (15). Mt (3). Mc (1). Joh (3). Hnd (5). 1 Kor 13,11. Gal 1,10. Gal 1,22.

Tweede lezing van de 10de (tiende) zondag door het c-jaar : Gal 1,11-19. Verwijzing: Gal 1,11-19.
Ik verzeker u, broeders en zusters: het evangelie dat ik verkondigd heb, is niet door mensen uitgedacht. Ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd, maar door een openbaring van Jezus Christus. Gij hebt toch gehoord hoe ik vroeger als Jood geleefd heb, hoe ik de kerk van God fel vervolgde en haar trachtte uit te roeien, en hoe ik velen van mijn leeftijd en mijn volk overtrof op het stuk van de Joodse godsdienst in mijn hartstochtelijke ijver voor de overleveringen van het voorgeslacht. Maar toen besloot God, die mij vanaf mijn geboorte had uitgekozen, en mij riep door zijn genade, zijn Zoon aan mij te openbaren opdat ik Hem onder de heidenvolken zou verkondigen. Daarna vertrok ik meteen naar Arabië, zonder een mens te raadplegen. Ik ben ook niet naar Jeruzalem gegaan, naar hen die eerder apostel waren dan ik. En van Arabië ben ik weer teruggekeerd naar Damascus. Pas drie jaar later ging ik naar Jeruzalem om met Kefas kennis te maken: en ik ben maar veertien dagen bij hem gebleven. Van de andere apostelen heb ik niemand ontmoet behalve Jakobus, de broeder des Heren.

Gal 1,11 - Gal 1,11: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat 10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
11gnôrizô gar umin, adelfoi, to euaggelion to euaggelisthen up emou oti ouk estin kata anthrôpon:  11 notum enim vobis facio fratres evangelium quod evangelizatum est a me quia non est secundum hominem  Ik verzeker u, broeders en zusters: het evangelie dat ik verkondigd heb, is niet door mensen uitgedacht.  11 Maar ik maak u bekend, broeders, dat het Evangelie, hetwelk van mij verkondigd is, niet is naar den mens.  [11] Ik* verzeker u, broeders en zusters, het evangelie* dat door mij is verkondigd, is niet door mensen* uitgedacht.   [11] Ik verzeker u, broeders en zusters, dat het evangelie dat ik u verkondigd heb niet door mensen is bedacht   11 Want van de verkondiging die door mij is verkondigd maak ik u bekend, broeders–en–zusters, dat die niet naar de mens is;   11. Sachez-le, en effet, mes frères, l'Évangile que j'ai annoncé n'est pas à mesure humaine:  

King James Bible. [11] But I certify you, brethren, that the gospel which was preached of me is not after man.
Luther-Bibel. 11 Denn ich tue euch kund, liebe Brüder, dass das Evangelium, das von mir gepredigt ist, nicht von menschlicher Art ist.

Tekstuitleg van Gal 1,11.

6. nom. + acc. onz. enk. euaggelion (goede boodschap). Taalgebruik in het N.T.: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in Gal: euaggelion (evangelie). Taalgebruik in de Septuaginta: euaggelion (evangelie). Hebr. bësorâh (boodschap). Taalgebruik in Tenach: bësorâh (boodschap). Lat. evangelium. Fr. évangile. D. Evangelium. E. gospel. Gal (5): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,7. N.T. (41). Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in zeven verzen in Gal (7): (1) Gal 1,6. (2) Gal 1,7. (3) Gal 1,11. (4) Gal 2,2. (5) Gal 2,5. (6) Gal 2,7. (7) Gal 2,14. Een vorm van euaggelion (goede boodschap) in de LXX (1), in het N.T. (76).

Gal 1,12 - Gal 1,12: Inleiding: Gal 1,6-12 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,6 - Gal 1,7 - Gal 1,8 - Gal 1,9 - Gal 1,10 - Gal 1,11 - Gal 1,12 -
Griekse tekst Vulgaat  10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
12oude gar egô para anthrôpou parelabon auto, oute edidachthèn, alla di apokalupseôs ièsou christou.   12 neque enim ego ab homine accepi illud neque didici sed per revelationem Iesu Christi  Ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd, maar door een openbaring van Jezus Christus.  12 Want ik heb ook hetzelve niet van een mens ontvangen, noch geleerd, maar door de openbaring van Jezus Christus.  [12] Want ook ik heb het niet van een mens ontvangen of geleerd, maar door een openbaring* van Jezus Christus.  [12] – ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd – maar dat Jezus Christus mij is geopenbaard.  12 want ík heb die ook niet van een mens aangenomen of onderricht gekregen, maar door een openbaring van Jezus Christus.  12. ce n'est pas non plus d'un homme que je l'ai reçu ou appris, mais par une révélation de Jésus Christ. 

King James Bible. [12] For I neither received it of man, neither was I taught it, but by the revelation of Jesus Christ.
Luther-Bibel. 12 Denn ich habe es nicht von einem Menschen empfangen oder gelernt, sondern durch eine Offenbarung Jesu Christi.

Tekstuitleg van Gal 1,12.

Gal 1,13-24: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -

Gal 1,13 - Gal 1,13: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat  10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
13èkousate gar tèn emèn anastrofèn pote en tô ioudaismô, oti kath uperbolèn ediôkon tèn ekklèsian tou theou kai eporthoun autèn,  13 audistis enim conversationem meam aliquando in iudaismo quoniam supra modum persequebar ecclesiam Dei et expugnabam illam  Gij hebt toch gehoord hoe ik vroeger als Jood geleefd heb, hoe ik de kerk van God fel vervolgde en haar trachtte uit te roeien,  13 Want gij hebt mijn omgang gehoord, die eertijds in het Jodendom was, dat ik uitnemend zeer de Gemeente Gods vervolgde, en dezelve verwoestte; 
[13] U hebt toch gehoord hoe ik vroeger als Jood geleefd heb: hoe ik de kerk van God fel vervolgde en haar trachtte uit te roeien;  
13] U hebt gehoord hoe ik vroeger volgens de Joodse godsdienst leefde, dat ik de gemeente van God fanatiek vervolgde en haar probeerde uit te roeien.   13 Want ge hebt wel gehoord van mijn wandel voorheen in het joodse geloof, dat ik de vergadering van God hevig vervolgd heb en heb getracht haar uit te roeien,   13. Vous avez certes entendu parler de ma conduite jadis dans le judaïsme, de la persécution effrénée que je menais contre l'Église de Dieu et des ravages que je lui causais, 

King James Bible. [13] For ye have heard of my conversation in time past in the Jews' religion, how that beyond measure I persecuted the church of God, and wasted it:
Luther-Bibel. 13 Denn ihr habt ja gehört von meinem Leben früher im Judentum, wie ich über die Maßen die Gemeinde Gottes verfolgte und sie zu zerstören suchte

Tekstuitleg van Gal 1,13.

Gal 1,14 - Gal 1,14: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat  10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
ho aforisas me ek koilias mètros mou 14kai proekopton en tô ioudaismô uper pollous sunèlikiôtas en tô genei mou, perissoterôs zèlôtès uparchôn tôn patrikôn mou paradoseôn.  14 et proficiebam in iudaismo supra multos coetaneos in genere meo abundantius aemulator existens paternarum mearum traditionum  en hoe ik velen van mijn leeftijd en mijn volk overtrof op het stuk van de Joodse godsdienst in mijn hartstochtelijke ijver voor de overleveringen van het voorgeslacht.   14 En dat ik in het Jodendom toenam boven velen van mijn ouderdom in mijn geslacht, zijnde overvloedig ijverig voor mijn vaderlijke inzettingen.  [14] en hoever ik het gebracht heb in de Joodse godsdienst, vele leeftijdgenoten onder mijn volk overtreffend in mijn grenzeloze ijver voor de overleveringen* van mijn voorouders.   [14] Ik leefde de Joodse wetten heel wat strikter na dan velen van mijn generatie en zette mij vol overgave in voor de tradities van ons voorgeslacht.   14 en dat ik het in het joodse geloof verder gebracht heb dan vele leeftijdgenoten in mijn generatie, door overvloediger dan zij een ijveraar te zijn voor de overleveringen van mijn voorvaderen. 14. et de mes progrès dans le judaïsme, où je surpassais bien des compatriotes de mon âge, en partisan acharné des traditions de mes pères.  

King James Bible. [14] And profited in the Jews' religion above many my equals in mine own nation, being more exceedingly zealous of the traditions of my fathers.
Luther-Bibel. 14 und übertraf im Judentum viele meiner Altersgenossen in meinem Volk weit und eiferte über die Maßen für die Satzungen der Väter.

Tekstuitleg van Gal 1,14.

Gal 1,15 - Gal 1,15: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat 10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
15ote de eudokèsen [o theos] o aforisas me ek koilias mètros mou kai kalesas dia tès charitos autou 15 cum autem placuit ei qui me segregavit de utero matris meae et vocavit per gratiam suam   Maar toen besloot God, die mij vanaf mijn geboorte had uitgekozen, en mij riep door zijn genade,  15 Maar wanneer het Gode behaagd heeft, Die mij van mijner moeders lijf aan afgezonderd heeft, en geroepen door Zijn genade,   [15] Maar* toen God, die mij had uitgekozen, nog in mijn moeders schoot, en die mij heeft geroepen door zijn genade,   [15] Maar toen besloot God, die mij al vóór mijn geboorte had uitgekozen en die mij door zijn genade heeft geroepen,   15 Maar toen het hem die ‘sinds de schoot van mijn moeder mij heeft afgezonderd en door zijn genade heeft geroepen’ behaagde  15. Mais quand Celui qui dès le sein maternel m'a mis à part et appelé par sa grâce daigna  

King James Bible. [15] But when it pleased God, who separated me from my mother's womb, and called me by his grace,
Luther-Bibel. 15 Als es aber Gott wohlgefiel, der mich von meiner Mutter Leib an ausgesondert und durch seine Gnade berufen hat,

Tekstuitleg van Gal 1,15. In de messiaanse interpretatie is het OT voorbereiding en vervulling ervan komt bij de messias / Christus. Zo is de roeping van Jesaja in Js 49 voorbereiding en voorafbeelding van de roeping van Paulus.

Gal 1,15.3. ευδοκησεν (= eudokèsen: hij vond welbehagen in; wkw act ind aor 3de pers enk van het wkw ευδοκεω = eudokeô: instemmen, een welbehagen vinden in). Taalgebruik in het NT: eudokeô (instemmen, een welbehagen vinden in). Taalgebruik in de LXX: eudokeô (instemmen, een welbehagen vinden in). Bijbel (16): (1) 2 S 22,20. (2) Jr 14,10. (3) Mal 2,17. (4) Ps 68,17. (5) Pr 9,7. (6) Jdt 15,10. (7) 1 Mak 11,29. (8) 1 Mak 14,47. (9) 1 Mak 14,46. (10) Sir 45,19. (11) Mt 12,18. (12) Lc 12,32. (13) 1 Kor 1,21. (14) 1 Kor 10,5. (15) Gal 1,15. (16) Kol 1,19. Een vorm van ευδοκεω = eudokeô (instemmen, een welbehagen vinden in) in de LXX (59), in het NT (21).

Gal 1,15.4. ὁ (= ho: de; bep lidw nom mann enk van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = hè, το = to: de - het).

Gal 1,15.3. - 4. ευδοκησεν (...) ὁ = eudokèsen (hij vond welbehagen in). Bijbel (9): (1) Ps 68,17. (2) Pr 9,7. (3) Jdt 15,10. (4) 1 Mak 11,29. (5) 1 Mak 14,47. (6) Lc 12,32. (7) 1 Kor 1,21. (8) 1 Kor 10,5. (9) Gal 1,15. Zie ook Jr 14,10.

Gal 1,15.5. nom. mann. enk. θεος = theos (God). Taalgebruik in het NT: theos (God). Taalgebruik in de LXX: theos (God). Gal (8): (1) Gal 1,15. (2) Gal 2,6. (3) Gal 3,8. (4) Gal 3,18. (5) Gal 3,20. (6) Gal 4,4. (7) Gal 4,6. (8) Gal 6,7.

  theos (God)  bijbel  OT NT Mt  Mc   Lc  Joh  Hnd  Br.  Apk  Br. Rom 1 Kor  2 Kor  Gal Ef  Fil  Kol  1 Tes  2 Tes  1 Tim  2 Tim Tit Film Heb Jak 1 Pe 2 Pe 1 Joh 2 Joh  3 Joh  Jud  Paul Ap br
1 nom. mann. enk. theos 1686  1399  287  15  17  58  163  20  163  32  30  18    22  11        143 20
2 gen. mann. enk.  theou 1517  876 641  28  31  70 43  56  360   53  360   71  46  33  15  20  10  14  15  15  29  20  29  293 67
3 dat.  mann. enk. theô(i) 433  279  154  13  110  13  110  27  14  12        97  13 
4 acc.  mann. enk. theon 496  354  142  23  12  30  62  62  14              43 19
  Totaal   4132  2908  1224  44  44  117  76  157  695 91  695 144  93  70   30  31  23  20  35  17  21  13  12  65  15  36  52  4 576  119 

- Hebreeuws. אֱלֹהִים = ´èlohîm (God). Taalgebruik in Tenakh: ´èlohîm (God). Getalswaarde: aleph = 1; lamed = 12 of 30; he = 5; jod = 10; mem = 13 of 40; totaal: 41 of 86 (2 X 43). Structuur: 1 - 3 -5 -1 - 4. De som van de elementen is telkens 5. De verkorte vorm van de godsnaam אֱלֹהִים = ´èlohîm is אֵל = ´èl. Getalswaarde is: aleph = 1; lamed = 12 of 30; totaal 13 of 31 (spiegelbeeld). Structuur: 1 - 3. De som van de elementen is telkens 4. Tenakh (635). Pentateuch (207). Eerdere Profeten (118). Latere Profeten (39). 12 Kleine Profeten (17). Geschriften (253).
- Ned: God. Arabisch: اَللە = ´allah (Allah). Taalgebruik in de Qoran: ´allah (Allah). In het woord Allah zit het woord `al (op, verheven). D: Gott. E: God. Fr: dieu. De vloek dju Grieks: θεος = theos (God). Taalgebruik in het NT: theos (God). Hebreeuws: אֱלֹהִים = ´èlohîm (God). Taalgebruik in Tenakh: ´èlohîm (God).

Gal 1,15.3. - 5. ευδοκησεν (...) ὁ θεος (= eudokèsen ho theos: God vond welbehagen in). Bijbel (6): (1) Ps 68,17. (2) Pr 9,7. (3) Jdt 15,10. (4) 1 Kor 1,21. (5) 1 Kor 10,5. (6) Gal 1,15. Zie ook Jr 14,10.

Gal 1,15.6. ὁ (= ho: de; bep lidw nom mann enk van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = hè, το = to: de - het).

Gal 1,15.7. αφορισας (= aforisas afzonderende; wkw act part aor nom mann enk van het wkw. αφοριζω = aforizô: afzonderen). Taalgebruik in het NT: aforizô (afzonderen). Bijbel (2): (1) Lv 20,26. (2) Gal 1,15. Een vorm van αφοριζω = aforizô (afzonderen) in de LXX (87), in het NT (10).
- Hebreeuws: בָדַל (= bâdal: afscheiden, verdelen). Taalgebruik in Tenach: bâdal (afscheiden, verdelen). Lat: segregare. Fr: mettre à part. E: to separate. D: aussondern. Zie ook οριζω (= horizô: begrenzen, bepalen, vaststellen).

Gal 1,15.8. με (= me: mij; pers vnw 1ste pers acc mann enk bij het pers vnw εγω = egô: ik - mij).

Gal 1,15.9. εκ (= ek of εξ = ex: uit; + gen; vz).

Gal 1,15.10. κοιλιας (= koilias: vanaf de moederschoot; zn gen vr enk van het zn κοιλια = koilia: buikholte, moederschoot). Taalgebruik in het NT: koilia (buikholte, moederschoot). Taalgebruik in de Septuaginta: koilia (buikholte, moederschoot). Bijbel (58). LXX (51). Js (9). Jr (0). NT (7): (1) Mt 19,12. (2) Lc 1,15. (3) Lc 1,42. (4) Joh 7,38. (5) Hnd 3,2. (6) Hnd 14,8. (7) Gal 1,15. Dit is de enigste vorm en vers in Gal. Een vorm van κοιλια = koilia (buikholte, moederschoot) in de LXX (108), in het NT (23).
- bètèn: buik, schoot). Taalgebruik in Tenach: bètèn (buik, schoot). Lat: uterus. Fr: sein. E: womb. D: Leib. Gal (1) Gal 1,15.

Gal 1,15.11. μητρος (= mètros: van moeder; zn gen vr enk van het zn μητηρ = mè-tèr: moe-der).

Gal 1,15.12. μου (= mou: van mij; pers vnw 1ste pers gen mann enk bij het pers vnw εγω = egô: ik - mij).

9. - 12. εκ κοιλιας μητρος μου (= ek koilias mètros mou: vanaf mijn moederschoot). LXX (5): (5) Js 49,1. NT (1): Gal 1,15.

Gal 1,15.13. και (= kai: en; nevensch vw). D: und E: and Fr: et Lat: et Hebr: וְ = wë Arabisch: اَل = ´al. Taalgebruik in de Qoran: ´al (de). Taalgebruik: kai (en) in NT.

Gal 1,15.14. καλεσας (= kalesas: roepende; wkw act part aor nom mann enk van het wkw καλεω = kaleô: roepen, noemen).
- Js 49,1: εκαλεσεν (= ekalesen: hij riep; wkw act ind aor 3de pers enk van het wkw καλεω = kaleô: roepen, noemen).

Gal 1,15.15. με (= me: mij; pers vnw 1ste pers acc mann enk bij het pers vnw εγω = egô: ik - mij).

Gal 1,15.16. δια (= dia: door, omwille van, na; vz; afkorting: δι' = di': vóór een klinker). Taalgebruik in NT: dia (door).

Gal 1,15.17. της (= tès: van de; bep lidw gen vr enk van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = hè, το = to: de - het).

Gal 1,15.18. χαριτος (= charitos: van genade; zn gen vr enk van het zn χαρις = charis: genade, gratie). Taalgebruik in het NT: charis (genade, gratie). Taalgebruik in de LXX: charis (genade, gratie). Gal (2): (1) Gal 1,15. (2) Gal 5,4.

charis (genade) bijbel  OT  NT  Mt 

Mc 

Lc  Joh  Hnd  ev. Br. Rom 1 Kor  2 Kor  Gal Ef  Fil  Kol  1 Tes  2 Tes  1 Tim  2 Tim Tit Film Heb Jak 1 Pe 2 Pe 1 Joh 2 Joh  3 Joh  Jud  Paul Ap.
nom. charis 78 20 58 0 0 4 1 1 50 9 :         45 
gen. charitos 31 4 27 0 0 1 2 6: 18 3                               14 
dat. chariti 26 2 24 0 0 1 0 3 20                     19 
acc. charin 158 108 50 0 0 3: 1 6 40             34 
Totaal   293  134  159 0 0 9 4 16 13  128 23  18  14  10    112  16 

ch - r: L: gratia. Fr: grâce. Vertaling: gratie, genade, char-me, bevalligheid. We zouden groeten: aangenaam. Verwante woorden: eucharisteô (danken).

Gal 1,15.16. - 18. δια της χαριτος = dia tès charitos: door / bij middel van de genade). NT (4): (1) Hnd 15,11. (2) Hnd 18,27. (3) Rom 12,3. (4) Gal 1,15.

Gal 1,15.19. αὐτοῦ (= autou: van hem of van het; pers vnw 3de pers gen mann enk van het pers vnw 3de pers enk: αυτος - αυτη - αυτο: autos - autè - auto: hij - zij - het).


Gal 1,16 - Gal 1,16: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat  10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
16apokalupsai ton uion autou en emoi ina euaggelizômai auton en tois ethnesin, eutheôs ou prosanethemèn sarki kai aimati,  16 ut revelaret Filium suum in me ut evangelizarem illum in gentibus continuo non adquievi carni et sanguini   zijn Zoon aan mij te openbaren opdat ik Hem onder de heidenvolken zou verkondigen. Daarna vertrok ik meteen naar Arabië, zonder een mens te raadplegen.  16 Zijn Zoon in mij te openbaren, opdat ik Denzelven door het Evangelie onder de heidenen zou verkondigen, zo ben ik terstond niet te rade gegaan met vlees en bloed;  [16] besloot zijn Zoon aan mij te openbaren om Hem onder de heidenvolken* te verkondigen, toen ben ik aanstonds, zonder een mens te raadplegen,   [16] zijn Zoon in mij te openbaren, opdat ik hem aan de heidenen zou verkondigen. Ik heb toen geen mens om raad gevraagd   16 zijn zoon in mij te openbaren, opdat ik hem zou verkondigen onder de volkeren, ben ik niet meteen te rade gegaan bij vlees en bloed  16. révéler en moi son Fils pour que je l'annonce parmi les païens, aussitôt, sans consulter la chair et le sang,  

King James Bible. [16] To reveal his Son in me, that I might preach him among the heathen; immediately I conferred not with flesh and blood:
Luther-Bibel. 16 dass er seinen Sohn offenbarte in mir, damit ich ihn durchs Evangelium verkündigen sollte unter den Heiden, da besprach ich mich nicht erst mit Fleisch und Blut,

Tekstuitleg van Gal 1,16.

Gal 1,16.1. αποκαλυψαι (= apokaλupsai: om te openbaren, te ontdekken; wkw inf aor van het wkw αποκαλυπτω = apokaluptô: openbaren, ontdekken). Taalgebruik in het NT: apokaluptô (openbaren, ontdekken). Taalgebruik in de LXX: apokaluptô (openbaren, ontdekken). Bijbel (8): (1) Lv 18,6. (2) Lv 18,7. (3) Lv 18,8. (4) Lv 18,9. (5) Js 47,2. (6) Mt 10,27. (7) Lc 10,22. (8) Gal 1,16.

2. τὸν (= ton: de, bep lidw acc mann enk van het bep lidw ὁ = ho, ἡ = hè, το = to: de - het).

Gal 1,16.3. υἱον (= huion: zoon; zn acc mann enk van het zn υἱος = huios: zoon). Taalgebruik in het NT: huios (zoon). Taalgebruik in de LXX: huios (zoon).
- Ned.: zoon. D: Sohn. E: son. In het hiëroglyfisch geeft de eend de klankwaarde s': zoon, weer. Aramees: bar.

huios (zoon)  enk. bijbel OT NT Mt Mc Lc Joh Hnd Apk Br. Rom 1 Kor  2 Kor  Gal Ef  Fil  Kol  1 Tes  2 Tes  1 Tim  2 Tim Tit Film Heb Jak 1 Pe 2 Pe 1 Joh 2 Joh  3 Joh  Jud  Paul.  Ap. br. 
nom. enk. huios 885 732 153 42 19 39 26 6 2 19                          13 
voc. enk. huie 149 140 9 1 3 3   1                                            
gen. enk. huiou 343 308 35 8 1 4 3     19    3 : (1) Gal 1,16. (2)                           12 
dat. enk. huiôi  109 95 14 3   1 5                                          
acc. enk. huion 365 285 80 15 6 15 17 3 3 21                              12 
totaal 1851 1560 291 69 29 62 51 10 5 65            17  20      40  25 

- Hebreeuws. בֵּן/ בִּן / בֶּן= ben / bin / bèn (zoon, kind). Taalgebruik in Tenakh: ben (zoon, kind). Getalwaarde: beth = 2, nun = 14 of 50; totaal: 16 (2² X 2²) of 52 (2 X 26). Structuur: 2 - 5. De som van de elementen is 7. Tenakh (1225). Pentateuch (284). Eerdere Profeten (392). Latere Profeten (231). 12 Kleine Profeten (26). Geschriften (292). Gn (85). Gn 21 (7): (1) Gn 21,2. (2) Gn 21,4. (3) Gn 21,5. (4) Gn 21,7. (5) Gn 21,9. (6) Gn 21,10. (7) Gn 21,13.
- Lat. filius. Fr. fils. Ned. zoon. D. Sohn. E. son. Arabisch: اِبن = ´ibn (zoon). Taalgebruik in de Qoran: ´ibn (zoon).

Gal 1,16.2. - 4. τον υἱον αυτου = ton huion autou (zijn zoon). NT (9): (1) Mt 21,37. (2) Joh 3,16. (3) Joh 3,17. (4) Gal 1,16. (5) Gal 4,4. (6) 1 Tes 1,10. (7) Jak 2,21. (8) 1 Joh 4,9. (9) 1 Joh 4,10.

Gal 1,16.18. dat. onz. enk. αἱματι = haimati van het zelfst. naamw. αἱμα = haima (bloed). Taalgebruik in het NT: haima (bloed). Taalgebruik in de LXX: haima (bloed). Taalgebruik in Lc: haima (bloed). Bijbel (55). LXX (35). NT (20): (1) Mt 23,30. (2) Lc 22,20. (3) Rom 3,25. (4) Rom 5,9. (5) 1 Kor 11,25. (6) Gal 1,16. (7) Ef 2,13. (8) Heb 9,21. (9) Heb 9,22. (10) Heb 9,25. (11) Heb 10,19. (12) Heb 12,24. (13) Heb 13,20. (14) 1 Pe 1,19. (15) 1 Joh 5,6. (16) Apk 1,5. (17) Apk 5,9. (18) Apk 7,14. (19) Apk 8,7. (20) Apk 19,13. Een vorm van  αἱμα = haima (bloed) in de LXX (401), in het NT (97), in Mt (10): (1) Mt 16,17. (2) Mt 23,30. (3) Mt 23,35. (4) Mt 26,28. (5) Mt 27,4. (6) Mt 27,6. (7) Mt 27,8. (8) Mt 27,24. (9) Mt 27,25. (10) Mt 27,49, in Mc (3): (1) Mc 5,25. (2) Mc 5,29. (3) Mc 14,24, in Lc (7): (1) Lc 8,43. (2) Lc 8,44. (3) Lc 11,50. (4) Lc 11,51. (5) Lc 13,1. (6) Lc 22,20. (7) Lc 22,44.
- בְדָמִי = bëdâmî (met mijn bloed) < prefix bë + zelfst. naamw. + + suffix persoonl. voornaamw. 1ste pers. enk.. דָם = dâm (bloed, bloedschuld). Taalgebruik in Tenakh: dâm (bloed, bloedschuld). Bijbel (1): (1) Ps 30

Gal 1,17 - Gal 1,17: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat 10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17oude anèlthon eis ierosoluma pros tous pro emou apostolous, alla apèlthon eis arabian, kai palin upestrepsa eis damaskon.  17 neque veni Hierosolyma ad antecessores meos apostolos sed abii in Arabiam et iterum reversus sum Damascum  Ik ben ook niet naar Jeruzalem gegaan, naar hen die eerder apostel waren dan ik. En van Arabië ben ik weer teruggekeerd naar Damascus.   17 En ben niet wederom gegaan naar Jeruzalem, tot degenen, die voor mij apostelen waren; maar ik ging henen naar Arabië, en keerde wederom naar Damaskus.  [17] zonder naar Jeruzalem te gaan, naar hen die eerder apostel waren dan ik, vertrokken naar Arabië* en vandaar naar Damascus teruggekeerd.  [17] en ben ook niet naar Jeruzalem gegaan, naar hen die eerder apostel waren dan ik. Ik ben onmiddellijk naar Arabia gegaan en ben van daar weer teruggekeerd naar Damascus.   17 en ook niet opgegaan naar Jeruzalem, naar hen die eerder dan ik apostelen werden, nee, ik ben weggegaan naar Arabië en toen weer teruggekeerd naar Damascus.  17. sans monter à Jérusalem trouver les apôtres mes prédécesseurs, je m'en allai en Arabie, puis je revins encore à Damas. 

King James Bible. [17] Neither went I up to Jerusalem to them which were apostles before me; but I went into Arabia, and returned again unto Damascus.
Luther-Bibel. 17 ging auch nicht hinauf nach Jerusalem zu denen, die vor mir Apostel waren, sondern zog nach Arabien und kehrte wieder zurück nach Damaskus.

Tekstuitleg van Gal 1,17.

18. accusatief enkelvoud Damaskon. Verwijzing: Damaskos (Damascus), zie Hnd 9,2. In elf verzen in het O.T.. In zeven verzen in het N.T.: (1) Hnd 9,2: eis Damaskon = naar Damascus. (2) Hnd 9,8: eis Damaskon = naar Damascus. (3) Hnd 22,5: eis Damaskon = naar Damascus. (4) Hnd 22,10: eis Damaskon = naar Damascus. (5) Hnd 22,11:: eis Damaskon = naar Damascus. (6) Hnd 26,12: eis tèn Damaskon = naar Damascus. (7) Gal 1,17: eis Damaskon = naar Damascus.

Gal 1,18 - Gal 1,18: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat 10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
18epeita meta etè tria anèlthon eis ierosoluma istorèsai kèfan, kai epemeina pros auton èmeras dekapente:   18 deinde post annos tres veni Hierosolyma videre Petrum et mansi apud eum diebus quindecim  Pas drie jaar later ging ik naar Jeruzalem om met Kefas kennis te maken: en ik ben maar veertien dagen bij hem gebleven.   18 Daarna kwam ik na drie jaren weder te Jeruzalem om Petrus te bezoeken, en ik bleef bij hem vijftien dagen. 
[18] Pas drie* jaar later ben ik naar Jeruzalem gegaan om met Kefas* kennis te maken, en ik ben veertien dagen bij hem gebleven. 
[18] Pas drie jaar later ging ik naar Jeruzalem om Kefas te ontmoeten, en bij hem bleef ik twee weken.   18 Vervolgens ben ik drie jaren later opgegaan naar Jeruzalem om Kefas te ontmoeten en ben ik vijftien dagen bij hem gebleven;  18. Ensuite, après trois ans, je montai à Jérusalem rendre visite à Céphas et demeurai auprès de lui quinze jours:  

King James Bible. [18] Then after three years I went up to Jerusalem to see Peter, and abode with him fifteen days.
Luther-Bibel. 18 Danach, drei Jahre später, kam ich hinauf nach Jerusalem, um Kephas kennen zu lernen, und blieb fünfzehn Tage bei ihm.

Tekstuitleg van Gal 1,18.

Gal 1,19 - Gal 1,19: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat 10de (tiende) zondag door het c-jaar Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
19eteron de tôn apostolôn ouk eidon, ei mè iakôbon ton adelfon tou kuriou.  19 alium autem apostolorum vidi neminem nisi Iacobum fratrem Domini  Van de andere apostelen heb ik niemand ontmoet behalve Jakobus, de broeder des Heren.   19 En zag geen ander van de apostelen, dan Jakobus, den broeder des Heeren.  [19] Van de andere apostelen heb ik niemand gezien, behalve Jakobus*, de broer van de Heer.   [19] Maar van de overige apostelen heb ik niemand gezien, behalve Jakobus, de broer van de Heer.   19 maar van de andere apostelen heb ik niemand gezien, behalve Jakobus, de broer van de Heer;  19. je n'ai pas vu d'autre apôtre, mais seulement Jacques, le frère du Seigneur: 

King James Bible. [19] But other of the apostles saw I none, save James the Lord's brother.
Luther-Bibel. 19 Von den andern Aposteln aber sah ich keinen außer Jakobus, des Herrn Bruder.

Tekstuitleg van Gal 1,19.

Gal 1,20 - Gal 1,20: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
20a de grafô umin, idou enôpion tou theou oti ou pseudomai.  20 quae autem scribo vobis ecce coram Deo quia non mentior    20 Hetgeen nu ik u schrijf, ziet, ik getuig voor God, dat ik niet lieg!  [20] Ik schrijf u de zuivere waarheid. God is mijn getuige.  [[20] God is mijn getuige dat ik u de waarheid schrijf.   20 wat ik u hier schrijf, zie, voor het aanschijn van God: ik lieg niet!  20. et quand je vous écris cela, j'atteste devant Dieu que je ne mens point. 

King James Bible. [20] Now the things which I write unto you, behold, before God, I lie not.
Luther-Bibel. 20 Was ich euch aber schreibe - siehe, Gott weiß, ich lüge nicht!

Tekstuitleg van Gal 1,20.

Gal 1,21 - Gal 1,21: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
21epeita èlthon eis ta klimata tès surias kai tès kilikias.   21 deinde veni in partes Syriae et Ciliciae    21 Daarna ben ik gekomen in de gewesten van Syrië en van Cilicië. 
[21] Daarna ben ik naar het gebied van Syrië* en Cilicië gegaan, 
[21] Daarna ging ik naar het kustgebied van Syrië en van Cilicië.  21 Vervolgens ben ik gegaan naar de gewesten van Syrië en Cilicië.  21. Ensuite je suis allé en Syrie et en Cilicie,  

King James Bible. [21] Afterwards I came into the regions of Syria and Cilicia;
Luther-Bibel. 21 Danach kam ich in die Länder Syrien und Zilizien.

Tekstuitleg van Gal 1,21.

Gal 1,22 - Gal 1,22: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
22èmèn de agnooumenos tô prosôpô tais ekklèsiais tès ioudaias tais en christô, 22 eram autem ignotus facie ecclesiis Iudaeae quae erant in Christo    22 En ik was van aangezicht onbekend aan de Gemeenten in Judea, die in Christus zijn.   [22] zonder dat de christengemeenten van Judea mij persoonlijk hadden leren kennen.  [22] De christengemeenten in Judea hadden mij nog nooit ontmoet,   22 Ik was van aanschijn onbekende voor de vergaderingen van Judea die één met Christus waren;   22. mais j'étais personnellement inconnu des Eglises de Judée qui sont dans le Christ;  

King James Bible. [22] And was unknown by face unto the churches of Judaea which were in Christ:
Luther-Bibel. 22 Ich war aber unbekannt von Angesicht den christlichen Gemeinden in Judäa.

Tekstuitleg van Gal 1,22.

- èmèn (ik was). Verwijzing: eimi (zijn), zie Mc 1,6. Actief imperfectum eerste persoon enkelvoud van het werkwoord eimi (zijn). Bijbel (55). O.T. (35). N.T. (15). Mt (3). Mc (1). Joh (3). Hnd (5). 1 Kor 13,11. Gal 1,10. Gal 1,22.

Gal 1,23 - Gal 1,23: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
23monon de akouontes èsan oti o diôkôn èmas pote nun euaggelizetai tèn pistin èn pote eporthei,   23 tantum autem auditum habebant quoniam qui persequebatur nos aliquando nunc evangelizat fidem quam aliquando expugnabat    23 Maar zij hadden alleenlijk gehoord, dat men zeide: Degene, die ons eertijds vervolgde, verkondigt nu het geloof, hetwelk hij eertijds verwoestte.  [23] Zij wisten alleen van horen zeggen: degene die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof dat hij vroeger wilde uitroeien.  [23] maar iedereen had over mij horen vertellen: ‘De man die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof dat hij toen probeerde uit te roeien.’  23 alleen hoorden zij telkens: hij die ons voorheen vervolgde verkondigt nu het geloof dat hij voorheen trachtte uit te roeien!–  23. on y entendait seulement dire que le persécuteur de naguère annonçait maintenant la foi qu'alors il voulait détruire;  

King James Bible. [23] But they had heard only, That he which persecuted us in times past now preacheth the faith which once he destroyed.
Luther-Bibel. 23 Sie hatten nur gehört: Der uns früher verfolgte, der predigt jetzt den Glauben, den er früher zu zerstören suchte,

Tekstuitleg van Gal 1,23.

Gal 1,24 - Gal 1,24: Voorvallen uit Paulus’ leven: Gal 1,13-24 -- Gal 1 -- bijbeloverzicht -- taalgebruik -- Gal 1,13 - Gal 1,14 - Gal 1,15 - Gal 1,16 - Gal 1,17 - Gal 1,18 - Gal 1,19 - Gal 1,20 - Gal 1,21 - Gal 1,22 - Gal 1,23 - Gal 1,24 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
24kai edoxazon en emoi ton theon.  24 et in me clarificabant Deum.     24 En zij verheerlijkten God in mij.  [24] En zij verheerlijkten God om mij.  [24] En zij prezen God om mij.  24 en zij verheerlijkten God om mij.   24. et elles glorifiaient Dieu à mon sujet.  

King James Bible. [24] And they glorified God in me.
Luther-Bibel. 24 und priesen Gott über mir.

Tekstuitleg van Gal 1,24.


1

1 Παῦλος, ἀπόστολος οὐκ ἀπ' ἀνθρώπων, οὐδὲ δι' ἀνθρώπου, ἀλλὰ διὰ Ἰησοῦ Χριστοῦ καὶ Θεοῦ πατρὸς τοῦ ἐγείραντος αὐτὸν ἐκ νεκρῶν, 2 καὶ οἱ σὺν ἐμοὶ πάντες ἀδελφοί, ταῖς ἐκκλησίαις τῆς Γαλατίας· 3 χάρις ὑμῖν καὶ εἰρήνη ἀπὸ Θεοῦ πατρὸς καὶ Κυρίου ἡμῶν Ἰησοῦ Χριστοῦ, 4 τοῦ δόντος ἑαυτὸν ὑπὲρ τῶν ἁμαρτιῶν ἡμῶν, ὅπως ἐξέληται ἡμᾶς ἐκ τοῦ ἐνεστῶτος αἰῶνος πονηροῦ κατὰ τὸ θέλημα τοῦ Θεοῦ καὶ πατρὸς ἡμῶν, 5 ᾧ ἡ δόξα εἰς τοὺς αἰῶνας τῶν αἰώνων· ἀμήν. 6 Θαυμάζω ὅτι οὕτω ταχέως μετατίθεσθε ἀπὸ τοῦ καλέσαντος ὑμᾶς ἐν χάριτι Χριστοῦ εἰς ἕτερον εὐαγγέλιον, 7 ὃ οὐκ ἔστιν ἄλλο, εἰ μὴ τινές εἰσιν οἱ ταράσσοντες ὑμᾶς καὶ θέλοντες μεταστρέψαι τὸ εὐαγγέλιον τοῦ Χριστοῦ. 8 ἀλλὰ καὶ ἐὰν ἡμεῖς ἢ ἄγγελος ἐξ οὐρανοῦ εὐαγγελίζηται ὑμῖν παρ' ὃ εὐηγγελισάμεθα ὑμῖν, ἀνάθεμα ἔστω. 9 ὡς προειρήκαμεν, καὶ ἄρτι πάλιν λέγω· εἴ τις ὑμᾶς εὐαγγελίζεται παρ' ὃ παρελάβετε, ἀνάθεμα ἔστω. 10 ἄρτι γὰρ ἀνθρώπους πείθω ἢ τὸν Θεόν; ἢ ζητῶ ἀνθρώποις ἀρέσκειν; εἰ γὰρ ἔτι ἀνθρώποις ἤρεσκον, Χριστοῦ δοῦλος οὐκ ἂν ἤμην. 11 Γνωρίζω δὲ ὑμῖν, ἀδελφοί, τὸ εὐαγγέλιον τὸ εὐαγγελισθὲν ὑπ' ἐμοῦ ὅτι οὐκ ἔστι κατὰ ἄνθρωπον· 12 οὐδὲ γὰρ ἐγὼ παρὰ ἀνθρώπου παρέλαβον αὐτό, οὔτε ἐδιδάχθην, ἀλλὰ δι' ἀποκαλύψεως Ἰησοῦ Χριστοῦ. 13 Ἠκούσατε γὰρ τὴν ἐμὴν ἀναστροφήν ποτε ἐν τῷ Ἰουδαϊσμῷ, ὅτι καθ' ὑπερβολὴν ἐδίωκον τὴν ἐκκλησίαν τοῦ Θεοῦ καὶ ἐπόρθουν αὐτήν, 14 καὶ προέκοπτον ἐν τῷ Ἰουδαϊσμῷ ὑπὲρ πολλοὺς συνηλικιώτας ἐν τῷ γένει μου, περισσοτέρως ζηλωτὴς ὑπάρχων τῶν πατρικῶν μου παραδόσεων. 15 Ὅτε δὲ εὐδόκησεν ὁ Θεὸς ὁ ἀφορίσας με ἐκ κοιλίας μητρός μου καὶ καλέσας διὰ τῆς χάριτος αὐτοῦ 16 ἀποκαλύψαι τὸν υἱὸν αὐτοῦ ἐν ἐμοὶ, ἵνα εὐαγγελίζωμαι αὐτὸν ἐν τοῖς ἔθνεσιν, εὐθέως οὐ προσανεθέμην σαρκὶ καὶ αἵματι, 17 οὐδὲ ἀνῆλθον εἰς Ἱεροσόλυμα πρὸς τοὺς πρὸ ἐμοῦ ἀποστόλους, ἀλλὰ ἀπῆλθον εἰς Ἀραβίαν, καὶ πάλιν ὑπέστρεψα εἰς Δαμασκόν. 18 Ἔπειτα μετὰ ἔτη τρία ἀνῆλθον εἰς Ἱεροσόλυμα ἱστορῆσαι Πέτρον, καὶ ἐπέμεινα πρὸς αὐτὸν ἡμέρας δεκαπέντε· 19 ἕτερον δὲ τῶν ἀποστόλων οὐκ εἶδον εἰ μὴ Ἰάκωβον τὸν ἀδελφὸν τοῦ Κυρίου. 20 ἃ δὲ γράφω ὑμῖν, ἰδοὺ ἐνώπιον τοῦ Θεοῦ ὅτι οὐ ψεύδομαι. 21 Ἔπειτα ἦλθον εἰς τὰ κλίματα τῆς Συρίας καὶ τῆς Κιλικίας. 22 ἤμην δὲ ἀγνοούμενος τῷ προσώπῳ ταῖς ἐκκλησίαις τῆς Ἰουδαίας ταῖς ἐν Χριστῷ· 23 μόνον δὲ ἀκούοντες ἦσαν ὅτι ὁ διώκων ἡμᾶς ποτὲ νῦν εὐαγγελίζεται τὴν πίστιν ἥν ποτε ἐπόρθει, 24 καὶ ἐδόξαζον ἐν ἐμοὶ τὸν Θεόν.

 

paulos apostolos, ouk ap anthrôpôn oude di anthrôpou alla dia ièsou christou kai theou patros tou egeirantos auton ek nekrôn, 2kai oi sun emoi pantes adelfoi, tais ekklèsiais tès galatias: 3charis umin kai eirènè apo theou patros èmôn kai kuriou ièsou christou, 4tou dontos eauton uper tôn amartiôn èmôn opôs exelètai èmas ek tou aiônos tou enestôtos ponèrou kata to thelèma tou theou kai patros èmôn, 5ô è doxa eis tous aiônas tôn aiônôn: amèn. 6thaumazô oti outôs tacheôs metatithesthe apo tou kalesantos umas en chariti [christou] eis eteron euaggelion, 7o ouk estin allo: ei mè tines eisin oi tarassontes umas kai thelontes metastrepsai to euaggelion tou christou. 8alla kai ean èmeis è aggelos ex ouranou euaggelizètai [umin] par o euèggelisametha umin, anathema estô. 9ôs proeirèkamen, kai arti palin legô, ei tis umas euaggelizetai par o parelabete, anathema estô. 10arti gar anthrôpous peithô è ton theon; è zètô anthrôpois areskein; ei eti anthrôpois èreskon, christou doulos ouk an èmèn. 11gnôrizô gar umin, adelfoi, to euaggelion to euaggelisthen up emou oti ouk estin kata anthrôpon: 12oude gar egô para anthrôpou parelabon auto, oute edidachthèn, alla di apokalupseôs ièsou christou. 13èkousate gar tèn emèn anastrofèn pote en tô ioudaismô, oti kath uperbolèn ediôkon tèn ekklèsian tou theou kai eporthoun autèn, 14kai proekopton en tô ioudaismô uper pollous sunèlikiôtas en tô genei mou, perissoterôs zèlôtès uparchôn tôn patrikôn mou paradoseôn. 15ote de eudokèsen [o theos] o aforisas me ek koilias mètros mou kai kalesas dia tès charitos autou 16apokalupsai ton uion autou en emoi ina euaggelizômai auton en tois ethnesin, eutheôs ou prosanethemèn sarki kai aimati, 17oude anèlthon eis ierosoluma pros tous pro emou apostolous, alla apèlthon eis arabian, kai palin upestrepsa eis damaskon. 18epeita meta etè tria anèlthon eis ierosoluma istorèsai kèfan, kai epemeina pros auton èmeras dekapente: 19eteron de tôn apostolôn ouk eidon, ei mè iakôbon ton adelfon tou kuriou. 20a de grafô umin, idou enôpion tou theou oti ou pseudomai. 21epeita èlthon eis ta klimata tès surias kai tès kilikias. 22èmèn de agnooumenos tô prosôpô tais ekklèsiais tès ioudaias tais en christô, 23monon de akouontes èsan oti o diôkôn èmas pote nun euaggelizetai tèn pistin èn pote eporthei, 24kai edoxazon en emoi ton theon.


Vulgaat

1 Paulus apostolus non ab hominibus neque per hominem sed per Iesum Christum et Deum Patrem qui suscitavit eum a mortuis 2 et qui mecum sunt omnes fratres ecclesiis Galatiae 3 gratia vobis et pax a Deo Patre et Domino nostro Iesu Christo 4 qui dedit semet ipsum pro peccatis nostris ut eriperet nos de praesenti saeculo nequam secundum voluntatem Dei et Patris nostri 5 cui est gloria in saecula saeculorum amen 6 miror quod sic tam cito transferimini ab eo qui vos vocavit in gratiam Christi in aliud evangelium 7 quod non est aliud nisi sunt aliqui qui vos conturbant et volunt convertere evangelium Christi 8 sed licet nos aut angelus de caelo evangelizet vobis praeterquam quod evangelizavimus vobis anathema sit 9 sicut praediximus et nunc iterum dico si quis vobis evangelizaverit praeter id quod accepistis anathema sit 10 modo enim hominibus suadeo aut Deo aut quaero hominibus placere si adhuc hominibus placerem Christi servus non essem 11 notum enim vobis facio fratres evangelium quod evangelizatum est a me quia non est secundum hominem 12 neque enim ego ab homine accepi illud neque didici sed per revelationem Iesu Christi 13 audistis enim conversationem meam aliquando in iudaismo quoniam supra modum persequebar ecclesiam Dei et expugnabam illam 14 et proficiebam in iudaismo supra multos coetaneos in genere meo abundantius aemulator existens paternarum mearum traditionum 15 cum autem placuit ei qui me segregavit de utero matris meae et vocavit per gratiam suam 16 ut revelaret Filium suum in me ut evangelizarem illum in gentibus continuo non adquievi carni et sanguini 17 neque veni Hierosolyma ad antecessores meos apostolos sed abii in Arabiam et iterum reversus sum Damascum 18 deinde post annos tres veni Hierosolyma videre Petrum et mansi apud eum diebus quindecim 19 alium autem apostolorum vidi neminem nisi Iacobum fratrem Domini 20 quae autem scribo vobis ecce coram Deo quia non mentior 21 deinde veni in partes Syriae et Ciliciae 22 eram autem ignotus facie ecclesiis Iudaeae quae erant in Christo 23 tantum autem auditum habebant quoniam qui persequebatur nos aliquando nunc evangelizat fidem quam aliquando expugnabat 24 et in me clarificabant Deum