- Bibliografie - Literatuur - Liturgisch gebruik - Overzicht bijbelboeken - Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken - Overzicht van deze website -
Overzicht van Deuteronomium : - Dt
1 - Dt 2
- Dt 3 -
Dt 4 - Dt
5 - Dt 6
- Dt 7 - Dt
8 - Dt 9
- Dt 10 - Dt
11 - Dt 12
- Dt 13
- Dt 14 - Dt
15 - Dt 16
- Dt 17
- Dt 18 - Dt
19 - Dt 20
- Dt 21
- Dt 22 - Dt
23 - Dt 24
- Dt 25
- Dt 26 - Dt
27 - Dt 28
- Dt 29
- Dt 30 - Dt
31 - Dt 32
- Dt 33
- Dt 34 -
Uitleg vers per vers : - Dt
14,1 - Dt
14,2 - Dt
14,3 - Dt
14,4 - Dt
14,5 - Dt
14,6 - Dt
14,7 - Dt
14,8 - Dt
14,9 - Dt
14,10 - Dt
14,11 - Dt
14,12 - Dt
14,13 - Dt
14,14 - Dt
14,15 - Dt
14,16 - Dt
14,17 - Dt
14,18 - Dt
14,19 - Dt
14,20 - Dt
14,21 - Dt
14,22 - Dt
14,23 - Dt
14,24 - Dt
14,25 - Dt
14,26 - Dt
14,27 - Dt
14,28 - Dt
14,29 -
Overzicht van Dt : Dt : overzicht , Dt : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Dt : commentaar .
Overzicht van Tenach : Tenach
: overzicht , Tenach
: taalgebruik - A
- B
- C
- D
- E
- F
- G
- H
- I
- J
- K
- L
- M
- N
- O
- P
- Q
- R
- S
- T
- U
- V
- W
- X
-Y
- Z -
, Tenach
: commentaar ,
Overzicht van Septuaginta : Septuaginta
: overzicht , Septuaginta
: taalgebruik - A
- B
- C
- D
- E
- F
- G
- H
- I
- J
- K
- L
- M
- N
- O
- P
- Q
- R
- S
- T
- U
- V
- W
- X
-Y
- Z
- , Septuaginta
: commentaar ,
ALGEMEEN OVERZICHT
- bijbeloverzicht
, bijbelverwijzingen
- A
- B
- C
- D
- E
- F
- G
- H
- I
- J
- K
- L
- M
- N
- O
- P
- Q
- R
- S
- T
- U
- V
- W
- X
-Y
- Z -
, Oude Testament
, Pentateuch
, Historische
boeken , Profeten
, Wijsheidsboeken
, NT overzicht
, Evangelies
, Synoptici
, Brieven
van Paulus , Apostolische
brieven .
Overzicht van het N.T. : NT
: overzicht , NT
: taalgebruik - A
- B
- C
- D
- E
- F
- G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X
-Y
- Z - ,
NT : commentaar
![]() |
ZOEKEN OP DEZE WEBSITE |
http://www.bible-history.com/isbe/ |
Dt 14,1 - Dt 14,1 : Eisen aan Gods volk - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,1 - Dt 14,2 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
De betekenis van Dt 14,1 . Het vers telt 12 woorden en 50 letters . De getalwaarde is 3391 .
Dt 14,2 - Dt 14,2 : Eisen aan Gods volk - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,1 - Dt 14,2 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuileg van Dt 14,2 (= Dt 7,6 ; uitgezonderd ûbëkhâ in plaats van bëkhâ in Dt 14,2) . Het vers telt 19 woorden en 66 letters . De getalwaarde is 3118 .
2. - 3. `am qâdôsj (een heilig volk) : Tenach (3) : (1) Dt 7,6 . (2) Dt 14,2 . (3) Dt 14,21 .
1. - 6. kî `am qâdôsj aththâh laJHWH êlohèjkhâ (want een heilig volk ben je voor JHWH , je God) . Tenach (3) : (1) Dt 7,6 . (2) Dt 14,2 . (3) Dt 14,21 .
10. - 12. lîhëjôth lô lë`am : om te zijn voor hem tot volk . In vier verzen in de bijbel : (1) Dt 4,20 . (2) Dt 7,6 . (3) Dt 14,2 . (4) Dt 26,18 .
Reine en onreine dieren : Dt 14,3-21 . - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 -
Dt 14,3 - Dt 14,3 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,4 - Dt 14,4 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,5 - Dt 14,5 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,6 - Dt 14,6 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,7 - Dt 14,7 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,8 - Dt 14,8 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,9 - Dt 14,9 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,10 - Dt 14,10 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - |
||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,11 - Dt 14,11 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,12 - Dt 14,12 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,13 - Dt 14,13 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,14 - Dt 14,14 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,15 - Dt 14,15 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,16 - Dt 14,16 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,17 - Dt 14,17 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,18 - Dt 14,18 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,19 - Dt 14,19 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,20 - Dt 14,20 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,21 - Dt 14,21 : Reine en onreine dieren - Dt 14 -- verwijzingen - Dt 14,1-2 -- Dt 14,3-21 -- Dt 14,3 - Dt 14,4 - Dt 14,5 - Dt 14,6 - Dt 14,7 - Dt 14,8 - Dt 14,9 - Dt 14,10 - Dt 14,11 - Dt 14,12 - Dt 14,13 - Dt 14,14 - Dt 14,15 - Dt 14,16 - Dt 14,17 - Dt 14,18 - Dt 14,19 - Dt 14,20 - Dt 14,21 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van Dt 14,21 . Het vers telt 23 woorden en 82 letters . De getalwaarde is 5452 .
8. - 9. bâchar JHWH (JHWH koos) . Tenach (10) : (1) Dt 7,6 . (2) Dt 14,2 . (3) Dt 18,5 . (4) Dt 21,5 . (5) 2 S 16,18 . (6) 1 K 14,21 . (7) 1 Kr 15,2 . (8) 2 Kr 12,13 . (9) 2 Kr 29,11 . (10) Jr 33,24 .
14. - 15. `am qâdôsj (een heilig volk) : Tenach (3) : (1) Dt 7,6 . (2) Dt 14,2 . (3) Dt 14,21 .
13. - 18. kî `am qâdôsj aththâh laJHWH êlohèjkhâ (want een heilig volk ben je voor JHWH , je God) . Tenach (3) : (1) Dt 7,6 . (2) Dt 14,2 . (3) Dt 14,21 .
De tienden
Dt 14,22 - Dt 14,22 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,23 - Dt 14,23 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,24 - Dt 14,24 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,25 - Dt 14,25 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
1. wënathaththâh (en jij zult geven) , verbindingsprefix wë + werkwoordvorm actief qal perf. 2de pers. enk. van het werkw. nâthan (geven) . Taalgebruik in Tenach : nâthan (geven) . Taalgebruik in Dt : nâthan (geven) . Gr. didômi (geven) . Taalgebruik in de Septuaginta : didômi (geven) . Taalgebruik in het N.T. : didômi (geven) . Lat. dare / donare - donum : geven - gave , gift . Fr. donner - don : geven - gave . D. geben . E. to give . Tenach (40) . Pentateuch (26) . Dt (5) : (1) Dt 11,29 . (2) Dt 14,25 . (3) Dt 14,26 . (4) Dt 15,17 . (5) Dt 26,12 .
Dt 14,26 - Dt 14,26 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
1. wënathaththâh (en jij zult geven) , verbindingsprefix wë + werkwoordvorm actief qal perf. 2de pers. enk. van het werkw. nâthan (geven) . Taalgebruik in Tenach : nâthan (geven) . Taalgebruik in Dt : nâthan (geven) . Gr. didômi (geven) . Taalgebruik in de Septuaginta : didômi (geven) . Taalgebruik in het N.T. : didômi (geven) . Lat. dare / donare - donum : geven - gave , gift . Fr. donner - don : geven - gave . D. geben . E. to give . Tenach (40) . Pentateuch (26) . Dt (5) : (1) Dt 11,29 . (2) Dt 14,25 . (3) Dt 14,26 . (4) Dt 15,17 . (5) Dt 26,12 .
Dt 14,27 - Dt 14,27 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,28 - Dt 14,28 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van
Dt 14,29 - Dt 14,29 - | ||||||||||||||||
|
King James Bible .
Luther-Bibel .
Tekstuitleg van Dt 14,29 .
14. act. ind. aor. 1ste pers. enk. en 3de pers. mv. εφαγον = efagon (zij aten) . Zie het werkw. εσθιω = esthiô (eten) . Taalgebruik in het NT : esthiô (eten) . Taalgebruik in de LXX : esthiô (eten) . Gr. εσθιω = esthiô , fut. εδομαι = edomai , aor. εφαγον = efagon , perf. εδηδως = edèdôs , EΝ het werkw. φαγω = fagô (eten) . Bijbel (57) . Pentateuch (15) . NT (13) : (1) Mt 12,4 . (2) Mt 14,20 . (3) Mt 15,37 . (4) Mc 6,42 . (5) Mc 8,8 . (6) Lc 9,17 . (7) Joh 6,23 . (8) Joh 6,31 . (9) Joh 6,49 . (10) Joh 6,58 . (11) Hnd 10,14 . (12) 1 Kor 10,3 . (13) Apk 10,10 . Een vorm van esθιω = esthiô in de LXX (686) , in het NT (65) , in Mt (11) , in Mc (11) , in Lc (12) . Een vorm van φαγω = fagô in de LXX (zie εσθιω = esthiô) , in het NT (94) , in Mt (13) , in Mc (17) , in Lc (21) , in Joh (15) .
- Hebreeuws : וַיּאֹכְלוּ = wajjo´khëlû (en zij aten) < wa consecutivum + act. ind. imperf. 3de pers. mann. mv. van het werkw. אָכַל = ´âkhal (eten) . Taalgebruik in Tenakh : ´âkhal (eten) . De getalwaarde van אָכַל = ´âkhal (eten) is : aleph = 1 , kaph = 11 of 20 , lamed = 12 of 30 ; totaal : 24 (2³ X 3) of 51 (3 X 17) . Structuur : 1 - 2 - 3 . De som van de elementen is telkens 6 . Tenakh (25) . Pentateuch (5) : (1) Gn 24,54 . (2) Gn 26,30 . (3) Gn 31,46 . (4) Gn 31,54 . (5) Ex 24,11 . Vroege Profeten (10) : (1) Joz 5,11 . (2) Joz 5,12 . (3) Re 9,27 . (4) Re 19,4 . (5) Re 19,6 . (6) Re 19,8 . (7) Re 19,21 . (8) 2 K 4,44 . (9) 2 K 6,23 . (10) 2 K 7,8 . Ps (2) : (1) Ps 78,29 . (2) Ps 106,28 . Een vorm van אָכַל = ´âkhal
(eten) in Tenakh (683) . In de LXX zijn vele (werk)woorden de vertaling van אָכַל = ´âkhal
(eten) .
- Ned. : eten (vgl Gr. e -s-th-) . Arabisch : أَكَلَ = ´akala (eten) . Taalgebruik in de Qoran : ´akala (eten) . Fr. : manger . E. : to eat . D. : essen . Grieks : εσθιω = esthiô (eten) . Taalgebruik in het NT : esthiô (eten) . Hebreeuws : אָכַל = ´âkhal (eten) . Taalgebruik in Tenakh : ´âkhal (eten) . Lat. : manducare (zie manger) ; comedere (eten, verteren, meeëten) .
- ind. fut. 3de pers. mv. φαγονται = fagontai (zij zullen eten) . Zie het werkw. εσθιω = esthiô (eten)
. Taalgebruik in het NT : esthiô
(eten) . Taalgebruik in de LXX : esthiô
(eten) . Gr. εσθιω = esthiô , fut. εδομαι = edomai , aor. εφαγον = efagon , perf. εδηδως = edèdôs
EΝ het werkw. φαγω = fagô (eten) . Bijbel (45) . OT (44) . NT (1) . Pentateuch () : (1) Gn 43,16 . (2) Ex 12,8 . (3) Lv 8,31 . (4) Lv 22,11 . (5) Lv 24,9 . (6) Nu 9,11 . (7) Nu 11,21 . (8) Dt 14,29 . (9) Dt 18,1 . (10) Dt 26,12 . (11) Dt 31,20 . Vroege Profeten (2) : (1) 1 K 21,24 . (2) 2 K 4,43 .
- act. ind. perf. 3de pers. mv. אָכְלוּ = ´âkhëlû (zij zullen eten) van het werkw. אָכַל = ´âkhal
(eten) . Taalgebruik in Tenakh : ´âkhal
(eten) . De getalwaarde van אָכַל = ´âkhal
(eten) is : aleph = 1 , kaph = 11 of 20 , lamed = 12 of 30 ; totaal : 24 (2³ X 3) of 51 (3 X 17) . Structuur : 1 - 2 - 3 . De som van de elementen is telkens 6 . Tenakh (12) : (1) Gn 14,24 . (2) Ex 16,35 . (3) 2 K 23,9 . (4) Jr 10,25 . (5) Jr 31,29 . (6) Ez 22,9 . (7) Hos 7,9 . (8) Mi 3,3 . (9) Ps 14,4 . (10) Ps 22,30 . (11) Ps 53,5 . (12) 2
Kr 30,18 .
- וְאָכְלוּ = wë´âkhëlû (en zij zullen eten) < verbindingswoord wë + act. ind. perf. 3de pers. mv. van het werkw. אָכַל = ´âkhal
(eten) . Taalgebruik in Tenakh : ´âkhal
(eten) . De getalwaarde van אָכַל = ´âkhal
(eten) is : aleph = 1 , kaph = 11 of 20 , lamed = 12 of 30 ; totaal : 24 (2³ X 3) of 51 (3 X 17) . Structuur : 1 - 2 - 3 . De som van de elementen is telkens 6 . Tenakh (15) : (1) Gn 47,22 . (2) Ex 12,8 . (3) Ex 23,11 . (4) Ex 29,33 . (5) Nu 11,21 . (6) Dt 14,29 . (7) Dt 26,12 . (8) Js
65,21 . (9) Jr 7,21 . (10) Ez 4,16 . (11) Hos 4,10 . (12) Hos 7,7 . (13) Am 9,14 . (14) Zach
9,15 . (15) Zach
12,6 . Een vorm van אָכַל = ´âkhal
(eten) in Tenakh (683) . In de LXX zijn vele (werk)woorden de vertaling van אָכַל = ´âkhal
(eten) .
וְאָכְלוּ = wë´âkhëlû (en zij zullen eten) < verbindingswoord wë + act. ind. perf. 3de pers. mv. van het werkw. אָכַל = ´âkhal
(eten) . Taalgebruik in Tenakh : ´âkhal
(eten) . De getalwaarde van אָכַל = ´âkhal
(eten) is : aleph = 1 , kaph = 11 of 20 , lamed = 12 of 30 ; totaal : 24 (2³ X 3) of 51 (3 X 17) . Structuur : 1 - 2 - 3 . De som van de elementen is telkens 6 . Tenakh (15) : (1) Gn 47,22 . (2) Ex 12,8 . (3) Ex 23,11 . (4) Ex 29,33 . (5) Nu 11,21 . (6) Dt 14,29 . (7) Dt 26,12 . (8) Js
65,21 . (9) Jr 7,21 . (10) Ez 4,16 . (11) Hos 4,10 . (12) Hos 7,7 . (13) Am 9,14 . (14) Zach
9,15 . (15) Zach
12,6 .
- pass. fut. 3de pers. mv. saturabuntur (zij zullen verzadigd worden) van het werkw. saturare . Bijbel (8) : (1) Dt 14,29 . (2) Hos 4,10 . (3) Ps 22,27 . (4) Ps 37,19 . (5) Ps 104,16 . (6) Spr 1,31 . (7) Job 27,14 . (8) Mt
5,6 .
15. pass. ind. aor. 3de pers. mv. εχορασθησαν = echorasthèsan (zij werden verzadigd) van het werkw. χορταζω = chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Taalgebruik in het NT : chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Taalgebruik in de LXX : chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Bijbel (7) : (1) Ps 17,14 . (2) Mt 14,20 . (3) Mt 15,37 . (4) Mc 6,42 . (5) Mc 8,8 . (6) Lc 9,17 . (7) Apk 19,21 . Zie website http://lexicon.katabiblon.com/index.php?lemma=%CF%87%CE%BF%CF%81%CF%84%E1%BD%B1%CE%B6%CF%89 . Een vorm van χορταζω = chortazô in de LXX (13) : (1) Jr 5,7 . (2) Kl 3,15 . (3) Kl 3,30 . (4) Ps 17,14 . (5) Ps 17,15 . (6) Ps 37,19 . (7) Ps 59,16 . (8) Ps 81,17 . (9) Ps 104,13 . (10) Ps 104,16 . (11) Ps 107,9 . (12) Ps 132,15 . (13) Job 38,27 . In het NT (15) : (1) Mt 5,6 . (2) Mt 14,20 . (3) Mt 15,33 . (4) Mt 15,37 . (5) Mc 6,42 . (6) Mc 7,27 . (7) Mc 8,4 . (8) Mc 8,8 . (9) Lc 6,21 . (10) Lc 9,17 . (11) Lc 15,16 . (12) Lc 16,21 . (13) Joh 6,26 . (14) Fil 4,12 . (15) Jak 2,16 . (16) Apk 19,21 . In de LXX is het de vertaling van het Hebreeuwse werkwoord שָׂבַע = shâbha` . In de LXX wordt שָׂבַע = shâbha` zelf door 7 verschillende Griekse (werk)woorden vertaald . Het is de vertaling van het Hebreeuwse werkwoord שָׂבַע = shâbha` .
- pass. ind. fut. 3de pers. mv. χορτασθησονται = chortasthèsontai (zij zullen verzadigd worden) van het werkw. χορταζω = chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Taalgebruik in het NT : chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Taalgebruik in de LXX : chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) . Bijbel (2) : (1) Ps 37,19 . Alfabetpsalm , letter jod . (2) Mt 5,6 . Een vorm van χορταζω = chortazô in de LXX (14) , in het NT (15) . In de LXX is het de vertaling van het Hebreeuwse werkwoord שָׂבַע = shâbha` . In de LXX wordt שָׂבַע = shâbha` zelf door 7 verschillende Griekse (werk)woorden vertaald .
- Hebreeuws : שָׁבָע = sjâbhâ` (zweren, vervolledigen / vervullen) . Taalgebruik in Tenakh : sjâbhâ`(zweren) . Taalgebruik in Dt : sjâbhâ`(zweren) . Getalswaarde : sjin = 21 of 300 , beth = 2 , ajin = 16 of 70 ; totaal : 39 ( 3 X 13 of 26 + 13) of 372 (12 X 31) . Structuur : 3 - 2 - 7 . De som van de elementen is telkens 3 .
- pass. fut. 3de pers. mv. saturabuntur (zij zullen verzadigd worden) van het werkw. saturare . Bijbel (8) : (1) Dt 14,29 . (2) Hos 4,10 . (3) Ps 22,27 . (4) Ps 37,19 . (5) Ps 104,16 . (6) Spr 1,31 . (7) Job 27,14 . (8) Mt 5,6 .
Een synoniem van χορταζω = chortazô (vet mesten, voeden, verzadigen) is het werkw. εμπιμπλημι = empimplèmi (vervullen) . Het is vaak de vertaling van het Hebreeuwse שָׂבַע = shâbha` (verzadigd worden, genoeg hebben van) .
- pass. ind. fut. 3de pers. mv. εμπλησθησονται = emplèsthèsontai (zij zullen zich vullen) van het werkw. εμπιμπλημι = empimplèmi (vervullen) . Zie het werkw. πιμπλημι = pimplèmi
(vullen) . Taalgebruik in het NT : pimplèmi
(vullen) . Taalgebruik in de LXX : pimplèmi
(vullen) . Bijbel (8) : (1) Dt 14,29 . (2) Dt 26,12 . (3) Js 13,21 . (4) Js 29,19 . (5) Jr 50,10 . (6) Ps 22,27 . (7) Sir 2,16 . (8) Sir 4,12 . Een vorm van εμπιμπλημι = empimplèmiin de LXX (142) , in het NT (5) : (1) Lc
1,53 . (2) Lc
6,25 . (3) Joh
6,12 . (4) Hnd 14,17 . (5) Rom
15,24 . In de LXX is εμπιμπλημι = empimplèmi de vertaling van 9 Hebreeuwse (werk)woorden .
- pass. ind. aor. 3de pers. mv. ενεπλησθησαν = eneplèsthèsan (zij werden vervuld) van het werkw. εμπιμπλημι = empimplèmi (vervullen) . Zie het werkw. πιμπλημι = pimplèmi
(vullen) . Taalgebruik in het NT : pimplèmi
(vullen) . Taalgebruik in de LXX : pimplèmi
(vullen) . Bijbel (5) : (1) Hos 13,6 . (2) Ps 22,27 . (3) Ps 78,29 . (4) Neh 9,25 .
- Hebreeuws . וְשָׂבֵעוּ = wësâbhe`û (en zij zullen verzadigd worden) < prefix verbindingswoord wë + act. qal perf. 3de pers. mann. mv. van het werkw. שָׂבַע = shâbha` (verzadigd worden, genoeg hebben
van) . Taalgebruik in Tenakh : shâbha`
(verzadigd worden, genoeg hebben van) . Getalwaarde : shin = 21 of 300 ,
beth = 2 , ajin = 16 of 70 ; totaal : 39 (3 X 13 of 26 + 13) of 372 (12 X 31)
. Structuur : 3 - 2 - 7 . De som van de elementen is telkens 3 . Tenakh (2) : (1) Dt 14,29 . (2) Dt 26,12 . Een vorm van שָׂבַע = shâbha` in Tenakh (93) .
- In deze 2 verzen lezen we וְאָכְלוּ וְשָׂבֵעוּ = wë´âkhëlû wësâbhe`û (en zij zullen eten en zij zullen verzadigd worden) ; in het Grieks telkens : φαγονται = fagontai (zij zullen eten) και = kai (en) εμπλησθησονται = emplèsthèsontai (zij zullen zich vullen) . In beide teksten gaat het om de tienden die om de 3 jaar aan de Levieten , vreemdelingen , weduwen en wezen moeten afgestaan worden .
- Latijn . pass. fut. 3de pers. mv. saturabuntur (zij zullen verzadigd worden) van het werkw. saturare . Bijbel (8) : (1) Dt 14,29 . (2) Hos 4,10 . (3) Ps 22,27 . (4) Ps 37,19 . (5) Ps 104,16 . (6) Spr 1,31 . (7) Job 27,14 . (8) Mt
5,6 .
Verwant met het werkw. שָׂבַע = shâbha` (verzadigd worden, genoeg hebben van) is het telwoord . Tussen beide bestaat slechts dit verschil : een punt op de s , al dan niet links of rechts . 7 is een symbool van volheid . Er zijn 5 broden en 2 vissen ; in aantal 7 .
17. יְבָרֶכְךָ = jëbhârèkhëkhâ (hij zegene je) < piël jussivus derde persoon mannelijk enkelvoud met suffix (kha) van het persoonlijk voornaamwoord tweede persoon mannelijk enkelvoud van het werkw. בָרַך = bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Taalgebruik in Tenakh : bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Getalswaarde : beth = 2 , resj = 20 of 200 , kaf = 11 of 20 . Totaal : 33 (3 X 11) of 222 (6 X 37 OF 2 X 111) . 111 = 3 X 37 OF (5 X 17) + 26 . Structuur : 2 - 2 - 2 . De som van de elementen is telkens 6 . Imperf. of jusivus : Tenakh (17) : (1) Gn 27,10 . (2) Nu 6,24 (de priesterlijke zegen) . (3) Dt 14,24 . (4) Dt 14,29 . (5) Dt 15,4 . (6) Dt 15,10 . (7) Dt 16,10 . (8) Dt 16,15 . (9) Dt 23,21 . (10) Dt 24,19 . (11) 2 K 4,29 . (12) Jr 31,23 . (13) Job 1,11 . (14) Job 2,5 . (15) Rt 2,4 . In 2 verzen in de Psalmen : (1) Ps 128,5 . (2) Ps 134,3 . Getalswaarde van יְבָרֶכְךָ = jëbhârèkhëkhâ (hij zegene je) .
- יְבָרֵךְ = jëbhârekhë (hij zegene) < piël jussivus derde persoon mannelijk enkelvoud van het werkw. בָרַך = bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Taalgebruik in Tenakh : bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Getalwaarde : beth = 2 , resj = 20 of 200 , kaf = 11 of 20 . Totaal : 33 (3 X 11) of 222 (6 X 37 OF 2 X 111) . 111 = 3 X 37 OF (5 X 17) + 26 . Structuur : 2 - 2 - 2 . De som van de elementen is telkens 6 . Imperf. ind. of jusivus : Tenakh (1) : Gn 28,3 .
- Aan de vorm is het niet te zien dat het een indicativus (vaststellend) of een jussivus (gebiedend) is , maar uit de nevenschikkende zinnen kunnen we opmaken dat het een jussivus is . De vertaling luidt dan : dat hij zegene .
- Grieks : act. optat. aor. 3de pers. enk. + act. inf. aor. ευλογησαι = eulogèsai (dat hij zegene) van het werkw. ευλογεω = eulogeô (goed spreken, loven, prijzen) . Taalgebruik in het NT : eulogeô (goed spreken, loven, prijzen) . Taalgebruik in de Septuaginta : eulogeô (goed spreken, loven, prijzen) . Bijbel = LXX (2) : (1) Nu 6,23 . (2) 2 S 21,3 . Bijbel (20) : (1) Gn 28,3 . (2) Gn 48,16 . (3) Nu 6,24 . (4) Dt 1,11 . (5) Dt 28,12 . (6) Joz 8,33 . (7) 1 S 13,10 . (8) 1 S 25,14 . (9) 2 S 6,20 . (10) 2 S 8,10 . (11) 2 S 24,23 . (12) 1 K 1,47 . (13) Ps 67,2 . (14) Ps 67,7 . (15) Ps 67,8 . (16) Ps 128,5 . (17) Rt 2,4 . (18) 1 Kr 16,43 . (19) 1 Kr 17,27 . (20) 1 Kr 18,10 . Een vorm van ευλογεω = eulogeô in de LXX (516) , in het NT (42) .
- Ned. : zegenen < signare (tekenen) , het signum (teken) van het kruis slaan . Arabisch : بَارَكَ = bâraka (zegenen) . Taalgebruik in de Qoran : bâraka (zegenen) . D. : segnen . E. : to bless . Fr. : bénir . Gr. : ευλογεω = eulogeô (goed spreken, loven, prijzen) . Taalgebruik in het NT : eulogeô (goed spreken, loven, prijzen) . Hebreeuws : בָרַך = bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Taalgebruik in Tenakh : bârakh (zegenen, loven, prijzen) . Lat. : benedicere .
22. יָדֶךָ = jâdèkhâ (jouw hand) < zelfst. naamw. + suffix bezittel. voornaamw. 2de pers. mann. enk. . Zie : יָד = jâd (hand) . Taalgebruik in Tenakh : jâd (hand) . Getalwaarde : jod = 10 . daleth = 4 . Totaal 14 (2 X 7) . Structuur : 1 - 4 . De som van de elementen is telkens 5 . Tenakh (92) . Pentateuch (37) . Dt (19) . (1) Dt 2,7 . (2) Dt 3,24 . (3) Dt 6,8 . (4) Dt 12,17 . (5) Dt 12,18 . (6) Dt 13,10 . (7) Dt 14,29 . (8) Dt 15,3 . (9) Dt 15,7 . (10) Dt 15,8 . (11) Dt 15,10 . (12) Dt 15,11 . (13) Dt 16,10 . (14) Dt 23,21 . (15) Dt 28,8 . (16) Dt 28,12 . (17) Dt 28,20 . (18) Dt 28,32 . (19) Dt 30,9 .
- יֶדְכֶם = jèdëkhèm (jullie hand) < zelfst. naamw. + suffix bezittel. voornaamw. 2de pers. mann. mv. . Zie : יָד = jâd (hand) . Taalgebruik in Tenakh : jâd (hand) . Getalwaarde : jod = 10 . daleth = 4 . Totaal 14 (2 X 7) . Structuur : 1 - 4 . De som van de elementen is telkens 5 . Tenakh (7) : (1) Ex 32,29 . (2) Lv 8,33 . (3) Dt 11,18 . (4) Dt 12,6 . (5) Dt 12,7 . (6) Dt 12,11 . (7) 2 Kr 29,31 .