HANDELINGEN VAN DE APOSTELEN HOOFDSTUK 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14 -- Hnd 14,1-7 -- Hnd 14,20b-28 -

- Bibliografie - Literatuur - Liturgisch gebruik - Overzicht bijbelboeken - Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken - Overzicht van deze website -

Overzicht van Handelingen van de apostelen : Hnd (Handelingen) : overzicht , Hnd : woordgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Hnd : commentaar ,
Hnd 1 , Hnd 2 , Hnd 3 , Hnd 4 , Hnd 5 , Hnd 6 , Hnd 7 , Hnd 8 , Hnd 9 , Hnd 10 , Hnd 11 , Hnd 12 , Hnd 13 , Hnd 14 , Hnd 15 , Hnd 16 , Hnd 17 , Hnd 18 , Hnd 19 , Hnd 20 , Hnd 21 , Hnd 22 , Hnd 23 , Hnd 24 , Hnd 25 , Hnd 26 , Hnd 27 , Hnd 28 ,
Uitleg per pericope -
- Hnd 14,1-7 : In Ikonium .
- Hnd 14,8-20 : In Lystra .
- Hnd 14,20-28 : Terugreis naar Antiochië in Syrië .
Uitleg vers per vers : - Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 - Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Religie.opzijnbest.nl
ZOEKEN OP DEZE WEBSITE
PicoSearch
  Hulp
Verzorgd door PicoSearch
 
 
             
1. LXX , Griekse tekst N.T.   2. Vulgata   3. Synopsis Denaux - Vervenne  4. Statenvertaling   5. Willibrordvertaling   6. Nieuwe Vertaling   7. Naardense vertaling , zie
8. Bible de Jérusalem 9. Statenvertaling   10. King James Bible  - King James Bible 11. Luther-Bibel   liturgische lezing      

WEDERKERIGHEID (DIVERSITEIT - VICE VERSA) . Meer info : Arseen De Kesel . Email: arseen.de.kesel@pandora.be .
websitenamen : http://users.telenet.be/arseen.de.kesel/ en http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.htm
- STARTPAGINA - AGENDA - BIJ DE HAND - NIEUW - OVERZICHT -  TIJDSCHRIFTEN -
ALFABETISCH OVERZICHT VAN THEMA'S EN WEBSITES :
- A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z
HOOFDTHEMA'S : allochtonen , armoede , bahá'í ,  bezinningsteksten , bijbel , bijbel en koran , boeddhisme , christendom , extreemrechts (Vlaams Blok) , fundamentalisme , globalisering en antiglobalisering ,  hindoeïsme , interlevensbeschouwelijke dialoog , interreligieuze meditatie , islam , jodendom , koran , levensbeschouwing , levensbeschouwing / godsdienst en onderwijs , racisme , samenleving , sikhisme , spiritualiteit , tewerkstelling van allochtonen , vluchtelingen en asielzoekers , vrijzinnigheid , witte scholen , multiculturele scholen en concentratiescholen , Eigen-zinnige beschouwingen , Het kleine of grote ongenoegen

Woordenschat
- Derbè (Derbe) , zie Hnd 14,6 .
- diatribô (stuk wrijven, opslijten, tijd doorbrengen) , zie Hnd 14,28 .
- Lustra (Lystra) , zie Hnd 14,6 .
- Pergè (Perge) , zie Hnd 14,25 .
Bibliografie
Literatuur .
Liturgisch gebruik

Overzicht van de bijbelboeken
- bijbeloverzicht , bijbelverwijzingen , Oude Testament , Pentateuch , Historische boeken , Profeten , Wijsheidsboeken , Nieuwe Testament , Evangelies , Synoptici , Brieven van Paulus , Apostolische brieven .
- OT : Gn (Genesis) , Ex (Exodus) , Lv (Leviticus) , Nu (Numeri) , Dt (Deuteronomium) , Joz (Jozua) , Re (Rechters) , Rt (Ruth) , 1 S (1 Samuël) , 2 S (2 Samuël) , 1 K (1 Koningen) , 2 K (2 Koningen) , 1 Kr ( 1 Kronieken) , 2 Kr (2 Kronieken) , Ezr (Ezra) , Neh (Nehemia) , Tob (Tobia) , Jdt (Judith) , Est (Esther) , 1 Mak (1 Makkabeeën) , 2 Mak (2 Makkabeeën) , Job , Ps (Psalmen ) , Spr (Spreuken) , Pr (Prediker) , Hl (Hooglied) , W (Wijsheid) , Sir (Sirach) , Js (Jesaja) , Jr (Jeremia) , Kl (Klaagliederen) , Bar (Baruch) , Ez (Ezechiël) , Da (Daniël) , Hos (Hosea) , Jl (Joël) , Am (Amos) , Ob (Obadja) , Jon (Jona) , Mi (Micha) , Nah (Nahum) , Hab (Habakuk) , Sef (Sefanja) , Hag (Haggai) , Zach (Zacharia) , Mal (Maleachi) .
- NT : Mt (Matteüs) - Mc (Marcus) - Lc (Lucas) - Joh (Johannes) - Hnd (Handelingen) , Rom (Rome) , 1 Kor (Korinte) , 2 Kor (Korinte) , Gal (Galatië) , Ef (Efese) , Fil (Filippi) , Kol (Kolosse) , 1 Tes (Tessalonika) , 2 Tes (Tessalonika) , 1 Tim (Timoteüs) , 2 Tim (Timoteüs) , Tit (Titus) , Film (Filemon) , Heb (Hebreeën) , Jak (Jakobus) , 1 Pe (Petrus) , 2 Pe (Petrus) , 1 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , Jud (Judas) , Apk (Apokalyps) .
Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken : - bibliografie bijbel - bibliografie van het Oude Testament - bibliografie Matteüsevangelie - bibliografie Marcusevangelie - bibliografie Lucasevangelie - bibliografie van het Johannesevangelie - bibliografie van het Nieuwe Testament (behalve evangeliën)

Hnd 14,1-7 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -

Hnd 14,1 - Hnd 14,1 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
1egeneto de en ikoniô kata to auto eiselthein autous eis tèn sunagôgèn tôn ioudaiôn kai lalèsai outôs ôste pisteusai ioudaiôn te kai ellènôn polu plèthos.  1 factum est autem Iconii ut simul introirent synagogam Iudaeorum et loquerentur ita ut crederet Iudaeorum et Graecorum copiosa multitudo   1 En het geschiedde te Ikonium, dat zij te zamen gingen in de synagoge der Joden, en alzo spraken, dat een grote menigte, beiden van Joden en Grieken, geloofde.    [1] In Ikonium gingen ze eveneens naar de Joodse synagoge en spraken er zo, dat Joden en Grieken in groten getale tot geloof kwamen.  1] Ook in Ikonium bezochten ze de synagoge van de Joden, en ook daar werd een groot aantal mensen, Joden zowel als Grieken, door hun verkondiging tot geloof gebracht.   1 ¶ Het geschiedt in Ikonium eveneens dat zij de synagoge van de Judeeërs binnenkomen en zó spreken dat een grote menigte van Judeeërs en Hellenen gaat geloven.   1. A Iconium, ils entrèrent de même dans la synagogue des Juifs et parlèrent de telle façon qu'une grande foule de Juifs et de Grecs embrassèrent la foi. 

King James Bible . [1] And it came to pass in Iconium, that they went both together into the synagogue of the Jews, and so spake, that a great multitude both of the Jews and also of the Greeks believed.
Luther-Bibel . 1 Es geschah aber in Ikonion, dass sie wieder in die Synagoge der Juden gingen und so predigten, dass eine große Menge Juden und Griechen gläubig wurde. ²

Tekstuitleg van Hnd 14,1 .

7. auto (zelf) . Verwijzing : autos (hij zelf) , zie Lc 24,36 . Nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud . In 490 verzen in de bijbel . In 101 verzen in het N.T. . In acht verzen in Hnd : (1) Hnd 1,15 . (2) Hnd 2,1 . (3) Hnd 2,44 . (4) Hnd 2,47 . (5) Hnd 4,26 . (6) Hnd 7,6 . (7) Hnd 14,1 . (8) Hnd 27,6 .

17. 3. houtôs (zo) . Verwijzing : houtôs (zo, op deze wijze) , zie Mt 21,6 . In 907 verzen in de bijbel . In 708 verzen in het O.T. . In 199 verzen in het N.T. . In eenentwintig verzen bij Lucas . In zesentwintig verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,11 . (2) Hnd 3,18 . (3) Hnd 7,1 . (4) Hnd 7,6 . (5) Hnd 7,8 . (6) Hnd 8,32 . (7) Hnd 12,8 . (8) Hnd 12,15 . (9) Hnd 13,8 . (10) Hnd 13,34 . (11) Hnd 13,47 . (12) Hnd 14,1 . (13) Hnd 17,11 . (14) Hnd 17,33 . (15) Hnd 19,20 . (16) Hnd 20,11 . (17) Hnd 20,13 . (18) Hnd 20,35 . (19) Hnd 21,11 . (20) Hnd 22,24 . (21) Hnd 24,9 . (22) Hnd 24,14 . (23) Hnd 27,17 . (24) Hnd 27,25 . (25) Hnd 27,44 . (26) Hnd 28,14 .

25. nom. + acc. onz. enk. plèthos (menigte, veelheid) . Taalgebruik in het N.T. : plèthos (menigte, veelheid) . Taalgebruik in Hnd : plèthos (menigte, veelheid) . Hnd (12) : (1) Hnd 2,6 . (2) Hnd 5,16 . (3) Hnd 6,2 . (4) Hnd 14,1 . (5) Hnd 14,4 . (6) Hnd 15,12 . (7) Hnd 15,30 . (8) Hnd 17,4 . (9) Hnd 21,36 . (10) Hnd 23,7 . (11) Hnd 25,24 . (12) Hnd 28,3 . Een vorm van plèthos (menigte, veelheid) in Hnd in 17 verzen : 12 + 5 : (1) Hnd 4,32 . (2) Hnd 5,14 . (3) Hnd 6,5 . (4) Hnd 19,9 . (5) Hnd 21,22 .

24. - 25. polu plèthos (een grote menigte) . In vier verzen in het N.T. : (1) Mc 3,7 . (2) Lc 23,27 . (3) Hnd 14,1 . (4) Hnd 17,4 .

Hnd 14,2 - Hnd 14,2 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
2oi de apeithèsantes ioudaioi epègeiran kai ekakôsan tas psuchas tôn ethnôn kata tôn adelfôn.  2 qui vero increduli fuerunt Iudaei suscitaverunt et ad iracundiam concitaverunt animas gentium adversus fratres  2 Maar de Joden, die ongehoorzaam waren, verwekten en verbitterden de zielen der heidenen tegen de broeders.    [2] Maar de Joden die niet wilden gehoorzamen, hitsten de heidenen op en brachten hen in een vijandige stemming jegens de broeders.  [2] Maar er waren ook Joden die niets van hun boodschap wilden weten, en dezen deden hun best om bij de heidenen een vijandige stemming jegens de gelovigen te kweken.  2 Maar de Judeeërs die zich niet laten overtuigen wekken de zielen der heidenen op tot kwaad tegen de broeders.  2. Mais les Juifs restés incrédules excitèrent les païens et les indisposèrent contre les frères. 

King James Bible . [2] But the unbelieving Jews stirred up the Gentiles, and made their minds evil affected against the brethren.
Luther-Bibel . 2 Die Juden aber, die ungläubig blieben, stifteten Unruhe und hetzten die Seelen der Heiden auf gegen die Brüder.

Tekstuitleg van Hnd 14,2 .

Hnd 14,3 - Hnd 14,3 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
3ikanon men oun chronon dietripsan parrèsiazomenoi epi tô kuriô tô marturounti [epi] tô logô tès charitos autou, didonti sèmeia kai terata ginesthai dia tôn cheirôn autôn.  3 multo igitur tempore demorati sunt fiducialiter agentes in Domino testimonium perhibente verbo gratiae suae dante signa et prodigia fieri per manus eorum  3 Zij verkeerden dan aldaar een langen tijd, vrijmoediglijk sprekende in den Heere, Die getuigenis gaf aan het Woord Zijner genade, en gaf, dat tekenen en wonderen geschiedden door hun handen.     [3] Toch bleven ze er geruime tijd en traden vrijmoedig op in vertrouwen op de Heer, die het woord van zijn genade bevestigde en tekenen en wonderen door hun handen liet gebeuren.  [3] Paulus en Barnabas bleven geruime tijd in de stad en spraken vrijmoedig over Gods woord, vol vertrouwen in de Heer, die de verkondiging van zijn genade kracht bijzette door hen tekenen en wonderen te laten verrichten.  3 Zij brengen er dan geruime tijd door in alle vrijmoedigheid sprekend over de Heer die getuigenis meegeeft aan het woord van zijn genade door tekenen en wonderen te laten geschieden door hun handen,  3. Paul et Barnabé prolongèrent donc leur séjour assez longtemps, pleins d'assurance dans le Seigneur, qui rendait témoignage à la prédication de sa grâce en opérant signes et prodiges par leurs mains.  

King James Bible . [3] Long time therefore abode they speaking boldly in the Lord, which gave testimony unto the word of his grace, and granted signs and wonders to be done by their hands.
Luther-Bibel . 3 Dennoch blieben sie eine lange Zeit dort und lehrten frei und offen im Vertrauen auf den Herrn, der das Wort seiner Gnade bezeugte und ließ Zeichen und Wunder geschehen durch ihre Hände.

Tekstuitleg van Hnd 14,3

Hnd 14,4 - Hnd 14,4 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
4eschisthè de to plèthos tès poleôs, kai oi men èsan sun tois ioudaiois oi de sun tois apostolois.  4 divisa est autem multitudo civitatis et quidam quidem erant cum Iudaeis quidam vero cum apostolis  4 En de menigte der stad werd verdeeld, en sommigen waren met de Joden, en sommigen met de apostelen.    [4] Maar onder de bevolking van de stad ontstond tweespalt: sommigen stonden aan de kant van de Joden, anderen aan de kant van de apostelen.  [4] Er ontstond echter verdeeldheid onder de inwoners van de stad, van wie sommigen partij kozen voor de Joden en anderen voor de apostelen.  4 maar de menigte uit de stad raakt verscheurd: sommigen gaan mee met de Judeeërs en anderen met de apostelen.  4. La population de la ville se partagea. Les uns étaient pour les Juifs, les autres pour les apôtres. 

King James Bible . [4] But the multitude of the city was divided: and part held with the Jews, and part with the apostles.
Luther-Bibel . 4 Die Menge in der Stadt aber spaltete sich; die einen hielten's mit den Juden und die andern mit den Aposteln.

Tekstuitleg van Hnd 14,4 .

Hnd 14,5 - Hnd 14,5 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
5ôs de egeneto ormè tôn ethnôn te kai ioudaiôn sun tois archousin autôn ubrisai kai lithobolèsai autous, 5 cum autem factus esset impetus gentilium et Iudaeorum cum principibus suis ut contumeliis adficerent et lapidarent eos  5 En als er een oploop geschiedde, beiden van heidenen en van Joden, met hun oversten, om hun smaadheid aan te doen, en hen te stenigen,   
[5] Toen het hun duidelijk werd dat heidenen en Joden met hun leiders aanstalten maakten om geweld te gebruiken en hen te stenigen,
[5] Toen Paulus en Barnabas merkten dat heidenen en Joden samen met hun leiders op het punt stonden om geweld te gebruiken en hen wilden stenigen,   5 Zodra het geschiedt dat er een oploop ontstaat van heidenen zowel als Judeeërs samen met hun oversten die hen willen mishandelen en stenigen  5. Chez les païens et les Juifs, leurs chefs en tête, on se préparait à les maltraiter et à les lapider. 

King James Bible . [5] And when there was an assault made both of the Gentiles, and also of the Jews with their rulers, to use them despitefully, and to stone them,
Luther-Bibel . 5 Als sich aber ein Sturm erhob bei den Heiden und Juden und ihren Oberen und sie sie misshandeln und steinigen wollten,

Tekstuitleg van Hnd 14,5 .

Hnd 14,6 - Hnd 14,6 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
6sunidontes katefugon eis tas poleis tès lukaonias lustran kai derbèn kai tèn perichôron,  6 intellegentes confugerunt ad civitates Lycaoniae Lystram et Derben et universam in circuitu regionem et ibi evangelizantes erant  6 Zijn zij, alles overlegd hebbende, gevlucht naar de steden van Lykaonië, namelijk Lystre en Derbe, en het omliggende land;     [6] vluchtten zij naar de Lykaonische steden Lystra* en Derbe en omstreken.  [6] vluchtten ze naar een ander deel van Lykaonië, waar ze onder meer in de steden Lystra en Derbe het evangelie verkondigden.    6 en zij dat aanzien, vluchten ze naar de Lykaonische steden Lystra en Derbe en omgeving.   6. Mais s'en étant rendu compte, ils allèrent chercher refuge dans les villes de la Lycaonie, Lystres, Derbé et leurs environs, 

King James Bible . [6] They were ware of it, and fled unto Lystra and Derbe, cities of Lycaonia, and unto the region that lieth round about:
Luther-Bibel . 6 merkten sie es und entflohen in die Städte Lykaoniens, nach Lystra und Derbe, und in deren Umgebung

Tekstuitleg van Hnd 14,6

8. Lustran (Lystra) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In drie verzen in het N.T. , nl. in Hnd : (1) Hnd 14,6 . (2) Hnd 14,21 . (3) Hnd 16,1 . Lystra ligt evenals Ikonium en Derbe in de landstreek Lykanonië , het gebied ten oosten van Pisidië, in de Romeinse provincie Galatië . Lustra (Lystra) . Verwijzing : Lustra (Lystra) , zie Hnd 14,6 .
- lustrois (Lystra) . Datief mannelijk meervoud . In drie verzen in het N.T. : (1) Hnd 14,8 . (2) Hnd 16,2 . (3) 2 Tim 3,11 .
In Lystra genas Paulus een lamme . De inwoners van Lystra waren van mening dat de goden Zeus en Hermes hen in mensengedaante bezochten en ze wilden hen als goden eren. Tijdens de eerste zendingsreis kregen Paulus en Barnabas heel wat tegenstand . Uit Antiochië van Pisidië werden ze verjaagd (Hnd 13,50) . In Ikonium werden ze met steniging bedreigd en vluchtten ze (Hnd 14,6) . In Lystra werd Paulus gestenigd , maar bracht het er nog levend vanaf (Hnd 14,19 - Hnd 14,20) . In 2 Tim 3,11 vermeldt de schrijver van de brief de vervolgingen in de drie plaatsen . Bij zijn tweede zendingsreis ontmoette Paulus en Silas er Timoteüs , een leerling (Hnd 16,1 - Hnd 16,2 - Hnd 16,3) .

10. Derbèn (Derbe) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In drie verzen in het N.T. nl . in Hnd : (1) Hnd 14,6 . (2) Hnd 14,20 . (3) Hnd 16,1 . Men vermoedt dat Derbe op de plaats van het huidige Kerti Hüyük ligt . Het ligt 96 km ten zuidoosten van Lystra . Evenals Ikonium en Lystra ligt Derbe in de landstreek Lykaonië , het gebied ten oosten van Pisidië, in de Romeinse provincie Galatië . Derbè (Derbe) . Verwijzing : Derbè (Derbe) , zie Hnd 14,6 . Paulus en Barnabas zijn slechts zeer korte tijd in Derbe geweest (Hnd 14,20 - Hnd 14,21) . Na een breuk met Barnabas (Hnd 15,39) bezocht Paulus samen met Silas opnieuw de stad Derbe (Hnd 16,1 - Hnd 16,2 - Hnd 16,3) , waar hij Timoteüs ontmoette (Hnd 16,2 - Hnd 16,3) .

Hnd 14,7 - Hnd 14,7 : In Ikonium : Hnd 14,1-7 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,1 - Hnd 14,2 - Hnd 14,3 - Hnd 14,4 - Hnd 14,5 - Hnd 14,6 - Hnd 14,7 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
7kakei euaggelizomenoi èsan.   7 et quidam vir in Lystris infirmus pedibus sedebat claudus ex utero matris suae qui numquam ambulaverat 7 En verkondigden aldaar het Evangelie.    [7] Daar zetten zij de verkondiging van de goede boodschap voort.   -   7 Ook dáár verkondigen zij het evangelie.  7. où ils se mirent à annoncer la Bonne Nouvelle.  

King James Bible . [7] And there they preached the gospel.
Luther-Bibel . 7 und predigten dort das Evangelium.

Tekstuitleg van Hnd 14,7 .

Hnd 14,8-20 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -

Hnd 14,8 - Hnd 14,8 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
 8kai tis anèr adunatos en lustrois tois posin ekathèto, chôlos ek koilias mètros autou, os oudepote periepatèsen. 8 hic audivit Paulum loquentem qui intuitus eum et videns quia haberet fidem ut salvus fieret   8 En een zeker man, te Lystre, zat onmachtig aan de voeten, kreupel zijnde van zijner moeders lijf, die nooit had gewandeld.    [8] In Lystra zat een man op straat die geen macht had over zijn voeten; vanaf de moederschoot was hij verlamd en hij had nooit kunnen lopen.  [8] In Lystra zat een man op straat die geen kracht in zijn voeten had; hij was al sinds zijn geboorte verlamd en had nooit kunnen lopen. 8 ¶ In Lystra heeft een man neergezeten die geen kracht had in zijn voeten; kreupel vanaf de schoot van zijn moeder heeft hij nooit kunnen lopen.  8. Il y avait là, assis, un homme perclus des pieds ; impotent de naissance, il n'avait jamais marché.  

King James Bible . [8] And there sat a certain man at Lystra, impotent in his feet, being a cripple from his mother's womb, who never had walked:
Luther-Bibel . 8 Und es war ein Mann in Lystra, der hatte schwache Füße und konnte nur sitzen; er war gelähmt von Mutterleib an und hatte noch nie gehen können.

Tekstuitleg van Hnd 14,8 . Dit vers Hnd 14,8 telt 18 (2 X 3 X 3) woorden en 100 (2 X 2 X 5 X 5) letters . De getalwaarde van Hnd 14,8 is 12393 (3 X 3 X 3 X 3 X 3 X 3 X 17) .

- Hnd 3,2 : kai tis anèr ... chôlos ek koilias mètros autou
- Hnd 14,8 : kai tis anèr chôlos ek koilias mètros autou

1. kai (en) . Er heeft verandering van personage plaats .

3. anèr (man) . Verwijzing : anèr (man) , zie Lc 5,12 . Het komt in 480 verzen in de bijbel voor . In 432 verzen in het O.T. . In achtenveertig verzen in het N.T. . In negen verzen bij Lucas : In veertien verzen in Hnd :
(1) Hnd 3,2 (kai tis anèr chôlos... = en een man , lam ...) .
(2) Hnd 5,1 (anèr de tis Ananias onomati = een man echter, Ananias met name) .
(3) Hnd 8,9 (anèr de tis onomati Sumeôn = een man echter, met name Simeon) .
(4) Hnd 8,27 (kai idou anèr Aithiops = en zie een Ethiopisch man) .
(5) Hnd 10,1 (anèr de tis en Kaisareiai onomati Kornèlios = een man echter in Caesarea, met name Cornelius) .
(6) Hnd 10,28 (Cornelius - anèr dikaios kai foboumenos ton theon = een rechtvaardig en godvrezend man) .
(7) Hnd 10,30 (kai idou anèr - Paulus - = en zie een man) .
(8) Hnd 11,24 (Barnabas - hoti èn anèr agathos kai plèrès pneumatos hagiou kai pisteôs = want hij was een goed man en vol van heilige geest en van geloof) .
(9) Hnd 14,8 (kai tis anèr = en een man) .
(10) Hnd 16,9 (anèr Makedôn tis = een Macedoniër) .
(11) Hnd 18,24 (Apollo - anèr logios = een welbespraakt man) .
(12) Hnd 22,3 (egô eimi anèr Ioudaios = ik ben een jood) .
(13) Hnd 22,12 (Ananias de tis, anèr eulabès... = Een Ananias, een godsvruchtig man) .
(14) Hnd 25,14 (anèr tis = welke man) .
In vijf van de veertien verzen in Hnd staat anèr (man) vooraan de zin : (2) Hnd 5,1 . (3) Hnd 8,9 . (5) Hnd 10,1 . (10) Hnd 16,9 . (14) Hnd 25,14 . In drie verzen ervan (2) Hnd 5,1 . (3) Hnd 8,9 . (5) Hnd 10,1 .Het woord anèr (man) wordt gevolgd door het partikel de (echter) en het onbepaald voornaamwoord tis (een bepaald iemand) . In deze drie verzen wordt dan de concrete naam gegeven : (2) Hnd 5,1 (anèr de tis Ananias onomati = een man echter, Ananias met name) . (3) Hnd 8,9 (anèr de tis onomati Sumeôn = een man echter, met name Simeon) . (5) Hnd 10,1 (anèr de tis en Kaisareiai onomati Kornèlios = een man echter in Caesarea, met name Cornelius) . Deze constructie vinden we ook in Hnd 18,24 waar Ioudaious (jood) het woord anèr (man) vervangt ; wellicht omdat anèr (man) nog verder in de zin vermeld wordt . Hnd 18,24 (Ioudaios de tis Apollôs onomati = een jood echter , Apollo met name ) .

1. - 3. De constructie kai tis anèr (en een man) komt tweemaal in Hnd voor : (1) Hnd 3,2 . (2) Hnd 14,8 . In beide teksten staat het aan het begin van een vers en van de beschrijving van de noodlijdende . In deze beide teksten gaat het om de genezing van een lamme : Hnd 3,1-10 en Hnd 14,8-20 . In deze beide teksten draagt de man geen naam of wordt zijn afkomst niet vermeld .

10. - 13. ek koilias mètros autou : vanaf zijn moederschoot .
- koilias (van de moederschoot) . Genitief vrouwelijk enkelvoud . In achtenvijftig verzen in de bijbel . In zeven verzen in het N.T. : (1) Mt 19,12 . (2) Lc 1,15 . (3) Lc 1,42 . (4) Joh 7,38 . (5) Hnd 3,2 . (6) Hnd 14,8 . (7) Gal 1,15 . Verwijzing : bhâtèn (moederschoot) , zie Jr 1,5 .

Hnd 14,9 - Hnd 14,9 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
9outos èkousen tou paulou lalountos: os atenisas autô kai idôn oti echei pistin tou sôthènai   9 dixit magna voce surge super pedes tuos rectus et exilivit et ambulabat   9 Deze hoorde Paulus spreken; welke de ogen op hem houdende, en ziende, dat hij geloof had om gezond te worden,    [9] Deze man luisterde naar Paulus. Paulus keek hem doordringend aan en zag dat hij het vertrouwen had dat hij genezen zou worden.   [9] Toen deze man naar een toespraak van Paulus luisterde, keek Paulus hem strak aan en zag dat hij geloofde dat hij genezen kon worden. 9 Hij heeft naar Paulus gehoord bij diens spreken. Die staart hem aan en ziet dat hij het geloof heeft dat hij gered kan worden.  9. Il écouta Paul discourir. Celui-ci, arrêtant sur lui son regard et voyant qu'il avait la foi pour être guéri,  

King James Bible . [9] The same heard Paul speak: who stedfastly beholding him, and perceiving that he had faith to be healed,
Luther-Bibel . 9 Der hörte Paulus reden. Und als dieser ihn ansah und merkte, dass er glaubte, ihm könne geholfen werden,

Tekstuitleg van Hnd 14,9 .

Hnd 14,10 - Hnd 14,10 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
10eipen megalè fônè, anastèthi epi tous podas sou orthos. kai èlato kai periepatei.   10 turbae autem cum vidissent quod fecerat Paulus levaverunt vocem suam lycaonice dicentes dii similes facti hominibus descenderunt ad nos  10 Zeide met grote stem: Sta recht op uw voeten! En hij sprong op en wandelde.     [10] Met luide stem zei hij: ‘Kom overeind, sta recht op uw voeten!’ Hij sprong op en stapte rond.  [10] Daarom riep hij hem toe: ‘Kom overeind en ga op uw benen staan!’ De man sprong op en begon te lopen.   10 Hij zegt met grote stem: sta op, recht op je voeten! Hij springt op en is gaan lopen.   10. dit d'une voix forte : « Lève-toi, tiens-toi droit sur tes pieds ! » Il se dressa d'un bond : il marchait.  

King James Bible . [10] Said with a loud voice, Stand upright on thy feet. And he leaped and walked.
Luther-Bibel . 10 sprach er mit lauter Stimme: Stell dich aufrecht auf deine Füße! Und er sprang auf und ging umher.

Tekstuitleg van Hnd 14,10 .

Hnd 14,11 - Hnd 14,11 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
11oi te ochloi idontes o epoièsen paulos epèran tèn fônèn autôn lukaonisti legontes, oi theoi omoiôthentes anthrôpois katebèsan pros èmas:   11 et vocabant Barnaban Iovem Paulum vero Mercurium quoniam ipse erat dux verbi   11 En de scharen, ziende, hetgeen Paulus gedaan had, verhieven hun stemmen, en zeiden in het Lycaonisch: De goden zijn den mensen gelijk geworden, en tot ons nedergekomen.     [11] Toen de mensen zagen wat Paulus gedaan had, verhieven zij hun stem en schreeuwden in het Lykaonisch*: ‘De goden zijn mensen geworden en naar ons afgedaald!’  

[11] Toen de mensen zagen wat Paulus had gedaan, verhieven zij hun stem en ze zeiden in het Lykaonisch: ‘De goden zijn in mensengedaante naar ons afgedaald!’

11 Als de scharen zien wat Paulus heeft gedaan verheffen zij hun stem en zeggen in het Lykaonisch: de goden zijn tot ons neergedaald, al lijken ze op mensen!,   11. A la vue de ce que Paul venait de faire, la foule s'écria, en lycaonien : « Les dieux, sous forme humaine, sont descendus parmi nous ! »  

King James Bible . [11] And when the people saw what Paul had done, they lifted up their voices, saying in the speech of Lycaonia, The gods are come down to us in the likeness of men.
Luther-Bibel . 11 Als aber das Volk sah, was Paulus getan hatte, erhoben sie ihre Stimme und riefen auf Lykaonisch: Die Götter sind den Menschen gleich geworden und zu uns herabgekommen.

Tekstuitleg van Hnd 14,11 .

Hnd 14,12 - Hnd 14,12 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
12ekaloun te ton barnaban dia, ton de paulon ermèn, epeidè autos èn o ègoumenos tou logou.   12 sacerdos quoque Iovis qui erat ante civitatem tauros et coronas ante ianuas adferens cum populis volebat sacrificare  12 En zij noemden Barnabas Jupiter, en Paulus Mercurius, omdat hij het woord voerde.     [12] Barnabas noemden ze Zeus en Paulus Hermes, omdat hij de woordvoerder was. 

[12] Ze noemden Barnabas Zeus en Paulus Hermes, omdat hij de woordvoerder was.

12 en Barnabas hebben ze Zeus genoemd en Paulus Hermes, daar hij het was die het woord voerde.   12. Ils appelaient Barnabé Zeus et Paul Hermès, puisque c'était lui qui portait la parole. 

King James Bible . [12] And they called Barnabas, Jupiter; and Paul, Mercurius, because he was the chief speaker.
Luther-Bibel . 12 Und sie nannten Barnabas Zeus und Paulus Hermes, weil er das Wort führte.

Tekstuitleg van Hnd 14,12 .

Hnd 14,13 - Hnd 14,13 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
13o te iereus tou dios tou ontos pro tès poleôs taurous kai stemmata epi tous pulônas enegkas sun tois ochlois èthelen thuein.  13 quod ubi audierunt apostoli Barnabas et Paulus conscissis tunicis suis exilierunt in turbas clamantes  13 En de priester van Jupiter, die voor hun stad was, als hij ossen en kransen aan de voorpoorten gebracht had, wilde hij offeren met de scharen.    [13] En de priester van Zeus-buiten-de-stad kwam met stieren en kransen bij de poorten en wilde met de menigte een offer brengen. 

[13] De priester van Zeus, wiens tempel vlak buiten de stad lag, bracht met bloemenkransen getooide stieren naar de stadspoort, die hij en het volk wilden offeren.

13 De priester van Zeus voor de stad heeft stieren en bloemenkransen naar de poorten gebracht en heeft die samen met de scharen willen offeren.   13. Les prêtres du Zeus-de-devant-la-ville amenèrent au portail des taureaux ornés de guirlandes, et ils se disposaient, de concert avec la foule, à offrir un sacrifice.  

King James Bible . [13] Then the priest of Jupiter, which was before their city, brought oxen and garlands unto the gates, and would have done sacrifice with the people.
Luther-Bibel . 13 Und der Priester des Zeus aus dem Tempel vor ihrer Stadt brachte Stiere und Kränze vor das Tor und wollte opfern samt dem Volk.

Tekstuitleg van Hnd 14,13 .

Hnd 14,14 - Hnd 14,14 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
14akousantes de oi apostoloi barnabas kai paulos, diarrèxantes ta imatia autôn exepèdèsan eis ton ochlon, krazontes  14 et dicentes viri quid haec facitis et nos mortales sumus similes vobis homines adnuntiantes vobis ab his vanis converti ad Deum vivum qui fecit caelum et terram et mare et omnia quae in eis sunt   14 Maar de apostelen, Barnabas en Paulus, dat horende, scheurden hun klederen, en sprongen onder de schare, roepende,     [14] Toen de apostelen Barnabas en Paulus dat hoorden, scheurden ze hun kleren en sprongen schreeuwend tussen de mensenmenigte. 

[14] Maar toen de apostelen Barnabas en Paulus merkten wat de bedoeling was, scheurden ze van ontzetting hun kleren, drongen zich door de menigte heen en riepen:

14 Maar als de apostelen Barnabas en Paulus dat horen, scheuren zij hun kleren en storten zich schreeuwend in de schare,  14. Informés de la chose, les apôtres Barnabé et Paul déchirèrent leurs vêtements et se précipitèrent vers la foule en criant : 

King James Bible . [14] Which when the apostles, Barnabas and Paul, heard of, they rent their clothes, and ran in among the people, crying out,
Luther-Bibel . 14 Als das die Apostel Barnabas und Paulus hörten, zerrissen sie ihre Kleider und sprangen unter das Volk und schrien:

Tekstuitleg van Hnd 14,14 .

1. akousantes (gehoord) . Verwijzing : akouô (horen, luisteren) , zie Mt 4,12 . Participium aorist nominatief mannelijk meervoud . In zevenenzestig verzen in de bijbel . In vijftien verzen in het O.T. . In tweeënvijftig verzen in het N.T. . Mt (13) . Mc (7) . Lc (7) . Joh (5) . Hnd (16) . In zestien verzen in Handelingen : (1) Hnd 2,37 . (2) Hnd 4,24 . (3) Hnd 5,21 . (4) Hnd 5,33 . (5) Hnd 8,14 . (6) Hnd 9,38 . (7) Hnd 11,18 . (8) Hnd 14,14 . (9) Hnd 16,38 . (10) Hnd 17,32 . (11) Hnd 18,26 . (12) Hnd 19,5 . (13) Hnd 19,28 . (14) Hnd 21,20 . (15) Hnd 22,2 . (16) Hnd 28,15 .

1. - 2. akousantes de (gehoord echter) . In twaalf verzen in het N.T. . Mt (1) . Lc (1) . Hnd (10) : (1) Hnd 2,37 . (3) Hnd 5,21 . (5) Hnd 8,14 . (7) Hnd 11,18 . (8) Hnd 14,14 . (10) Hnd 17,32 . (11) Hnd 18,26 . (12) Hnd 19,5 . (13) Hnd 19,28 . (15) Hnd 22,2 . In deze tien verzen in Hnd staat dit telkens bij het begin van een zin . In negen verzen in het begin van een vers , niet in Hnd 18,26 .

Hnd 14,15 - Hnd 14,15 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
15kai legontes, andres, ti tauta poieite; kai èmeis omoiopatheis esmen umin anthrôpoi, euaggelizomenoi umas apo toutôn tôn mataiôn epistrefein epi theon zônta os epoièsen ton ouranon kai tèn gèn kai tèn thalassan kai panta ta en autois: 15 qui in praeteritis generationibus dimisit omnes gentes ingredi in vias suas 15 En zeggende: Mannen, waarom doet gij deze dingen? Wij zijn ook mensen van gelijke bewegingen als gij, en verkondigen ulieden, dat gij u zoudt van deze ijdele dingen bekeren tot den levenden God, Die gemaakt heeft den hemel, en de aarde, en de zee, en al hetgeen in dezelve is;     [15] ‘Mannen*, waarom doet u dit?’ riepen ze. ‘Wij zijn ook maar gewoon mensen, net als u, en onze boodschap is dat u zich van die schijngoden moet bekeren tot een levende God, die de hemel en de aarde en de zee en al wat ze bevatten gemaakt heeft. [15] ‘Wat doet u toch? Wij zijn mensen, net als u. Onze boodschap is nu juist dat u geen afgoden moet vereren, maar de levende God, die de hemel en de aarde en de zee heeft geschapen en alles wat daar leeft.   15 zeggend: mannen, waarom doet ge dit?– wij zijn óók maar mensen, in lijden–en–strijden gelijk aan u, en wij verkondigen u als evangelie dat u zich van deze schijngoden moet afkeren naar een levende God ‘die gemaakt heeft de hemel, de aarde, de zee en al wat er in hen is’;   15. « Amis, que faites-vous là ? Nous aussi, nous sommes des hommes, soumis au même sort que vous, des hommes qui vous annoncent d'abandonner toutes ces vaines idoles pour vous tourner vers le Dieu vivant qui a fait le ciel, la terre, la mer et tout ce qui s'y trouve.  

King James Bible . [15] And saying, Sirs, why do ye these things? We also are men of like passions with you, and preach unto you that ye should turn from these vanities unto the living God, which made heaven, and earth, and the sea, and all things that are therein:
Luther-Bibel . 15 Ihr Männer, was macht ihr da? Wir sind auch sterbliche Menschen wie ihr und predigen euch das Evangelium, dass ihr euch bekehren sollt von diesen falschen Göttern zu dem lebendigen Gott, der Himmel und Erde und das Meer und alles, was darin ist, gemacht hat.

Tekstuitleg van Hnd 14,15 .

Hnd 14,16 - Hnd 14,16 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
16os en tais parôchèmenais geneais eiasen panta ta ethnè poreuesthai tais odois autôn:  16 et quidem non sine testimonio semet ipsum reliquit benefaciens de caelo dans pluvias et tempora fructifera implens cibo et laetitia corda vestra  16 Welke in de verledene tijden al de heidenen heeft laten wandelen in hun wegen;     [16] In de tijd die achter ons ligt liet Hij alle heidenen hun eigen wegen gaan. [16] Hij heeft in het verleden alle volken hun eigen weg laten gaan, 16 hij heeft in de voorbije generaties alle volkeren laten voortgaan over hun eigen wegen;   16. Dans les générations passées, il a laissé toutes les nations suivre leurs voies ; 

King James Bible . [16] Who in times past suffered all nations to walk in their own ways.
Luther-Bibel . 16 Zwar hat er in den vergangenen Zeiten alle Heiden ihre eigenen Wege gehen lassen;

Tekstuitleg van Hnd 14,16 .

10. poreuesthai . Verwijzing : poreuomai (zich op weg begeven, op weg gaan) , zie Mt 2,9 . Zie ook poreuomai = zich op weg begeven (bij Marcus) , zie Mc 10,1 . Infintief praesens . In vierenzeventig verzen in de bijbel . In zestien verzen in het N.T. . Mt (0) . Mc (0) . Lc (7) . Joh (1) . Hnd (6) . 2 Kor (2) . In zeven verzen bij Lucas : (1) Lc 4,42 . (2) Lc 9,51 . (3) Lc 10,38 . (4) Lc 13,33 . (5) Lc 17,11 . (6) Lc 22,33 . (7) Lc 24,28 . In zes verzen in Hnd : (1) Hnd 9,3 . (2) Hnd 14,16 . (3) Hnd 17,14 . (4) Hnd 19,21 . (5) Hnd 20,1 . (6) Hnd 25,20 .

Hnd 14,17 - Hnd 14,17 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
17kaitoi ouk amarturon auton afèken agathourgôn, ouranothen umin uetous didous kai kairous karpoforous, empiplôn trofès kai eufrosunès tas kardias umôn.   17 et haec dicentes vix sedaverunt turbas ne sibi immolarent  17 Hoewel Hij nochtans Zichzelven niet onbetuigd gelaten heeft, goed doende van den hemel, ons regen en vruchtbare tijden gevende, vervullende onze harten met spijs en vrolijkheid.    [17] Toch liet Hij zich niet onbetuigd, door zijn weldaden: uit de hemel schonk Hij u regen en vruchtbare tijden, met voedsel en vrolijkheid vulde Hij uw harten.’  [17] maar heeft toch blijk gegeven van zijn goedheid: vanuit de hemel heeft hij u regen geschonken en vruchtbare seizoenen, hij heeft u overvloedig te eten gegeven en u zodoende vreugde gebracht.’ 17 toch heeft hij zich niet onbetuigd gelaten in wéldoen, door u vanuit de hemel regens en tijdstippen van vruchtdragen te geven en uw harten te vervullen van voedsel en vrolijkheid!  17. il n'a pas manqué pour autant de se rendre témoignage par ses bienfaits, vous dispensant du ciel pluies et saisons fertiles, rassasiant vos cœurs de nourriture et de félicité... » 

King James Bible . [17] Nevertheless he left not himself without witness, in that he did good, and gave us rain from heaven, and fruitful seasons, filling our hearts with food and gladness.
Luther-Bibel . 17 und doch hat er sich selbst nicht unbezeugt gelassen, hat viel Gutes getan und euch vom Himmel Regen und fruchtbare Zeiten gegeben, hat euch ernährt und eure Herzen mit Freude erfüllt. -

Tekstuitleg van Hnd 14,17 .

Hnd 14,18 - Hnd 14,18 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
18kai tauta legontes molis katepausan tous ochlous tou mè thuein autois.  18 supervenerunt autem quidam ab Antiochia et Iconio Iudaei et persuasis turbis lapidantesque Paulum traxerunt extra civitatem aestimantes eum mortuum esse   18 En dit zeggende, wederhielden zij nauwelijks de scharen, dat zij hun niet offerden.     [18] Zelfs met deze woorden konden ze de mensenmenigte er ternauwernood van weerhouden hun een offer te brengen.  [18] Door deze woorden slaagden ze er met moeite in de mensenmenigte ervan te weerhouden om aan hen een offer te brengen.   18 Hoewel zij dit alles zeggen, weerhouden ze slechts met moeite de scharen ervan om aan hen te offeren.   18. C'est à peine s'ils réussirent par ces paroles à empêcher la foule de leur offrir un sacrifice. 

King James Bible . [18] And with these sayings scarce restrained they the people, that they had not done sacrifice unto them.
Luther-Bibel . 18 Und obwohl sie das sagten, konnten sie kaum das Volk davon abbringen, ihnen zu opfern.

Tekstuitleg van Hnd 14,18 .

Hnd 14,19 - Hnd 14,19 : In Lystra : Hnd 14,8-20 -- Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,8 - Hnd 14,9 - Hnd 14,10 - Hnd 14,11 - Hnd 14,12 - Hnd 14,13 - Hnd 14,14 - Hnd 14,15 - Hnd 14,16 - Hnd 14,17 - Hnd 14,18 - Hnd 14,19 - Hnd 14,20 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
19epèlthan de apo antiocheias kai ikoniou ioudaioi, kai peisantes tous ochlous kai lithasantes ton paulon esuron exô tès poleôs, nomizontes auton tethnèkenai.   19 circumdantibus autem eum discipulis surgens intravit civitatem  19 Maar daarover kwamen Joden van Antiochië en Ikonium, en overreedden de scharen, en stenigden Paulus, en sleepten hem buiten de stad, menende, dat hij dood was.     [19] Er kwamen echter uit Antiochië en Ikonium Joden die het volk voor zich wisten te winnen. Ze stenigden Paulus en sleepten hem buiten de stad in de veronderstelling dat hij dood was.[20] Maar toen de leerlingen om hem heen waren gaan staan, kwam hij overeind en ging de stad weer in.   [19] Na verloop van tijd kwamen er echter Joden uit Antiochië en Ikonium die de mensen ompraatten. Ze stenigden Paulus en sleepten hem vervolgens de stad uit, in de veronderstelling dat hij dood was.20 Maar als de leerlingen hem omringen staat hij op en komt hij de stad weer binnen.   19 ¶ Er komen echter uit Antiochië en Ikonium Judeeërs die de scharen ompraten. Ze stenigen Paulus en hebben hem de stad uitgesleept, in de mening dat hij gestorven is.   19. Survinrent alors d'Antioche et d'Iconium des Juifs qui gagnèrent les foules. On lapida Paul et on le traîna hors de la ville, le croyant mort.

King James Bible . [19] And there came thither certain Jews from Antioch and Iconium, who persuaded the people, and, having stoned Paul, drew him out of the city, supposing he had been dead. Luther-Bibel . 19 Es kamen aber von Antiochia und Ikonion Juden dorthin und überredeten das Volk und steinigten Paulus und schleiften ihn zur Stadt hinaus und meinten, er wäre gestorben.

Tekstuitleg van Hnd 14,19 .

Hnd 14,20-28 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -

Hnd 14,20 - Hnd 14,20 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
tèi epaurion exèlthen sun tôi Barnabai eis Derbèn   et postera die profectus est cum Barnaba in Derben   20 Doch als hem de discipelen omringd hadden, stond hij op, en kwam in de stad; en des anderen daags ging hij met Barnabas uit naar Derbe.   
[20] De volgende dag vertrok hij met Barnabas naar Derbe. 
De volgende dag vertrok hij met Barnabas naar Derbe.   De volgende morgen vertrekt hij met Barnabas naar Derbe.   20. Mais, comme les disciples faisaient cercle autour de lui, il se releva et rentra dans la ville. Et le lendemain, avec Barnabé, il partit pour Derbé.  

King James Bible . [20] Howbeit, as the disciples stood round about him, he rose up, and came into the city: and the next day he departed with Barnabas to Derbe.
Luther-Bibel . 20 Als ihn aber die Jünger umringten, stand er auf und ging in die Stadt. Am nächsten Tag zog er mit Barnabas weiter nach Derbe;

Tekstuitleg van Hnd 14,20b .

1.- 2. tèi (de = echter / oun = derhalve, bijgevolg) epaurion ('s anderendaags) . Verwijzing : tèi epaurion ('s anderendaags) , zie Joh 1,35 . ep (afkorting van epi : op , bij) - aurion (morgen) . In zeventien verzen in het N.T. . In tien verzen tèi epaurion (a) , in zes verzen tèi de epaurion (b) , in één vers tèi oun epaurion (c) . In tien verzen in Hnd : (1) Hnd 10,9 (b) . (2) Hnd 10,23 (b) . (3) Hnd 10,24 (b) . (4) Hnd 14,20 (a) . (5) Hnd 20,7 (a) . (6) Hnd 21,8 (b) . (7) Hnd 22,30 (b) . (8) Hnd 23,32 (b) . (9) Hnd 25,6 (a) . (10) Hnd 25,23 (c) .

3. exèlthen (hij ging uit) . Actief aorist derde persoon enkelvoud . Deze werkwoordsvorm van Hnd 14,20b staat tegenover de werkwoordsvorm eisèlthen (hij ging naar binnen ; Hnd 14,20b) , aangevuld met de bepaling eis tèn polin (naar de stad) . Na zijn steniging, die hij overleefde, en zijn overnachting in de stad vertrok Paulus uit de stad Lystra en ging hij samen met Barnabas naar de stad Derbe , ongeveer 96 km ten zuidoosten van Lystra .

6. Barnabai (Barnabas) . Datief enkelvoud . Verwijzing : Barnabas (Barnabas) , zie Hnd 4,36 . In allerlei vormen komt het achtentwintig maal voor ; tienmaal als nominatief enkelouv , tienmaal als datief enkelvoud en achtmaal als accusatief enkelvoud . (1) Hnd 4,36 . (2) Hnd 9,27 . (3) Hnd 11,22 . (4) Hnd 11,30 . (5) Hnd 12,25 . (6) Hnd 13,1 . (7) Hnd 13,2 . (8) Hnd 13,7 . (9) Hnd 13,43 . (10) Hnd 13,46 . (11) Hnd 13,50 . (12) Hnd 14,12 . (13) Hnd 14,14 . (14) Hnd 14,14 . (15) Hnd 15,2 (tweemaal) . (16) Hnd 15,12 . (17) Hnd 15,22 . (18) Hnd 15,25 . (19) Hnd 15,35 . (20) Hnd 15,36 . (21) Hnd 15,37 . (22) Hnd 15,39 . (23) 1 Cor 9,6 . (24) Gal 2,1 . (25) Gal 2,9 . (26) Gal 2,13 . (27) Col 4,10 . Barnabas verkocht wat hij bezat en sloot zich bij de gemeente van Jeruzalem aan . Barnabas bracht saulus bij de apostelen . Barnabas en Paulus ontvingen verschillende opdrachten . Barnabas maakte de eerste zendingsreis van Paulus mee . Vanaf Hnd 13,13 nam Paulus de leiding . In Hnd 15,39 gingen Barnabas en Paulus uit elkaar na een meningsverschil over Johannes Marcus .

8. Derbèn (Derbe) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In drie verzen in het N.T. nl . in Hnd : (1) Hnd 14,6 . (2) Hnd 14,20 . (3) Hnd 16,1 . Men vermoedt dat Derbe op de plaats van het huidige Kerti Hüyük (Turkije) ligt . Het ligt 96 km ten zuidoosten van Lystra . Evenals Ikonium en Lystra ligt Derbe in de landstreek Lykaonië, het gebied ten oosten van Pisidië, eveneens in de Romeinse provincie Galatië . Derbè (Derbe) . Verwijzing : Derbè (Derbe) , zie Hnd 14,6 . Paulus en Barnabas zijn slechts zeer korte tijd in Derbe geweest (Hnd 14,20 - Hnd 14,21) . Tijdens de eerste zendingsreis kregen Paulus en Barnabas heel wat tegenstand . Uit Antiochië van Pisidië werden ze verjaagd (Hnd 13,50) . In Ikonium werden ze met steniging bedreigd en vluchtten ze (Hnd 14,6) . In Lystra werd Paulus gestenigd , maar bracht het er nog levend vanaf (Hnd 14,19 - Hnd 14,20) . In 2 Tim 3,11 vermeldt de schrijver van de brief de vervolgingen in de drie plaatsen . In Derbe brengen Paulus en Barnabas het er beter vanaf. (Hnd 14,21). Vandaar vatten ze de terugreis aan en volgden de steden in de omgekeerde volgorde (Hnd 14,21) . Na een breuk met Barnabas (Hnd 15,39) bezocht Paulus samen met Silas opnieuw de stad Derbe (Hnd 16,1 - Hnd 16,2 - Hnd 16,3) , waar hij Timoteüs ontmoette (Hnd 16,2 - Hnd 16,3) .
In Hnd 14,6 en Hnd 16,1 worden Lystra en Derbe samen vermeld .


Eerste lezing op de : Hnd 14,21-27
In die dagen keerden Paulus en Barnabas terug naar Lystra, Ikonium en Antiochië. Daar bevestigden zij de leerlingen in hun goede gesteldheid, spoorden hen aan in het geloof te volharden en zeiden dat wij door vele kwellingen het Rijk Gods moeten binnengaan. In elke gemeente stelden zij na gebed en vasten oudsten voor hen aan, en vertrouwden hen toe aan de Heer in wie zij nu geloofden. Zij reisden door Pisidië naar Pamfylië, predikten het woord in Perge en bereikten Attalia. Daar gingen ze scheep naar Antiochië vanwaar zij, aan Gods genade toevertrouwd vertrokken waren naar het werk dat wij volbracht hadden. Na hun aankomst riepen zij de gemeente bijeen en vertelden alles wat God met hun medewerking tot stand had gebracht en hoe Hij voor de heidenen de poort van het geloof had geopend.

Hnd 14,21 - Hnd 14,21 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
euaggelisamenoi te tèn polin ekeinèn kai mathèteusantes hikanous  hupestrepsan eis tèn Lustran kai eis Ikonion kai eis Antiocheian 20 cumque evangelizassent civitati illi et docuissent multos reversi sunt Lystram et Iconium et Antiochiam   21 En als zij derzelve stad het Evangelie verkondigd en vele discipelen gemaakt hadden, keerden zij weder naar Lystre, en Ikonium, en Antiochië;  In die dagen keerden Paulus en Barnabas terug naar Lystra, Ikonium en Antiochië.   [21] Ze brachten die stad de goede boodschap en maakten er talrijke leerlingen. Daarna keerden ze terug naar Lystra, naar Ikonium en naar Antiochië,

[21] In Derbe verkondigden Paulus en Barnabas het evangelie en ze maakten er veel leerlingen. Daarna keerden ze terug naar Lystra en vervolgens naar Ikonium en Antiochië.

21 Ze verkondigen die stad het evangelie, en als ze er heel wat tot leerlingen hebben gemaakt keren ze terug naar Lystra, Ikonium en Antiochië,  21. Après avoir évangélisé cette ville et y avoir fait bon nombre de disciples, ils retournèrent à Lystres, Iconium et Antioche. 

King James Bible . [21] And when they had preached the gospel to that city, and had taught many, they returned again to Lystra, and to Iconium, and Antioch,
Luther-Bibel . 21 und sie predigten dieser Stadt das Evangelium und machten viele zu Jüngern. Dann kehrten sie zurück nach Lystra und Ikonion und Antiochia,

Tekstuitleg van Hnd 14,21

Het hoofdwerkwoord hupestrepsan (zij keerden terug) wordt voorafgegaan door twee participiazinnen . Hnd 14,22 bevat twee participiazinnen (participia praesens) en Hnd 14,23 eveneens twee participiazinnen . Hnd 14,24 , Hnd 14,25 en Hnd 14,27 beginnen telkens met een participiumzin . Zeven participiazinnen (participia aorist nominatief mannelijk meervoud) na het werkwoord hupestrepsan (zij keerden terug) .

9. hupestrepsan (zij keerden terug). Verwijzing : hupostrefô (omkeren, terugkeren) , zie Lc 4,1 . Actief aorist derde persoon meervoud . In elf verzen in de bijbel . In één vers in het O.T. . In tien verzen in het N.T. . Niet bij Matteüs en Marcus .In vijf verzen bij Lucas : (1) Lc 2,20 (de herders) . (2) Lc 2,45 (de ouders - eis Hierousalèm) . (3) Lc 10,17 (de tweeënzeventig) . (4) Lc 24,33 (de Emmaüsgangers - eis Hierousalèm) . (5) Lc 24,52 (de leerlingen - eis Hierousalèm) . In vijf verzen in Hnd : (1) Hnd 1,12 (de leerlingen - eis Hierousalèm) . (2) Hnd 12,25 (Barnabas en Saulus) . (3) Hnd 14,21 (Paulus en Barnabas keerden in omgekeerde volgorde naar Lystra , Ikonium en Antiochië van Pisidië terug) . (4) Hnd 21,6 . (5) Hnd 23,32 .
Tussen Hnd 13,4 en Hnd 14,27 ligt de eerste zendingsreis van Barnabas en Paulus besloten . Ze werden gezonden door de gemeente van Antiochië . Het is voor het eerste maal dat voor een systematische aanpak van missionering wordt gekozen . Barnabas en Paulus vertrokken vanuit Antiochië en keerden terug naar Antiochië . Derbe was de laatste standplaats . Vandaar keerden zij terug .

12. Lustran (Lystra) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In drie verzen in het N.T. . In deze drie verzen wordt de plaatsnaam Lystra voorafgegaan door het voorzetsel van richting eis (naar) .
(1) Hnd 14,6 : katefugon eis ... Lustran = zij vluchtten naar Lystrta . Barnabas en Paulus vluchtten naar de steden van Lycaonië , o.a. de stad Lystra .
(2) Hnd 14,21 : hupestrepsan eis tèn Lustran = zij keerden naar Lystra terug . Tijdens een eerste zendingsreis keerden Paulus en Barnabas in omgekeerde volgorde vanuit Derbe naar Lystra , Ikonium en Antiochië van Pisidië terug .
(3) Hnd 16,1 : katèntèsen ... eis Lustran = hij kwam aan ... in Lystra . Paulus en Silas begonnen een twee zendingsreis . Ze kwamen vanuit het oosten en bereikten eerst Derbe en daarna Lystra .
Lystra ligt evenals Ikonium en Derbe in de landstreek Lykanonië , het gebied ten oosten van Pisidië, in de Romeinse provincie Galatië . In de omgeving van het huidige Hatunsaray . Ongeveer 35 km van Ikonium . Verwijzing : Lustra (Lystra) , zie Hnd 14,6 .
- lustrois (Lystra) . Datief mannelijk meervoud . In drie verzen in het N.T. : (1) Hnd 14,8 . Onder de inwoners van Lystra is een lamme ( Hnd 14,8-20) . Paulus genas Paulus de lamme . De inwoners van Lystra waren van mening dat de goden Zeus en Hermes hen in mensengedaante bezochten en ze wilden hen als goden eren.. (2) Hnd 16,2 . (3) 2 Tim 3,11 .
In Lystra ( Hnd 14,8-20) genas Paulus een lamme . De inwoners van Lystra waren van mening dat de goden Zeus en Hermes hen in mensengedaante bezochten en ze wilden hen als goden eren. Tijdens de eerste zendingsreis kregen Paulus en Barnabas heel wat tegenstand . Uit Antiochië van Pisidië werden ze verjaagd (Hnd 13,50) . In Ikonium werden ze met steniging bedreigd en vluchtten ze (Hnd 14,6) . In Lystra werd Paulus gestenigd , maar bracht het er nog levend vanaf (Hnd 14,19 - Hnd 14,20) . In 2 Tim 3,11 vermeldt de schrijver van de brief de vervolgingen in de drie plaatsen . Bij een tweede zendingsreis ontmoette Paulus en Silas er Timoteüs , een leerling (Hnd 16,1 - Hnd 16,2 - Hnd 16,3) .

15. Ikonion (Ikonium) = het huidige Konya . Ikonium was de centrale stad in Lykaonië , het gebied ten oosten van Pisidië , in de Romeinse provincie Galatië . In zes verzen in Hnd : (1) Hnd 13,51 (èlthon eis Ikonion = zij gingen naar Ikonium) . (2) Hnd 14,1 (en Ikoniôi = in Ikonium) . (3) Hnd 14,19 . (4) Hnd 14,21 (hupestrepsan eis ... Ikonion = zij keerden terug naar Ikonium) . (5) Hnd 16,2 . (6) 2 Tim 3,11 . Tijdens een eerste zendingsreis bezochten Paulus en Barnabas tweemaal Ikonium (Hnd 14,1-7 en Hnd 14,21) . Toen er een vervolging uitbrak , moesten zij vluchtten . Bewoners uit Antiochië en Ikonium wisten in Lystra de bevolking op te hitsen en Paulus te stenigen .

18. Antiocheian (Antiochië) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . Verwijzing : Antiocheia (Antiochië) , zie Hnd 11,19 . Er zijn meerdere steden die Antiochië heten , o.a. Antiochië aan de Orontes en Antiochië van Pisidië . Antiochië aan de Orontes was de hoofdstad van de Romeinse provincie Syrië en een van de grootste steden van het Romeinse Rijk . Antiochië van Pisidië lag zo'n 200 km landinwaarts, ten noorden van het Taurusgebergte, vlak bij of in de landstreek Pisidië, een deel van de Romeinse provincie Galatië . Het huidige Yalvaç of Yalobatch . Onder verschillende vormen komt Antiochië in zeventien verzen in het N.T. voor : (1) Hnd 11,19 (genitief) . (2) Hnd 11,20 (accusatief) . (3) Hnd 11,22 (genitief) . (4) Hnd 11,26 (accusatief en datief) . (5) Hnd 11,27 (accusatief) . (6) Hnd 13,1 (datief) . (7) Hnd 13,14 (Antiochië van Pisidië ; accusatief) . (8) Hnd 14,19 (Antiochië van Pisidië ; genitief) . (9) Hnd 14,21 (Antiochië van Pisidië ; accusatief) . (10) Hnd 14,26 (accusatief) . (11) Hnd 15,22 (accusatief) . (12) Hnd 15,23 (accusatief) . (13) Hnd 15,30 (accusatief) . (14) Hnd 15,35 (datief) . (15) Hnd 18,22 (accusatief) . (16) Gal 2,11 . (17) 2 Tim 3,11 . In Antiochië van Pisidië (Hnd 13,13-52) sprak Paulus de synagoge toe (de eerste grote rede van Paulus) . In Antiochië aan de Orontes werd de goede boodschap voor het eerst aan Hellenisten gericht (Hnd 11,20) . In Antiochië werden de leerlingen voor het eerst christenen genoemd (Hnd 11,26) . Barnabas werd door Jeruzalem naar Antiochië gestuurd om te zien wat daar aan het gebeuren was. Hij was enthousiast en bemoedigde de leerlingen . Hij bracht Saulus naar Antiochië (Hnd 11,25 - Hnd 11,26) . Antiochië ondersteunde materieel de leerlingen van Judea (Hnd 11,27-30) . Tussen Hnd 13,4 en Hnd 14,27 ligt de eerste zendingsreis van Barnabas en Paulus besloten . Ze werden gezonden door de gemeente van Antiochië . Het is voor het eerste maal dat voor een systematische aanpak van missionering werd gekozen . Barnabas en Paulus vertrokken vanuit Antiochië en keerden terug naar Antiochië . In Hnd 15 werden de problemen tussen Antiochië en enkele mensen uit Judea in Jeruzalem beslecht en werden de besluiten van Jeruzalem aan Antiochië overgemaakt .

Hnd 14,22 - Hnd 14,22 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
epistèrizontes tas psuchas tôn mathètôn parakalountes emmenein tôi pistei kai hoti dia pollôn thlipseôn dei hèmas eiselthein eis tèn basileian tou theou 21 confirmantes animas discipulorum exhortantes ut permanerent in fide et quoniam per multas tribulationes oportet nos intrare in regnum Dei  22 Versterkende de zielen der discipelen, en vermanende, dat zij zouden blijven in het geloof, en dat wij door vele verdrukkingen moeten ingaan in het Koninkrijk Gods.   Daar bevestigden zij de leerlingen in hun goede gesteldheid, spoorden hen aan in het geloof te volharden en zeiden dat wij door vele kwellingen het Rijk Gods moeten binnengaan.   [22] waar ze de leerlingen bemoedigden. Ze spoorden hen aan bij het geloof te blijven, en zeiden dat wij door veel ellende heen moeten om het koninkrijk van God binnen te gaan. 

[22] Ze bemoedigden de leerlingen en spoorden hen aan te volharden in het geloof, maar wezen hun erop ‘dat wij pas na veel beproevingen het koninkrijk van God binnen kunnen gaan’.

22 om de zielen van de leerlingen te versterken en hen op te roepen te blijven in het geloof, en dat wij door vele verdrukkingen heen binnenkomen in het koninkrijk van God.   22. Ils affermissaient le cœur des disciples, les encourageant à persévérer dans la foi, » car, disaient-ils, il nous faut passer par bien des tribulations pour entrer dans le Royaume de Dieu ».  

King James Bible . [22] Confirming the souls of the disciples, and exhorting them to continue in the faith, and that we must through much tribulation enter into the kingdom of God.
Luther-Bibel . 22 stärkten die Seelen der Jünger und ermahnten sie, im Glauben zu bleiben, und sagten: Wir müssen durch viele Bedrängnisse in das Reich Gottes eingehen.

Tekstuitleg van Hnd 14,22

De taak van de zendelingen Paulus en Barnabas bestond allereerst in het bemoedigen en bevestigen van de leerlingen . Vervolgens riepen zij hen op om vol te houden , standvastig te blijven en datgene wat ze meemaakten te zien in het licht van Jezus messias die moest lijden om zijn heerlijkheid binnen te gaan .

1. epistèrizontes (ondersteunend, versterkend, bevestigend, bemoedigend) . Grieks werkwoord epistèrizô .

6. parakalountes . Verwijzing : parakalôn (te hulp roepend) , zie Mt 5,4 . Actief participium praesens nominatief mannelijk meervoud van het werkwoord parakaleô - ad-vocare (bij-roepen, ter hulp roepen, troosten, bijstaan, aanbevelen) . Vertalingen : Latijn : exhortare ; Nederlands : aansporen , oproepen . In zes verzen in de bijbel . In twee verzen in het O.T. . In vier verzen in het N.T. : (1) Hnd 9,38 . (2) Hnd 14,22 . (3) 1 Th 2,12 . (4) Heb 10,25 .
Bij hun terugkeer naar de gemeenschappen in Lystra , Ikonium en Antiochië van Pisidië riepen Paulus en Barnabas de gelovigen op om te blijven in het geloof , te volharden , standvastig te blijven , trouw te blijven enz. Hiermee gaat lijden gepaard .
Vaak wordt parakaleô gebruikt in het kader van een oproep om standvastig en trouw te blijven :
- Hnd 11,23 : parekalei pantas ... pros-menein tôi kuriôi = hij riep allen op om bij de Heer te blijven (trouw te blijven aan de Heer) . Barnabas werd vanuit Jeruzalem naar Antiochië gezonden om te kijken wat er aan de hand was .
- Hnd 13,42 : epeithon autous pros-menein tèi chariti tou theou = en zij overtuigden hen te blijven bij de genade van God . Paulus en Barnabas werden in Antiochië van Pisidië uitgenodigd om de volgende sabbat nog eens te spreken .
- Hnd 14,22 : parakalountes em-menein tèi pistei = oproepend te blijven in het geloof / de geloofstrouw . Bij hun terugkeer uit Lystra , Ikonium en Antiochïe deden Paulus en Barnabas deze oproep .
De zendelingen deden wat Gods geest doet : paraklètos zijn . Paraklètos is iemand die naast je staat : Gods geest , een engel , een zendeling , een medeleerling .

7. emmenein (blijven in) . Infinitief praesens . Hapax in de bijbel . emmenein tèi pistei : in het geloof blijven , trouw blijven .

12. - 14. dia pollôn thlipseôn (via vele conflicten) . Tijdens de eerste zendingsreis kregen Paulus en Barnabas heel wat tegenstand . Uit Antiochië van Pisidië werden ze verjaagd (Hnd 13,50) . In Ikonium werden ze met steniging bedreigd en vluchtten ze (Hnd 14,6) . In Lystra werd Paulus gestenigd , maar bracht het er nog levend vanaf (Hnd 14,19 - Hnd 14,20) . In Hnd 14,22 duidt Paulus de zin ervan aan .
Jezus zelf wees erop dat hij veel zou moeten lijden : polla pathein (veel lijden) . In vier verzen in het N.T. : (2) Mt 16,21 (// Mc 8,31 // Lc 9,22) (eerste lijdensvoorspelling) . (3) Mc 8,31 (// Mt 16,21 // Lc 9,22) (eerste lijdensvoorspelling) . (4) Lc 9,22 ( // Mc 8,31 // Mt 16,21) (eerste lijdensvoorspelling) . (5) Lc 17,25 . Verwijzing : paschô (lijden) , zie Mt 16,21 .

15. dei (moet) . Verwijzing : deô (moeten) , zie Mt 16,21 . Actief praesens derde persoon enkelvoud van het werkwoord deô (moeten) . In vierennegentig verzen in de bijbel . In achttien verzen in het O.T. . In zesenzeventig verzen in het N.T. . In vijftien verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,21 . (2) Hnd 3,21 . (3) Hnd 4,12 . (4) Hnd 5,29 . (5) Hnd 9,6 . (6) Hnd 9,16 . (7) Hnd 14,22 . (8) Hnd 15,5 . (9) Hnd 16,30 . (10) Hnd 19,21 . (11) Hnd 20,35 . (12) Hnd 23,11 . (13) Hnd 25,10 . (14) Hnd 27,24 . (15) Hnd 27,26 .
Er zijn in de evangelies een aantal teksten waarin dei / edei (het moe(s)t) met de infinitief pathein (lijden) met elkaar verbonden zijn : de eerste lijdensvoorspelling (Lc 9,22 ( // Mc 8,31 // Mt 16,21) , de mensenzoon (Lc 17,25) , de vrouwen bij het graf (Lc 24,7) , de Emmaüsgangers (Lc 24,26) , zie Lc 9,22 .
Hnd 14,22 verwijst dus naar Jezus, bij wie het lijden inherent was aan de beleving van de boodschap . Hierbij is de verduidelijking van Jezus aan de Emmaüsgangers veelzeggend : Lc 24,26 : ouchi tauta edei pathein ton Christon (moest de Christus dat niet lijden?) kai eiselthein eis tèn doxan autou (en binnengaan in zijn heerlijkheid) .

17. - 22. eiselthein eis tèn basileian tou theou (binnengaan in het koninkrijk van God) . In drie verzen in het N.T. : (1) Mc 9,47 . (2) Joh 3,5 . (3) Hnd 14,22 . eis tèn basileian tou theou eiselthein (het koninkrijk van God binnengaan) . In vier verzen in het N.T. : (1) Mt 19,24 . (2) Mc 10,24 . (3) Mc 10,25 . (4) Lc 18,25 . tèn basileian tou theou (verkondigend het koninkrijk van God) . Verwijzing : hè basileia tôn ouranôn (het koninkrijk van de hemelen) , zie Mt 3,2 . In twaalf verzen bij Lucas . (12) Lc 4,43 . (13) Lc 8,1 .(14) Lc 9,2 . (15) Lc 9,27 . (16) Lc 9,60 . (17) Lc 9,62 . (18) Lc 12,31 . (19) Lc 13,20 . (20) Lc 18,17 . (21) Lc 18,24 . (22) Lc 18,25 . (23) Lc 23,51 . In drie verzen in Hnd : (26) Hnd 14,22 . (27) Hnd 20,25 .(28) Hnd 28,23 . Deze drie verzen staan in afscheidsteksten van Paulus . Hnd 14,22 : bij het afscheid van Lystra , Ikonium en Antiochië van Pisidië . Hnd 20,25 : Paulus nam in Milete afscheiden van de christenen van Efeze die bij hem waren gekomen . Hnd 28,23 : bij de laatste ontmoeting met de gemeente van Rome .

Hnd 14,23 - Hnd 14,23 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
chierotonèsantes de autois kat'ekklèsian presbuterous , proseuxamenoi meta nèsteiôn  parethento autous tôi kuriôi eis hon pepisteukeisan 22 et cum constituissent illis per singulas ecclesias presbyteros et orassent cum ieiunationibus commendaverunt eos Domino in quem crediderunt  23 En als zij in elke Gemeente, met opsteken der handen, ouderlingen verkoren hadden, gebeden hebbende met vasten, bevalen zij hen den Heere, in Welken zij geloofd hadden.  In elke gemeente stelden zij na gebed en vasten oudsten voor hen aan, en vertrouwden hen toe aan de Heer in wie zij nu geloofden.   [23] In iedere gemeente wezen ze oudsten aan, en na bidden en vasten bevalen ze hen aan bij de Heer, op wie ze vertrouwden.  [23] In elke gemeente stelden ze oudsten aan, en na gevast en gebeden te hebben bevalen ze hen aan bij de Heer, in wie ze hun vertrouwen hadden gesteld. 23 In elke vergadering wijzen zij over hen oudsten aan, en na gevast te hebben dragen zij hen onder gebed op aan de Heer aan wie zij zich hebben toevertrouwd.   23. Ils leur désignèrent des anciens dans chaque Église, et, après avoir fait des prières accompagnées de jeûne, ils les confièrent au Seigneur en qui ils avaient mis leur foi. 

King James Bible . [23] And when they had ordained them elders in every church, and had prayed with fasting, they commended them to the Lord, on whom they believed.
Luther-Bibel . 23 Und sie setzten in jeder Gemeinde Älteste ein, beteten und fasteten und befahlen sie dem Herrn, an den sie gläubig geworden waren.

Tekstuitleg van Hnd 14,23

1. cheirotonèsantes (de handen gestrekt) . Met handoplegging kreeg iemand een taak toegewezen . Nederlandse vertalingen : aanstellen , aanwijzen .

6. presbuterous (oudsten) , zie Hnd 14,23 . Accusatief mannelijk meervoud . In negenenveertig verzen in de bijbel . In twaalf verzen in het N.T. : (3) Hnd 4,5 . (4) Hnd 6,12 . (5) Hnd 11,30 . (6) Hnd 14,23 . (7) Hnd 15,2 . (8) Hnd 20,17 . (9) Tit 1,5 : kai katastèsèis kata polin presbuterous = en dat je per stad oudsten zoudt aanstellen . In een brief aan Titus herinnert Paulus Titus eraan om op Kreta per stad oudsten aan te stellen . Hnd 14,23 : chierotonèsantes de autois kat'ekklèsian presbuterous , proseuxamenoi meta nèsteiôn = (nadat zij echter over hen per kerk oudsten hadden aangesteld, nadat zij gebeden hadden met vasten ... (bij de aanstelling van oudsten per kerk in Lystra, Ikonium en Antiochië van Pisidië) .
In de gemeente van Jeruzalem worden de presbuteroi (oudsten) telkens vermeld naast de apostoloi (apostelen) : (1) Hnd 15,2 . (2) Hnd 15,4 . (3) Hnd 15,6 . (4) Hnd 15,22 . (5) Hnd 15,23 . Verder : Hnd 20,17 . Hnd 21,18 . Zie ook 1 Tim 5,1 : presbuterôi = aan de oudere man (oudere man) , 1 Tim 5,2 : presbuteras = oudere vrouwen (oudere vrouw) . 1 Tim 5,17 . 1 Tim 5,19 . Tit 1,5 .
- nominatief mannelijk meervoud presbuteroi . In zevenenzestig verzen in de bijbel . In eenentwintig verzen in het N.T. . (8) Hnd 2,17 . (9) Hnd 4,8 . (10) Hnd 4,23 . (11) Hnd 15,6 . (12) Hnd 15,23 . (13) Hnd 21,18 . (14) Hnd 25,15 . (15) 1 Tim 5,17 .
- genitief mannelijk meervoud presbuterôn . In eenenzestig verzen in de bijbel . In tweeëntwintig verzen in het N.T. : (14) Hnd 15,4 .(15) Hnd 16,4 . (16) Hnd 24,1 . (17)
- datief mannelijk meervoud presbuterois . In twintig verzen in de bijbel . In vijf verzen in het N.T. : (3) Hnd 15,22 . (4) Hnd 23,14 . (5) 1 Pe 5,5 .

7. proseuxamenoi (gebeden) . Participium aorist nominatief mannelijk meervoud . Enkel in Hnd . In vijf verzen :
(1) Hnd 1,24 (bij de aanstelling van Mattatias) .
(2) Hnd 6,6 : kai proseuxamenoi epethèkan autois tas chieras = en gebeden legden zij - de apostelen - hen de handen op (bij de aanstelling van de zeven) .
(3) Hnd 13,3 : kai nèsteusantes kai proseuxamenoi kai epithentes tas cheiras utois = en nadat zij hadden gevast en gebeden en hun handen op hen gelegd (bij het uitsturen van missionarissen vanuit Antiochië) .
(4) Hnd 14,23 : chierotonèsantes de autois kat'ekklèsian presbuterous , proseuxamenoi meta nèsteiôn = (nadat zij echter over hen per kerk oudsten hadden aangesteld, nadat zij gebeden hadden met vasten ... (bij de aanstelling van oudsten per kerk in Lystra, Ikonium en Antiochië van Pisidië) .
(5) Hnd 21,5 .
In vier teksten handelt het over een aanstelling . Twee teksten sluiten nauw bij elkaar aan : Hnd 13,3 en Hnd 14,23 : bidden , vasten , aanstelling .

10. parethento (zij bevolen aan) . Aorist derde persoon meervoud . paratithèmi (neerzetten voor , bij) ; bij iemand neerleggen , toevertrouwen , aanbevelen . Verwijzing : paratithèmi (neerzetten voor , bij) , zie Ps 31,6 . Het grootste toevertrouwen van Jezus vinden we in zijn woorden op het kruis : Vader , in uw handen vertrouw ik mijn geest toe (Lc 23,46) .
- paratithemai (ik beveel aan) . In vier verzen in de bijbel : (1) Tob 10,13 . (2) Lc 23,46 . (3) Hnd 20,32 . (4) 1 Tim 1,18 .
Er is nogal wat overeenkomst tussen Hnd 14,23 en Hnd 20,32 : Het zijn twee afscheidsteksten .
- Hnd 14,23 : parethento autôis tôi kuriôi (zij bevolen hen aan aan de Heer) .
- Hnd 20,32 : paratithemai humas tôi theôi ... (ik beveel jullie aan aan God) .
Eenzelfde gedachte vinden we in Hnd 15,40 waar de gemeente van Antiochië Paulus en Silas aan God toevertrouwen bij hun vertrek op een tweede zendingsreis (paradotheis tèi chariti tou kuriou = overgeleverd (toevertrouwd) aan de genade van de Heer) . Bij het vertrek van Barnabas en Paulus op een eerste zendingsreis werden zij eveneens door de gemeente van Antiochië aan God toevertrouwd , maar dat wordt slechts in Hnd 14,26 verwoord : paradedomenoi tèi chariti tou theou = overgeleverd (toevertrouwd) aan de genade van God .

Hnd 14,24 - Hnd 14,24 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
kai dielthontes tèn Pisidian èlthon eis tèn Pamfulian  23 transeuntesque Pisidiam venerunt Pamphiliam   24 En Pisidië doorgereisd hebbende, kwamen zij in Pamfylië.   Zij reisden door Pisidië naar Pamfylië,   [24] Na een tocht door Pisidië kwamen ze in Pamfylië,  

[24] Na hun reis door Pisidië kwamen ze in Pamfylië,

24 Ze trekken door Pisidië heen en komen in Pamfylië aan.  24. Traversant alors la Pisidie, ils gagnèrent la Pamphylie.  

King James Bible . [24] And after they had passed throughout Pisidia, they came to Pamphylia.
Luther-Bibel . 24 Und sie zogen durch Pisidien und kamen nach Pamphylien

Tekstuitleg van Hnd 14,24 .

2. dielthontes (doorgetrokken) . Actief aorist participium nominatief mannelijk meervoud . In zes verzen in de bijbel . In twee verzen in het O.T. . In vier verzen in het N.T. . In drie verzen tijdens de eerste zendingsreis van Paulus en Barnabas : (1) Hnd 13,6 : dielthontes de holèn tèn nèson = nadat zij echter het hele eiland (nl. Cyprus) hadden doorgetrokken) . (2) Hnd 13,14 : autoi de dielthontes apo tès Pergès paregenonto eis Antiocheian tèn Pisidian = nadat zijzelf echter vanuit Perge (Pamfylië) waren doorgetrokken , bereikten zij Antiochië van Pisidië . (3) Hnd 14,14 (kai dielthontes tèn Pisidian èlthon eis tèn Pamfulian = en nadat zij Pisidië hadden doortrokken, kwamen zij in Pamfylië) . De terugkeer van de eerste zendingsreis ging in omgekeerde volgorde . Ook literair is dat goed waarneembaar . Nederlandse vertalingen : zij reisden door , na een tocht door , na hun reis door , ze trekken door .

4. Pisidian (Pisidië) is een ongewoon bijvoeglijk naamwoord . Hiermee wil Lucas dit Antiochië onderscheiden van dat aan de Orontes . Pisidië is een streek ten noorden van Pamfylië . Het is nog steeds een ruig en onherbergzaam gebied . Pisidië behoorde tot de Romeinse provincie Galatië . In twee verzen in Hnd : (1) Hnd 13,14 . (2) Hnd 14,24 . Verwijzing : Pisidia (Pisidië) , zie Hnd 13,14 .

5. 6. èlthon (zij gingen) . Verwijzing : eiselthôn (binnengegaan) , zie Mc 2,1 . In elf verzen in Hnd .
- èlthon eis ... (zij gingen naar) . In zeven verzen in Hnd : (1) Hnd 13,13 . (2) Hnd 13,51 . (3) Hnd 14,24 . (4) Hnd 15,30 . (5) Hnd 17,1 . (6) Hnd 21,8 . (7) Hnd 22,11 .

8. Pamfulian (Pamfilië) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In vier verzen in de bijbel . In één vers in het O.T. . In drie verzen in Hnd : (1) Hnd 2,10 . (2) Hnd 14,14 (kai dielthontes tèn Pisidian èlthon eis tèn Pamfulian = en nadat zij Pisidië hadden doortrokken, kwamen zij in Pamfylië) . (3) Hnd 27,5 . Pamfulias : genitief vrouwelijk enkelvoud . In twee verzen in Hnd : (1) Hnd 13,13 : èlthon eis Pergèn tès Pämfulias = zij kwamen aan in Pamfylië . (2) Hnd 15,38 . Pamfulia (Pamfylië) . Verwijzing : Pamfulia (Pamfylië) , zie Hnd 2,10 . Op hun eerste zendingsreis trokken Paulus en Barnabas na Cyprus naar Pamfylië , naar de stad Perge . Tot nu toe had Johannes Marcus hen vergezeld (Hnd 13,5) . Maar in Perge hield hij het voor bekeken en ging naar Jeruzalem terug (Hnd 13,13) . Bij de start van een tweede zendingsreis wou Barnabas Johannes Marcus meenemen . Daar ging Paulus niet mee akkoord . Het kwam tot een hoogoplopende ruzie waardoor Paulus en Barnabas uit elkaar gingen (Hnd 15,37 - Hnd 15,38 - Hnd 15,39) . Pamfylië is een landstreek aan de zuidkust van Klein-Azië . In dit gebied ligt de stad Perge .

Hnd 14,25 - Hnd 14,25 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
kai lalèsantes en Pergèi ton logon katebèsan eis Attaleian 24 et loquentes in Pergen verbum Domini descenderunt in Attaliam   25 En als zij te Perge het Woord gesproken hadden, kwamen zij af naar Attalië.  predikten het woord in Perge en bereikten Attalia.   [25] predikten het woord in Perge en reisden naar Attalia* aan de kust.  

[25] waar ze in Perge de heilsboodschap verkondigden. Vervolgens reisden ze verder naar Attalia.

25 Ze spreken het woord tot Perge en dalen af naar Attalia.  25. Puis, après avoir annoncé la parole à Pergé, ils descendirent à Attalie ; 

King James Bible . [25] And when they had preached the word in Perga, they went down into Attalia:
Luther-Bibel . 25 und sagten das Wort in Perge und zogen hinab nach Attalia.

Tekstuitleg van Hnd 14,25

3. 4. en Pergèi (in Perge) . Datief vrouwelijk enkelvoud . In één vers in de bijbel , nl . in Hnd 14,25 . Pergè (Perge) . Verwijzing : Pergè (Perge) , zie Hnd 14,25 . Perge ligt in Pamfylië . Het is een handelsstad ongeveer 10 km van de kust bij de rivier de Cestrus . Dicht bij het huidige Aksu en Antalaya .
- Pergèn (Perge) . Accusatief vrouwelijk enkelvoud . In Hnd 13,13 : èlthon eis Pergèn tès Pämfulias = zij kwamen aan in Pamfylië .
- Pergès (Perge) . Genitief vrouwelijk enkelvoud . Hnd 13,14 : autoi de dielthontes apo tès Pergès = nadat zijzelf echter vanuit Perge (Pamfylië) waren doorgetrokken .

6. logon (woord , ver-woord-ing) . Verwijzing : logos (woord) , zie Mt 7,24 . logos komt van de wortel leg- : lezen / lec-tuur ; les , Fr. leçon . Accusatief mannelijk enkelvoud van het zelfstandig naamwoord logos (woord) . In 347 verzen in de bijbel . In 127 verzen in het N.T. . Mt (17) . Mc (18) . Lc (10) . Joh (14) . Hnd (31) : (1) Hnd 1,1 . (2) Hnd 2,41 . (3) Hnd 4,4 . (4) Hnd 4,29 . (5) Hnd 4,31 . (6) Hnd 6,2 . (7) Hnd 8,4 . (8) Hnd 8,14 . (9) Hnd 8,25 . (10) Hnd 10,36 . (11) Hnd 10,44 . (12) Hnd 11,1 . (13) Hnd 11,19 . (14) Hnd 13,5 . (15) Hnd 13,7 . (16) Hnd 13,44 . (17) Hnd 13,46 . (18) Hnd 13,48 . (19) Hnd 14,25 . (20) Hnd 15,7 . (21) Hnd 15,35 . (22) Hnd 15,36 . (23) Hnd 16,6 . (24) Hnd 16,32 . (25) Hnd 17,11 . (26) Hnd 18,11 . (27) Hnd 18,14 . (28) Hnd 19,10 . (29) Hnd 19,38 . (30) Hnd 19,40 . (31) Hnd 20,7 .

Hnd 14,26 - Hnd 14,26 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
kakeithen apepleusan eis Antiocheian hothen èsan paradedomenoi tèi chariti tou theou eis ergon ho eplèrôsan   25 et inde navigaverunt Antiochiam unde erant traditi gratiae Dei in opus quod conpleverunt  26 En van daar scheepten zij af naar Antiochië, van waar zij der genade Gods bevolen waren geweest tot het werk, dat zij volbracht hadden.  Daar gingen ze scheep naar Antiochië vanwaar zij, aan Gods genade toevertrouwd vertrokken waren naar het werk dat wij volbracht hadden.  [26] Vandaar gingen ze per schip naar Antiochië*, waar ze destijds aan Gods gunst waren toevertrouwd voor het werk dat ze inmiddels volbracht hadden. 

[26] Van daar gingen ze per schip naar Antiochië, de stad waar ze aan Gods genade waren toevertrouwd toen hun de taak was opgelegd die ze nu hadden volbracht.

26 Daarvandaan varen ze naar Antiochië waar ze overgegeven zijn aan de genade van God voor het werk dat zij hebben volbracht.   26. de là ils firent voile vers Antioche, d'où ils étaient partis, recommandés à la grâce de Dieu pour l'œuvre qu'ils venaient d'accomplir.  

King James Bible . [26] And thence sailed to Antioch, from whence they had been recommended to the grace of God for the work which they fulfilled.
Luther-Bibel . 26 Und von da fuhren sie mit dem Schiff nach Antiochia, wo sie der Gnade Gottes befohlen worden waren zu dem Werk, das sie nun ausgerichtet hatten.

Tekstuitleg van Hnd 14,26 zie o.a. Hnd 14,23

Hnd 14,27 - Hnd 14,27 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling  5de (vijfde) paaszondag C  Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
paragenomenoi de kai sunagaggontes tèn ekklèsian anèggellon hosa epoisen ho theos met'autôn kai hoti ènoiksen tois ethnesin thuran pisteôs  26 cum autem venissent et congregassent ecclesiam rettulerunt quanta fecisset Deus cum illis quia aperuisset gentibus ostium fidei   27 En daar gekomen zijnde, en de Gemeente vergaderd hebbende, verhaalden zij, wat grote dingen God met hen gedaan had, en dat Hij den heidenen de deur des geloofs geopend had.   Na hun aankomst riepen zij de gemeente bijeen en vertelden alles wat God met hun medewerking tot stand had gebracht en hoe Hij voor de heidenen de poort van het geloof had geopend.  [27] Na aankomst riepen ze de gemeente bijeen en deden verslag van wat God met hen gedaan had, en dat Hij voor de heidenen de deur voor het geloof had geopend. 

[27] Daar aangekomen riepen ze de gemeente bijeen en brachten verslag uit van alles wat God door hen tot stand had gebracht. Ze vertelden hoe hij voor de heidenen de deur naar het geloof had geopend.

27 Aangekomen brengen zij de vergadering bijeen en doen zij kond van al wat God met hen heeft gedaan, en dat hij voor de volkeren een deur naar het geloof heeft geopend.   27. A leur arrivée, ils réunirent l'Église et se mirent à rapporter tout ce que Dieu avait fait avec eux, et comment il avait ouvert aux païens la porte de la foi. 

King James Bible . [27] And when they were come, and had gathered the church together, they rehearsed all that God had done with them, and how he had opened the door of faith unto the Gentiles.
Luther-Bibel . 27 Als sie aber dort ankamen, versammelten sie die Gemeinde und verkündeten, wie viel Gott durch sie getan und wie er den Heiden die Tür des Glaubens aufgetan hätte.

Tekstuitleg van Hnd 14,27

1. paragenomenoi (aangekomen) . Aorist participium nominatief mannelijk meervoud . In tien verzen in de bijbel . In vier verzen in het O.T. . In zes verzen in het N.T. : (1) (3) Hnd 5,22 . (4) Hnd 14,27 . (5) Hnd 15,4 . (6) Hnd 17,10 .
- paragenomenos (aangekomen) . Aorist participium nominatief mannelijk enkelvoud . In eenentwintig verzen in de bijbel . In tien verzen in het O.T. . In elf verzen in het N.T. : (1) (2) Hnd 5,21 . (3) Hnd 5,25 . (4) Hnd 9,26 . (5) Hnd 10,33 . (6) Hnd 11,23 . (7) Hnd 18,27 . (8) Hnd 23,16 . (9) Hnd 24,24 . (10) Hnd 28,21 . (11) Heb 9,11 .
- paregenonto (zij kwamen aan) . Aorist derde persoon meervoud . In zesendertig verzen in de bijbel . In tweeëndertig verzen in het O.T. . In vier verzen in het N.T. : (1) (2) Hnd 13,14 . (3) Hnd 20,18 . (4) Hnd 21,18 .

7. anèggellon (zij brachten verslag uit, verkondigden) . Imperfectum derde persoon meervoud . Verwijzing : aggelos (engel) , zie Mt 13,41 . Hapax in deze vorm in de bijbel . Dit ligt in de lijn van Lc 9,10 waarin de teruggekeerde apostelen aan Jezus vertelden hoevele dingen zij deden.

9. - 11. epoièsen ho theos (God deed) . In vier verzen in het N.T. : (1) Lc 8,39 .
(2) Hnd 14,27 (Paulus en Barnabas brengen in Antiochië verslag uit over hun eerste zendingsreis) hosa epoisen ho theos met'autôn kai hoti ènoiksen tois ethnesin thuran pisteôs = hoevele dingen God met hen deed en dat Hij voor de heidenen de deur van het geloof opende .
(3) Hnd 15,12 (Paulus en Barnabas brengen in Jeruzalem verslag uit over hun eerste zendingsreis) : hosa epoisen ho theos .... en tois ethnesin di'autôn = hoevele dingen God deed onder de heidenen via hen .
(4) Hnd 21,19 .(Paulus brengt verslag uit in Jeruzalem) : hôn epoièsen ho theos en tois ethnesin dia tès diakonias autou = van wat God deed onder de heidenen via zijn dienstwerk .
Deze teksten maken deel uit van het verhaal van het Lucasevangelie en de Handelingen : hoe langzamerhand de boodschap van Jezus meer en meer door de heidenen werd aanvaard .

Hnd 14,28 - Hnd 14,28 : Terugreis naar Antiochië in Syrië : Hnd 14,20-28 - Hnd 14 -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 14,20 - Hnd 14,21 - Hnd 14,22 - Hnd 14,23 - Hnd 14,24 - Hnd 14,25 - Hnd 14,26 - Hnd 14,27 - Hnd 14,28 -
Griekse tekst Vulgaat Statenvertaling    Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
dietribon  de chronon ouk oligon sun tois mathètais 27 morati sunt autem tempus non modicum cum discipulis   28 En zij verkeerden aldaar geen kleinen tijd met de discipelen.    [28] Geruime tijd bleven ze daar bij de leerlingen. 

[28] Ze bleven nog geruime tijd bij de leerlingen.

28 Niet weinig tijd hebben ze met de leerlingen doorgebracht.   28. Ils demeurèrent ensuite assez longtemps avec les disciples.  

King James Bible . [28] And there they abode long time with the disciples.
Luther-Bibel . 28 Sie blieben aber dort eine nicht geringe Zeit bei den Jüngern.

Tekstuitleg van Hnd 14,28

1. diatribô (stuk wrijven, opslijten, tijd doorbrengen) . Verwijzing : diatribô (stuk wrijven, opslijten, tijd doorbrengen) , zie Hnd 14,28 .

diatribô (de tijd doorbengen)   Joh Hnd  
part. pr. nom. mann. mv. diatribontes     1 : Hnd 16,12 .  
ind imperf.. 3de p. enk. dietriben 1 : Joh 3,22 . 1 : Hnd 12,19 .  
ind. imperf. . 3de p. mv. dietribon   3 : (1)   Hnd 14,28 . (2) Hnd 15,35 . (3) Hnd 25,14 .  
ind. aor. 3de p. enk. dietripsen   1 : Hnd 14,3 .  
ind. aor. 1ste p. mv. dietripsamen   1 : Hnd 20,6 .    
part. aor. nom. m. + vr. enk. diatripsas   1 : Hnd 25,6 .    
  1    

Een vorm van  diatribô (de tijd doorbengen) in Hnd 1:  (1) Hnd 12,19 . (2) Hnd 14,3 . (3) Hnd 14,28 . (4) Hnd 15,35 . (5) Hnd 16,12 . (6) Hnd 20,6 . (7) Hnd 25,6 . (8) Hnd 25,14 .  

- dietriben (hij verbleef) . Verwijzing : diatribô (stuk wrijven, opslijten, tijd doorbrengen) , zie Hnd 14,28 . Actief imperfectum derde persoon enkelvoud . In vier verzen in de bijbel . In twee verzen in het O.T. . In twee verzen in het N.T. . Joh (1) . Hnd (1) . Hnd 12,19 . Na de vervolging van de gemeente van Jeruzalem reisde Herodes terug naar Caesarea om er te verblijven .
- dietribon (zij verbleven) . Actief imperfectum derde persoon meervoud . In drie verzen in de bijbel , enkel in Hnd : (1) Hnd 14,28 . (2) Hnd 15,35 . (3) Hnd 25,14 .
(1) Hnd 14,28 : dietribon  de chronon ouk oligon = zij echter brachten een niet weinige tijd door . Na de eerste zendingsreis brachten Paulus en Barnabas een niet weinige tijd door in Antiochië aan de Orontes .
(2) Hnd 15,35 : paulos de kai barnabas dietribon en antiocheia = Paulus echter en Barnabas brachten in Antiochië door .
(3) Hnd 25,14 .


Griekse tekst

1egeneto de en ikoniô kata to auto eiselthein autous eis tèn sunagôgèn tôn ioudaiôn kai lalèsai outôs ôste pisteusai ioudaiôn te kai ellènôn polu plèthos. 2oi de apeithèsantes ioudaioi epègeiran kai ekakôsan tas psuchas tôn ethnôn kata tôn adelfôn. 3ikanon men oun chronon dietripsan parrèsiazomenoi epi tô kuriô tô marturounti [epi] tô logô tès charitos autou, didonti sèmeia kai terata ginesthai dia tôn cheirôn autôn. 4eschisthè de to plèthos tès poleôs, kai oi men èsan sun tois ioudaiois oi de sun tois apostolois. 5ôs de egeneto ormè tôn ethnôn te kai ioudaiôn sun tois archousin autôn ubrisai kai lithobolèsai autous, 6sunidontes katefugon eis tas poleis tès lukaonias lustran kai derbèn kai tèn perichôron, 7kakei euaggelizomenoi èsan. 8kai tis anèr adunatos en lustrois tois posin ekathèto, chôlos ek koilias mètros autou, os oudepote periepatèsen. 9outos èkousen tou paulou lalountos: os atenisas autô kai idôn oti echei pistin tou sôthènai 10eipen megalè fônè, anastèthi epi tous podas sou orthos. kai èlato kai periepatei. 11oi te ochloi idontes o epoièsen paulos epèran tèn fônèn autôn lukaonisti legontes, oi theoi omoiôthentes anthrôpois katebèsan pros èmas: 12ekaloun te ton barnaban dia, ton de paulon ermèn, epeidè autos èn o ègoumenos tou logou. 13o te iereus tou dios tou ontos pro tès poleôs taurous kai stemmata epi tous pulônas enegkas sun tois ochlois èthelen thuein. 14akousantes de oi apostoloi barnabas kai paulos, diarrèxantes ta imatia autôn exepèdèsan eis ton ochlon, krazontes 15kai legontes, andres, ti tauta poieite; kai èmeis omoiopatheis esmen umin anthrôpoi, euaggelizomenoi umas apo toutôn tôn mataiôn epistrefein epi theon zônta os epoièsen ton ouranon kai tèn gèn kai tèn thalassan kai panta ta en autois: 16os en tais parôchèmenais geneais eiasen panta ta ethnè poreuesthai tais odois autôn: 17kaitoi ouk amarturon auton afèken agathourgôn, ouranothen umin uetous didous kai kairous karpoforous, empiplôn trofès kai eufrosunès tas kardias umôn. 18kai tauta legontes molis katepausan tous ochlous tou mè thuein autois. 19epèlthan de apo antiocheias kai ikoniou ioudaioi, kai peisantes tous ochlous kai lithasantes ton paulon esuron exô tès poleôs, nomizontes auton tethnèkenai. 20kuklôsantôn de tôn mathètôn auton anastas eisèlthen eis tèn polin. kai tè epaurion exèlthen sun tô barnaba eis derbèn. 21euaggelisamenoi te tèn polin ekeinèn kai mathèteusantes ikanous upestrepsan eis tèn lustran kai eis ikonion kai eis antiocheian, 22epistèrizontes tas psuchas tôn mathètôn, parakalountes emmenein tè pistei, kai oti dia pollôn thlipseôn dei èmas eiselthein eis tèn basileian tou theou. 23cheirotonèsantes de autois kat ekklèsian presbuterous proseuxamenoi meta nèsteiôn parethento autous tô kuriô eis on pepisteukeisan. 24kai dielthontes tèn pisidian èlthon eis tèn pamfulian, 25kai lalèsantes en pergè ton logon katebèsan eis attaleian. 26kakeithen apepleusan eis antiocheian, othen èsan paradedomenoi tè chariti tou theou eis to ergon o eplèrôsan. 27paragenomenoi de kai sunagagontes tèn ekklèsian anèggellon osa epoièsen o theos met autôn kai oti ènoixen tois ethnesin thuran pisteôs. 28dietribon de chronon ouk oligon sun tois mathètais.