BIJBELBOEK Jesaja - Js -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -
- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -

- Bibliografie - Literatuur - Liturgisch gebruik - Overzicht bijbelboeken - Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken - Overzicht van deze website -

- bijbelverwijzingen - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z -

Overzicht van Jesaja : - Js 1 - Js 2 - Js 3 - Js 4 - Js 5 - Js 6 - Js 7 - Js 8 - Js 9 - Js 10 - Js 11 - Js 12 - Js 13 - Js 14 - Js 15 - Js 16 - Js 17 - Js 18 - Js 19 - Js 20 - Js 21 - Js 22 - Js 23 - Js 24 - Js 25 - Js 26 - Js 27 - Js 28 - Js 29 - Js 30 - Js 31 - Js 32 - Js 33 - Js 34 - Js 35 - Js 36 - Js 37 - Js 38 - Js 39 - Js 40 - Js 41 - Js 42 - Js 43 - Js 44 - Js 45 - Js 46 - Js 47 - Js 48 - Js 49 - Js 50 - Js 51 - Js 52 - Js 53 - Js 54 - Js 55 - Js 56 - Js 57 - Js 58 - Js 59 - Js 60 - Js 61 - Js 62 - Js 63 - Js 64 - Js 65 - Js 66 -
Jesaja vers per vers - Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 - Js 28,14 - Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 - Js 28,23 - Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -

Overzicht van Tenach : Tenach : overzicht , Tenach : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Tenach : commentaar ,
Overzicht van Septuaginta
: Septuaginta : overzicht , Septuaginta : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Septuaginta : commentaar ,
Overzicht N.T. : N.T. : overzicht , N.T. : taalgebruik - N.T. A - N.T. B - N.T. C - N.T. D - N.T. E - N.T. F - N.T. G - N.T. H - N.T. I - N.T. J - N.T. K - N.T. L - N.T. M - N.T. N - N.T. O - N.T. P - N.T. Q - N.T. R - N.T. S - N.T. T - N.T. U - N.T. V - N.T. W - N.T. X - N.T. Y - N.T. Z - N.T. : commentaar .

Overzicht van Jesaja : Jesaja : overzicht , Jesaja : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Jesaja : commentaar ,


Religie.opzijnbest.nl
ZOEKEN OP DEZE WEBSITE
PicoSearch
  Hulp
Verzorgd door PicoSearch
 
1. LXX , Griekse tekst N.T.   2. Vulgata   3. Synopsis Denaux - Vervenne  4. Statenvertaling   5. Willibrordvertaling   6. Nieuwe Vertaling   7. Naardense vertaling , zie
8. Bible de Jérusalem 9. Statenvertaling   10. King James Bible  - King James Bible 11. Luther-Bibel   liturgische lezing      

WEDERKERIGHEID (DIVERSITEIT - VICE VERSA) . Meer info : Arseen De Kesel . Email: arseen.de.kesel@pandora.be .
websitenamen : http://users.telenet.be/arseen.de.kesel/ en http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.htm
- STARTPAGINA - AGENDA - BIJ DE HAND - NIEUW - OVERZICHT -  TIJDSCHRIFTEN -
ALFABETISCH OVERZICHT VAN THEMA'S EN WEBSITES :
- A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z
HOOFDTHEMA'S : allochtonen , armoede , bahá'í ,  bezinningsteksten , bijbel , bijbel en koran , boeddhisme , christendom , extreemrechts ( Vlaams Blok ) , fundamentalisme , getallen , globalisering en antiglobalisering ,  hindoeïsme , interlevensbeschouwelijke dialoog , interreligieuze meditatie , islam , jodendom , koran , levensbeschouwing , levensbeschouwing / godsdienst en onderwijs , racisme , samenleving , sikhisme , spiritualiteit , tewerkstelling van allochtonen , vluchtelingen en asielzoekers , vrijzinnigheid , witte scholen , multiculturele scholen en concentratiescholen , Eigen-zinnige beschouwingen , Het kleine of grote ongenoegen

Bibliografie : http://www.soniclight.com/constable/notes/pdf/isaiah.pdf .
Literatuur
Liturgisch gebruik

Overzicht van de bijbelboeken - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -
- OT : Gn (Genesis) , Ex (Exodus) , Lv (Leviticus) , Nu (Numeri) , Dt (Deuteronomium) , Joz (Jozua) , Re (Rechters) , Rt (Ruth) , 1 S (1 Samuël) , 2 S (2 Samuël) , 1 K (1 Koningen) , 2 K (2 Koningen) , 1 Kr ( 1 Kronieken) , 2 Kr (2 Kronieken) , Ezr (Ezra) , Neh (Nehemia) , Tob (Tobia) , Jdt (Judith) , Est (Esther) , 1 Mak (1 Makkabeeën) , 2 Mak (2 Makkabeeën) , Job , Ps (Psalmen ) , Spr (Spreuken) , Pr (Prediker) , Hl (Hooglied) , W (Wijsheid) , Sir (Sirach) , Js (Jesaja) , Jr (Jeremia) , Kl (Klaagliederen) , Bar (Baruch) , Ez (Ezechiël) , Da (Daniël) , Hos (Hosea) , Jl (Joël) , Am (Amos) , Ob (Obadja) , Jon (Jona) , Mi (Micha) , Nah (Nahum) , Hab (Habakuk) , Sef (Sefanja) , Hag (Haggai) , Zach (Zacharia) , Mal (Maleachi) .
- NT : Mt (Matteüs) - Mc (Marcus) - Lc (Lucas) - Joh (Johannes) - Hnd (Handelingen) , Rom (Rome) , 1 Kor (Korinte) , 2 Kor (Korinte) , Gal (Galatië) , Ef (Efese) , Fil (Filippi) , Kol (Kolosse) , 1 Tes (Tessalonika) , 2 Tes (Tessalonika) , 1 Tim (Timoteüs) , 2 Tim (Timoteüs) , Tit (Titus) , Film (Filemon) , Heb (Hebreeën) , Jak (Jakobus) , 1 Pe (Petrus) , 2 Pe (Petrus) , 1 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , Jud (Judas) , Apk (Apokalyps) .
Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken : - bibliografie bijbel - bibliografie van het Oude Testament - bibliografie Matteüsevangelie - bibliografie Marcusevangelie - bibliografie Lucasevangelie - bibliografie van het Johannesevangelie - bibliografie van het Nieuwe Testament (behalve evangeliën)

- Js 28,1-13 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -

Js 28,1 - Js 28,1 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
28 1ouai tô stefanô tès ubreôs oi misthôtoi efraim to anthos to ekpeson ek tès doxès epi tès korufès tou orous tou pacheos oi methuontes aneu oinou  1 vae coronae superbiae ebriis Ephraim et flori decidenti gloriae exultationis eius qui erant in vertice vallis pinguissimae errantes a vino    1 Wee de hovaardige kroon der dronkenen van Efraïm, welker heerlijk sieraad is een afvallende bloem, die daar is op het hoofd der zeer vette vallei, der geslagenen van den wijn.  [1] Wee* de trotse kroon van Efraïms dronkaards, zijn schoonheid is een verwelkende bloem, een fraai diadeem op het hoofd van hen die door wijn bedwelmd zijn.   [1] Wee de trotse kroon van de dronkaards van Efraïm; bedwelmd door de wijn pronken zij met de stad die de vruchtbare vallei bekroont, maar hun prachtige sieraad is een bloem die verwelkt.   1 ¶ Wee, trotse kroon van Efraïms dronkaards, een verwelkende bloemenkrans is het sieraad van zijn luister,– dat het hoofd tooit van door wijn overmanden in een vallei van vruchtbaarheden!   1. Malheur à l'orgueilleuse couronne des ivrognes d'Éphraïm, à la fleur fanée de sa superbe splendeur sise au sommet de la grasse vallée, à ceux que terrasse le vin.  

King James Bible . 28 [1] Woe to the crown of pride, to the drunkards of Ephraim, whose glorious beauty is a fading flower, which are on the head of the fat valleys of them that are overcome with wine!
Luther-Bibel . 28 1 Weh der prächtigen Krone der Trunkenen von Ephraim, der welken Blume ihrer lieblichen Herrlichkeit, die da prangt hoch über dem fetten Tal derer, die vom Wein taumeln!

Tekstuitleg van Js 28,1 .

1. hôj (wee) . Taalgebruik in Tenach : hoj (wee) . Getalwaarde : he = 5 , waw = 6 , jod = 10 ; totaal : 21 (3 X 7) . Structuur : 5 - 6 - 1 . Gr. ouai . Lat. vae . Fr. malheur . E. woe . D. weh . Js (22) : (1) Js 1,4 . (2) Js 1,24 . (3) Js 5,8 . (4) Js 5,11 . (5) Js 5,18 . (6) Js 5,20 . (7) Js 5,21 . (8) Js 5,22 . (9) Js 10,1 . (10) Js 10,5 . (11) Js 16,4 . (12) Js 17,12 . (13) Js 18,1 . (14) Js 28,1 . (15) Js 29,1 . (16) Js 29,15 . (17) Js 30,1 . (18) Js 31,1 . (19) Js 33,1 . (20) Js 45,9 . (21) Js 45,10 . (22) Js 55,1 .

Js 28,2 - Js 28,2 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
2idou ischuron kai sklèron o thumos kuriou ôs chalaza kataferomenè ouk echousa skepèn bia kataferomenè ôs udatos polu plèthos suron chôran tè gè poièsei anapausin tais chersin  2 ecce validus et fortis Domini sicut impetus grandinis turbo confringens sicut impetus aquarum multarum inundantium et emissarum super terram spatiosam     2 Ziet, de Heere heeft een sterke en machtige, er is gelijk een hagelvloed, een poort des verderfs; gelijk een vloed der sterke wateren; die overvloeien, zal Hij ze ter aarde nederwerpen met de hand.   [2] Want de Heer beschikt over iemand*, machtig en sterk als een hagelvlaag, sterk als een vernielende storm, als een vloedgolf van onstuimige wateren, iemand die alles met geweld tegen de grond gooit.   [2] Want de Heer beschikt over iemand, sterk als een hevige hagelbui, als een wervelwind, krachtig als een kolkende watermassa, die met zijn machtige hand alles omver zal stoten.   2 Zie, mijn Heer heeft iemand, sterk en stevig die als een stortbui van hagel, een verwoestende storm,– als een stortvloed van sterke onstuimige waterstromen met de hand ter aarde werpt.  2. Voici un homme fort et puissant au service du Seigneur, comme une tornade de grêle, une tempête dévastatrice, comme d'énormes trombes d'eau qui se déversent, de sa main il les jette à terre.  

King James Bible . [2] Behold, the Lord hath a mighty and strong one, which as a tempest of hail and a destroying storm, as a flood of mighty waters overflowing, shall cast down to the earth with the hand.
Luther-Bibel . 2 Siehe, einen Starken und Mächtigen hält der Herr bereit; wie Hagelsturm, wie verderbliches Wetter, wie Wasserflut, die mächtig einreißt, wirft er zu Boden mit Gewalt.

Tekstuitleg van Js 28,2 .

Js 28,3 - Js 28,3 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
3kai tois posin katapatèthèsetai o stefanos tès ubreôs oi misthôtoi tou efraim  3 pedibus conculcabitur corona superbiae ebriorum Ephraim     3 De hovaardige kronen der dronkenen van Efraïm zullen met voeten vertreden worden.   [3] Zij wordt platgetrapt, de trotse kroon van Efraïms dronkaards.   [3] De trotse kroon van de dronkaards van Efraïm zal worden vertrapt.   3 Met voeten vertreden,– wordt de trotse kroon van Efraïms dronkaards.  3. Elles seront foulées aux pieds, l'orgueilleuse couronne des ivrognes d'Éphraïm  

King James Bible . [3] The crown of pride, the drunkards of Ephraim, shall be trodden under feet:
Luther-Bibel . 3 Mit Füßen wird zertreten die prächtige Krone der Trunkenen von Ephraim.

Tekstuitleg van Js 28,3 .

Js 28,4 - Js 28,4 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
4kai estai to anthos to ekpeson tès elpidos tès doxès ep' akrou tou orous tou upsèlou ôs prodromos sukou o idôn auto prin è eis tèn cheira autou labein thelèsei auto katapiein  4 et erit flos decidens gloriae exultationis eius qui est super verticem vallis pinguium quasi temporaneum ante maturitatem autumni quod cum aspexerit videns statim ut manu tenuerit devorabit illud     4 En de afvallende bloem zijns heerlijken sieraads, die op het hoofd der zeer vette vallei is, zal zijn gelijk een vroegrijpe vrucht voor den zomer, welke, wanneer ze iemand ziet, terwijl zij nog in zijn hand is, slokt hij ze op.   [4] De verwelkende bloem, dat fraaie diadeem boven het vruchtbare dal, zal het vergaan als een vroegrijpe vijg die voor de zomer komt: wie haar ziet, slokt haar op, zó uit de hand!   [4] Dit pronkstuk van de vruchtbare vallei, dit prachtige sieraad, zal als een bloem verwelken, verdwijnen als een vroege vijg, vóór de oogst ontdekt en onmiddellijk opgegeten.   4 Geschieden zal met de verwelkende bloemenkrans, het sieraad van zijn luister die het hoofd tooit van een vallei vol vruchtbaarheden,– als met een te vroege vijg eer het zomer is: wie rondziet en haar ziet,– zo uit de hand slikt hij haar in. ••  4. et la fleur fanée de sa superbe splendeur sise au sommet de la grasse vallée. C'est comme une figue mûre avant l'été : qui l'aperçoit aussitôt la saisit et l'avale.  

King James Bible . [4] And the glorious beauty, which is on the head of the fat valley, shall be a fading flower, and as the hasty fruit before the summer; which when he that looketh upon it seeth, while it is yet in his hand he eateth it up.
Luther-Bibel . 4 Und die welke Blume ihrer lieblichen Herrlichkeit, die da prangt hoch über dem fetten Tal, wird sein wie eine Frühfeige vor dem Sommer, die einer erspäht und flugs aus der Hand verschlingt.

Tekstuitleg van Js 28,4 .

Js 28,5 - Js 28,5 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
5tè èmera ekeinè estai kurios sabaôth o stefanos tès elpidos o plakeis tès doxès tô kataleifthenti mou laô 5 in die illa erit Dominus exercituum corona gloriae et sertum exultationis residuo populi sui    5 Te dien dage zal de HEERE der heirscharen tot een heerlijke Kroon en tot een sierlijken Krans zijn den overgeblevenen Zijns volks;  [5] Op die dag zal de heer van de machten een heerlijke kroon en een prachtige diadeem zijn voor de rest van zijn volk;   [5] Op die dag zal de HEER van de hemelse machten de sierlijke kroon zijn, de prachtige krans voor wie er van zijn volk nog over zijn;   5 Te dien dage wordt de ENE, de Omschaarde, tot een sierlijke kroon en een krans van luister,– voor het overblijfsel van mijn gemeente,   5. Ce jour-là, c'est Yahvé Sabaot qui deviendra une couronne de splendeur et un superbe diadème pour le reste de son peuple,  

King James Bible . [5] In that day shall the LORD of hosts be for a crown of glory, and for a diadem of beauty, unto the residue of his people,
Luther-Bibel . 5 Zu der Zeit wird der HERR Zebaoth eine liebliche Krone sein und ein herrlicher Kranz für die Übriggebliebenen seines Volks

Tekstuitleg van Js 28,5 .

Js 28,6 - Js 28,6 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
6kataleifthèsontai epi pneumati kriseôs epi krisin kai ischun kôluôn anelein  6 et spiritus iudicii sedenti super iudicium et fortitudo revertentibus de bello ad portam    6 En tot een Geest des oordeels dien, die ten oordeel zit, en tot een sterkte dengenen, die den strijd afkeren tot de poort toe.  [6] een geest van gerechtigheid voor hem die zetelt op de rechterstoel, een kracht voor hen die aanvallers terugdrijven naar de poort.   [6] wie zetelt op de rechterstoel zal hij met zuiver recht bezielen, en heldenmoed schenkt hij aan hen die de vijand uit de stad verdrijven.   6 tot een geestesadem van gericht,– voor wie op de rechterstoel zetelt, tot heldenkracht voor wie de oorlog terugdringen naar de poort. ••   6. un esprit de justice pour qui doit rendre la justice, et la force de ceux qui repoussent l'assaut aux portes. 

King James Bible . [6] And for a spirit of judgment to him that sitteth in judgment, and for strength to them that turn the battle to the gate.
Luther-Bibel . 6 und ein Geist des Rechts für den, der zu Gericht sitzt, und eine Kraft denen, die den Kampf zurücktreiben zum Tor. Gericht über die Priester und Propheten in Jerusalem

Tekstuitleg van Js 28,6 .

Js 28,7 - Js 28,7 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
7outoi gar oinô peplanèmenoi eisin eplanèthèsan dia to sikera iereus kai profètès exestèsan dia ton oinon eseisthèsan apo tès methès tou sikera eplanèthèsan tout' esti fasma  7 verum hii quoque prae vino nescierunt et prae ebrietate erraverunt sacerdos et propheta nescierunt prae ebrietate absorti sunt a vino erraverunt in ebrietate nescierunt videntem ignoraverunt iudicium    7 En ook dwalen dezen van den wijn, en zij dolen van den sterken drank; de priester en de profeet dwalen van den sterken drank; zij zijn verslonden van den wijn, zij dolen van sterken drank; zij dwalen in het gezicht; zij waggelen in het gericht.   [7] Priester en profeet verdwalen door de drank en zijn verward door de wijn; ze waggelen van de drank, en bij hun visioenen staan ze te slingeren, ze wankelen op hun benen bij hun beslissingen.   [7] Maar zelfs priesters waggelen van de wijn, profeten wankelen door de drank: ze waggelen door de drank en zijn verward door de wijn; de drank doet hen wankelen, waggelend hebben ze visioenen, zwalkend doen ze hun uitspraken.   7 Maar ook zij hier verdwalen in een mist van wijn, dolen rond in een nevel van sterke drank,– priester en profeet dwalen rond bedwelmd door de drank, zijn verdwaasd door de wijn: zij tollen rond door de drank, verdwalen in wat ze zien, buitelen om bij een beslissing.  7. Eux aussi, ils ont été troublés par le vin, ils ont divagué sous l'effet de la boisson. Prêtre et prophète, ils ont été troublés par la boisson, ils ont été pris de vin, ils ont divagué sous l'effet de la boisson, ils ont été troublés dans leurs visions, ils ont divagué dans leurs sentences. 

King James Bible . [7] But they also have erred through wine, and through strong drink are out of the way; the priest and the prophet have erred through strong drink, they are swallowed up of wine, they are out of the way through strong drink; they err in vision, they stumble in judgment.
Luther-Bibel . 7 Aber auch diese sind vom Wein toll geworden und taumeln von starkem Getränk. Priester und Propheten sind toll von starkem Getränk, sind vom Wein verwirrt. Sie taumeln von starkem Getränk, sie sind toll beim Weissagen und wanken beim Rechtsprechen.

Tekstuitleg van Js 28,7 .

Js 28,8 - Js 28,8 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
8ara edetai tautèn tèn boulèn autè gar è boulè eneken pleonexias  8 omnes enim mensae repletae sunt vomitu sordiumque ita ut non esset ultra locus    8 Want alle tafels zijn vol van uitspuwsel en van drek, zodat er geen plaats schoon is.   [8] Alle tafels zijn met walgelijk braaksel bedekt, geen plekje is er nog vrij.   [8] Hun tafels zitten onder het braaksel, geen plekje dat niet walgelijk besmeurd is.   8 Ja, alle tafels zijn vol walgelijk braaksel,– geen plaats is zonder. ••  8. Oui, toutes les tables sont couvertes de vomissements abjects, pas une place nette! 

King James Bible . [8] For all tables are full of vomit and filthiness, so that there is no place clean.
Luther-Bibel . 8 Denn alle Tische sind voll Gespei und Unflat an allen Orten!

Tekstuitleg van Js 28,8 .

Js 28,9 - Js 28,9 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
9tini anèggeilamen kaka kai tini anèggeilamen aggelian oi apogegalaktismenoi apo galaktos oi apespasmenoi apo mastou  9 quem docebit scientiam et quem intellegere faciet auditum ablactatos a lacte apulsos ab uberibus     9 Wien zou Hij dan de kennis leren, en wien zou Hij het gehoorde te verstaan geven? Den gespeenden van de melk, den afgetrokkenen van de borsten?   [9] ‘Wie* wil hij toch onderrichten, aan wie wil hij zijn boodschap verklaren? Aan zuigelingen die pas gespeend zijn, aan kinderen, de borst pas ontwend?   [9] ‘Wie tracht hij nu kennis bij te brengen? Aan wie wil hij zijn boodschap kwijt? Houdt hij ons soms voor zuigelingen, nog maar net de moederborst ontwend?   9 ¶ ‘Wie wil hij kennis leren, wie wil hij het gehoorde laten verstaan?– wie net van de melk af zijn?, net bij de moederborsten vandaan?   9. A qui enseigne-t-il la leçon ? A qui explique-t-il la doctrine ? A des enfants à peine sevrés, à peine éloignés de la mamelle,  

King James Bible . [9] Whom shall he teach knowledge? and whom shall he make to understand doctrine? them that are weaned from the milk, and drawn from the breasts.
Luther-Bibel . 9 »Wen«, sagen sie, »will der denn Erkenntnis lehren? Wem will er Offenbarung zu verstehen geben? Denen, die entwöhnt sind von der Milch, denen, die von der Brust abgesetzt sind?

Tekstuitleg van Js 28,9 .

Js 28,10 - Js 28,10 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
10thlipsin epi thlipsin prosdechou elpida ep' elpidi eti mikron eti mikron  10 quia manda remanda manda remanda expecta reexpecta expecta reexpecta modicum ibi modicum ibi     10 Want het is gebod op gebod, gebod op gebod, regel op regel, regel op regel, hier een weinig, daar een weinig.   [10] Zo van: saw lasaw, saw lasaw, qaw laqaw, qaw laqaw, kleintje hier, kleintje daar!’   [10] Hoor hem: “Tsav latsav, tsav latsav, kav lakav, kav lakav, beetje van dit, beetje van dat.”’   10 Zo van: tsaw latsaw, tsaw latsaw, kaw lakaw, kaw lakaw,– hier wat, daar wat!’   10. quand il dit : çav laçav, çav laçav; qav laqav, qav laqav; ze'êr sham, ze'êr sham. 

King James Bible . [10] For precept must be upon precept, precept upon precept; line upon line, line upon line; here a little, and there a little:
Luther-Bibel . 10 Zawlazaw zawlazaw, kawlakaw kawlakaw, hier ein wenig, da ein wenig!«

Tekstuitleg van Js 28,10 .

Js 28,11 - Js 28,11 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
11dia faulismon cheileôn dia glôssès eteras oti lalèsousin tô laô toutô  11 in loquella enim labii et lingua altera loquetur ad populum istum    11 Daarom zal Hij door belachelijke lippen, en door een andere tong tot dit volk spreken;   [11] Inderdaad, door mensen met een onverstaanbare* tongval, en in een vreemde taal, richt de heer zich tot dit volk.   [11] Inderdaad, door mensen met een vreemde tongval, in een andere taal, spreekt de HEER tot dit volk.   11 Ja, met gekke bekken en een achterlijke tongval kan hij tot deze gemeente spreken,   11. Oui, c'est par des lèvres bégayantes et dans une langue étrangère qu'il parlera à ce peuple.  

King James Bible . [11] For with stammering lips and another tongue will he speak to this people.
Luther-Bibel . 11 Jawohl, Gott wird einmal mit unverständlicher Sprache und mit einer fremden Zunge reden zu diesem Volk,

Tekstuitleg van Js 28,11 .

Js 28,12 - Js 28,12 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
12legontes autô touto to anapauma tô peinônti kai touto to suntrimma kai ouk èthelèsan akouein  12 cui dixit haec requies reficite lassum et hoc est meum refrigerium et noluerunt audire     12 Tot dewelken Hij gezegd heeft: Dit is de rust, geeft den moeden rust, en dit is de verkwikking; doch zij hebben niet willen horen.   [12] Eens heeft Hij hun gezegd: ‘Hier is rust, laat de vermoeiden wat rusten, hier is verademing.’ Maar zij hebben niet willen luisteren.   [12] Ooit heeft hij tegen hen gezegd: ‘Hier is rust, hier vind je verpozing, laat wie vermoeid is hier rusten.’ Maar ze weigerden naar hem te luisteren.   12 die tot hen gezegd heeft: ‘dit is de rustplaats, geeft de vermoeide rust, hier is verademing!’, maar zij hebben niet willen horen,   12. Il leur avait dit : « Voici le repos! Donnez le repos à l'accablé : ceci est un endroit tranquille. » Mais ils n'ont pas voulu écouter. 

King James Bible . [12] To whom he said, This is the rest wherewith ye may cause the weary to rest; and this is the refreshing: yet they would not hear.
Luther-Bibel . 12 er, der zu ihnen gesagt hat: »Das ist die Ruhe; schafft Ruhe den Müden, und das ist die Erquickung!« Aber sie wollten nicht hören.

Tekstuitleg van Js 28,12 .

Js 28,13 - Js 28,13 . Tegen de leiders - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,1 - Js 28,2 - Js 28,3 - Js 28,4 - Js 28,5 - Js 28,6 - Js 28,7 - Js 28,8 - Js 28,9 - Js 28,10 - Js 28,11 - Js 28,12 - Js 28,13 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
13kai estai autois to logion kuriou tou theou thlipsis epi thlipsin elpis ep' elpidi eti mikron eti mikron ina poreuthôsin kai pesôsin eis ta opisô kai kinduneusousin kai suntribèsontai kai alôsontai  13 et erit eis verbum Domini manda remanda manda remanda expecta reexpecta expecta reexpecta modicum ibi modicum ibi ut vadant et cadant retrorsum et conterantur et inlaqueentur et capiantur     13 Zo zal hun het woord des HEEREN zijn; gebod op gebod, gebod op gebod, regel op regel, regel op regel, hier een weinig, daar een weinig; opdat zij heengaan, en achterwaarts vallen, en verbreken, en verstrikt en gevangen worden.   [13] Daarom zal dit het woord van de heer voor hen zijn: ‘Saw lasaw, saw lasaw, qaw laqaw, qaw laqaw, kleintje hier, kleintje daar!’ Hierdoor komt het dat ze achterover vallen als ze willen gaan, zich verwonden, verstrikt raken en gevangen worden. Tegen verdragen met Egypte   [13] Daarom horen zij nu van de HEER: ‘Tsav latsav, tsav latsav, kav lakav, kav lakav, beetje van dit, beetje van dat.’ En zo gaan ze op weg, maar ze struikelen, ze raken gewond, verstrikt, en worden gevangen.   13 en worden zal voor hen het woord van de ENE: tsaw latsaw, gebod op gebod, kaw lakaw, regel op regel, hier wat, daar wat!, opdat zij heengaan, achterover struikelen en breken, verstrikt raken en gevangen worden. •  13. Aussi Yahvé va leur parler ainsi : çav laçav, çav laçav; qav laqav, qav laqav; ze'êr sham, ze'êr sham, afin qu'en marchant ils tombent à la renverse, qu'ils soient brisés, pris au piège, emprisonnés.  

King James Bible . [13] But the word of the LORD was unto them precept upon precept, precept upon precept; line upon line, line upon line; here a little, and there a little; that they might go, and fall backward, and be broken, and snared, and taken.
Luther-Bibel . 13 Darum soll so auch des HERRN Wort an sie ergehen: »Zawlazaw zawlazaw, kawlakaw kawlakaw, hier ein wenig, da ein wenig«, dass sie hingehen und rücklings fallen, zerbrochen, verstrickt und gefangen werden.

Tekstuitleg van Js 28,13 .

- Js 28,14-22 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -

Js 28,14 - Js 28,14 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
14dia touto akousate logon kuriou andres tethlimmenoi kai archontes tou laou toutou tou en ierousalèm  14 propter hoc audite verbum Domini viri inlusores qui dominamini super populum meum qui est in Hierusalem     14 Daarom, hoort des HEEREN woord, gij bespotters, gij heersers over dit volk, dat te Jeruzalem is!   [14] Luister* daarom naar het woord van de heer, opscheppers, die over dit volk van Jeruzalem regeren!   [14] Daarom, hoor de woorden van de HEER, jullie spotters, leiders van het volk van Jeruzalem.   14 ¶ Daarom, hoort het woord van de ENE, mannen zo overmoedig,– heersers over deze gemeenschap in Jeruzalem!   14. C'est pourquoi, écoutez la parole de Yahvé, hommes insolents, gouverneurs de ce peuple qui est à Jérusalem.  

King James Bible . [14] Wherefore hear the word of the LORD, ye scornful men, that rule this people which is in Jerusalem.
Luther-Bibel . 14 So höret nun des HERRN Wort, ihr Spötter, die ihr herrscht über dies Volk, das in Jerusalem ist.

Tekstuitleg van Js 28,14 .

1. sjimë`û (hoort, luistert) : act. qal imperatief 2de pers. mann. mv. van het werkw. sjâmâ` (horen, luisteren) . Taalgebruik in Tenach : sjâm`â (horen, luisteren) . Taalgebruik in Dt : sjâm`â (horen, luisteren) . Taalgebruik in Amos : sjâm`â (horen, luisteren) . Taalgebruik in Micha : sjâm`â (horen, luisteren) . Getalwaarde : sjin = 21 of 300 , mem = 13 of 40 , ajin = 16 of 70 ; totaal : 50 of 410 . Gr. akouô (horen) . Taalgebruik in de Septuaginta : akouô (horen) . Taalgebruik in het N.T. : akouô (horen) . Beide zijn verwant met elkaar . oor < Lat. aus , auris , zie Gr. ous / ôs , ôtis . auscultare (het oor lenen aan , toehoren , aanhoren) -> écouter . Lat. audire . Ned. horen . E. to hear . D. höhren . Een vorm van akouô (horen) in het N.T. (427) , in de LXX (1069) . Horen veronderstelt een lijdend voorwerp . Horen kan verwijzen naar iets dat voorafging of het kan gevolgd worden door een object of een objectzin . Tenach (163) . Js (23) . Js 1-39 (7) : (1) Js 1,2 . (2) Js 1,10 . (3) Js 6,9 . (4) Js 7,13 . (5) Js 28,14 . (6) Js 33,13 . (7) Js 36,13 .

2. - 4. sjimë`û debhar JHWH (hoort het woord van JHWH) . Tenach (12) : (1) 2 Kr 18,18 . (2) Js 1,10 . (3) Js 28,14 . (4) Jr 2,4 . (5) Jr 7,2 . (6) Jr 17,20 . (7) Jr 19,3 . (8) Jr 29,20 . (9) Jr 31,10 . (10) Jr 42,15 . (11) Jr 44,26 . (12) Hos 4,1 . sjëma` debhar JHWH (hoor het woord van JHWH) . Tenach (7) : (1) 1 K 22,19 . (2) 2 K 20,16 . (3) Js 39,5 . (4) Jr 22,2 . (5) Jr 34,4 . (6) Ez 21,3 . (7) Am 7,16 .

Js 28,15 - Js 28,15 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
15oti eipate epoièsamen diathèkèn meta tou adou kai meta tou thanatou sunthèkas kataigis feromenè ean parelthè ou mè elthè ef' èmas ethèkamen pseudos tèn elpida èmôn kai tô pseudei skepasthèsometha 15 dixistis enim percussimus foedus cum morte et cum inferno fecimus pactum flagellum inundans cum transierit non veniet super nos quia posuimus mendacium spem nostram et mendacio protecti sumus     15 Omdat gijlieden zegt: Wij hebben een verbond met den dood gemaakt, en met de hel hebben wij een voorzichtig verdrag gemaakt; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, zal hij tot ons niet komen; want wij hebben de leugen ons tot een toevlucht gesteld, en onder de valsheid hebben wij ons verborgen.   [15] U denkt: ‘Wij* hebben een verbond gesloten met de dood, we zijn een overeenkomst aangegaan met de dodenwereld. Als de verpletterende gesel over ons komt, zal hij ons niet deren, want wij hebben van de leugen onze toevlucht gemaakt, het bedrog is onze schuilplaats.’   [15] Jullie zeiden: ‘Wij hebben een verbond gesloten met de dood, met het dodenrijk zijn we een verdrag aangegaan. Wanneer de striemende gesel voorbijkomt zal hij ons niet raken. Wij houden ons schuil in bedrog en verbergen ons in leugens.’   15 Omdat gij gezegd hebt: wij hebben een verbond gesmeed met de dood, met het dodenrijk gesloten een verdrag,– een gesel die alles overspoelt wanneer hij voorbijkomt zal aan ons niet komen, want wij hebben de leugen ons tot toevlucht gesteld, en in het bedrog ons verborgen. •   15. Vous avez dit : « Nous avons conclu une alliance avec la mort, avec le shéol nous avons fait un pacte. Quant au fléau menaçant, il passera sans nous atteindre, car nous avons fait du mensonge notre refuge, et dans la fausseté nous nous sommes cachés. » 

King James Bible . [15] Because ye have said, We have made a covenant with death, and with hell are we at agreement; when the overflowing scourge shall pass through, it shall not come unto us: for we have made lies our refuge, and under falsehood have we hid ourselves:
Luther-Bibel . 15 Ihr sprecht: Wir haben mit dem Tod einen Bund geschlossen und mit dem Totenreich einen Vertrag gemacht. Wenn die brausende Flut daherfährt, wird sie uns nicht treffen; denn wir haben Lüge zu unsrer Zuflucht und Trug zu unserm Schutz gemacht.

Tekstuitleg van Js 28,15 .

10. châzâh (zien, aanzien, uitkiezen) . Taalgebruik in Tenach : châzâh (zien, aanzien, uitkiezen) . Taalgebruik in Jesaja : châzâh (zien, aanzien, uitkiezen) . Getalwaarde : chet = 8 , zain = 7 , he = 5 ; totaal : 20 (2² X 5) . ch-z-h . Tenach (41) . Js (6) : (1) Js 1,1 . (2) Js 2,1 . (3) Js 13,1 . (4) Js 28,15 . (5) Js 33,20 . (6) Js 48,6 .

4. bërîth (verbond) . Taalgebruik in Tenach : bërîth (verbond) . Taalgebruik in Jesaja : bërîth (verbond) . Gr. diathèkè (verbond) . Taalgebruik in het N.T. : diathèkè (verbond) . diatithèmi = tussen-stellen . Lat. foedus (zie b.v. federaal) . Fr. alliance . E. covenant . Ned. verbond . D. Bund . Tenach (132) . Js (4) : (1) Js 24,5 . (2) Js 28,15 . (3) Js 33,8 . (4) Js 55,3 . Een vorm van bërîth (verbond) in Jesaja in 12 verzen : (1) Js 24,5 . (2) Js 28,15 . (3) Js 28,18 . (4) Js 33,8 . (5) Js 42,6 . (6) Js 49,8 . (7) Js 54,10 . (8) Js 55,3 . (9) Js 56,4 . (10) Js 56,6 . (11) Js 59,21 . (12) Js 61,8 .

Js 28,16 - Js 28,16 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
16dia touto outôs legei kurios idou egô embalô eis ta themelia siôn lithon polutelè eklekton akrogôniaion entimon eis ta themelia autès kai o pisteuôn ep' autô ou mè kataischunthè  16 idcirco haec dicit Dominus Deus ecce ego mittam in fundamentis Sion lapidem lapidem probatum angularem pretiosum in fundamento fundatum qui crediderit non festinet     16 Daarom, alzo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik leg een grondsteen in Sion, een beproefden steen, een kostelijken hoeksteen, die wel vast gegrondvest is; wie gelooft, die zal niet haasten.  [16] ‘Daarom’, zo spreekt de Heer god: ‘In Sion leg Ik een steen als fundament, een steen van graniet, een kostbare hoeksteen als een hecht fundament. Wie gelooft, hoeft niet te vrezen.   [16] Maar dit zegt God, de HEER: Ik leg in Sion een fundament met een uitgelezen grondsteen, een kostbare hoeksteen. Wie zijn vertrouwen daarop grondvest, hoeft geen andere toevlucht te zoeken.  16 Daarom, zó heeft gezegd mijn Heer, de ENE, zie, ik leg in Sion een steen ten grondslag,– een steen die gekeurd is, een kostbaar hoekblok, gegrond en gegrond, wie daarop vaststaat en vertrouwt haast zich niet weg!   16. C'est pourquoi, ainsi parle le Seigneur Yahvé : Voici que je vais poser en Sion une pierre, une pierre de granit, pierre angulaire, précieuse, pierre de fondation bien assise : celui qui s'y fie ne sera pas ébranlé.  

King James Bible . [16] Therefore thus saith the Lord GOD, Behold, I lay in Zion for a foundation a stone, a tried stone, a precious corner stone, a sure foundation: he that believeth shall not make haste.
Luther-Bibel . 16 Darum spricht Gott der HERR: Siehe, ich lege in Zion einen Grundstein, einen bewährten Stein, einen kostbaren Eckstein, der fest gegründet ist. Wer glaubt, der flieht nicht.

Tekstuitleg van Js 28,16 .

Js 28,17 - Js 28,17 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
17kai thèsô krisin eis elpida è de eleèmosunè mou eis stathmous kai oi pepoithotes matèn pseudei oti ou mè parelthè umas kataigis  17 et ponam iudicium in pondere et iustitiam in mensura et subvertet grando spem mendacii et protectionem aquae inundabunt    17 En Ik zal het gericht stellen naar het richtsnoer, en de gerechtigheid naar het paslood; en de hagel zal de toevlucht der leugen wegvagen, en de wateren zullen de schuilplaats overlopen.   [17] Het recht maak Ik tot mijn meetlint*, de gerechtigheid neem Ik als schietlood.’ [17] De leugen die uw toevlucht is, wordt door de hagel vernietigd, het water spoelt uw schuilplaats weg.   [17] Ik zal het recht als meetlint hanteren en de gerechtigheid als schietlood. De hagel vernietigt de schuilhoek van je bedrog, het water spoelt jullie schuilplaats weg.  17 Recht zal ik tot regel maken, gerechtigheid tot weegschaal; wegvagen zal hagel de toevlucht van leugen, de vliedberg, wateren zullen die overspoelen.   17. Et je prendrai le droit comme mesure et la justice comme niveau. Mais la grêle balaiera le refuge de mensonge et les eaux inonderont la cachette;  

King James Bible . [17] Judgment also will I lay to the line, and righteousness to the plummet: and the hail shall sweep away the refuge of lies, and the waters shall overflow the hiding place.
Luther-Bibel . 17 Und ich will das Recht zur Richtschnur und die Gerechtigkeit zur Waage machen. So wird Hagel die falsche Zuflucht zerschlagen, und Wasser sollen den Schutz wegschwemmen,

Tekstuitleg van Js 28,17 .

Js 28,18 - Js 28,18 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
18mè kai afelè umôn tèn diathèkèn tou thanatou kai è elpis umôn è pros ton adèn ou mè emmeinè kataigis feromenè ean epelthè esesthe autè eis katapatèma  18 et delebitur foedus vestrum cum morte et pactum vestrum cum inferno non stabit flagellum inundans cum transierit eritis ei in conculcationem     18. En ulieder verbond met den dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden.   [18] Uw verbond met de dood wordt verbroken, uw overeenkomst met de dodenwereld houdt geen stand: als de verpletterende gesel over u komt, wordt u erdoor verpletterd!   [18] Jullie verbond met de dood wordt verbroken, jullie verdrag met het dodenrijk houdt geen stand. Wanneer de striemende gesel voorbijkomt zal hij jullie genadeloos afranselen.   18 Ontbonden zal worden uw verbond met de dood, uw verdrag met het dodenrijk zal niet standhouden,– de allesoverspoelende gesel, wanneer hij voorbijkomt zult gij door hem worden vertreden.   18. votre alliance avec la mort sera rompue, votre pacte avec le shéol ne tiendra pas. Quant au fléau destructeur, lorsqu'il passera, vous serez piétinés par lui.  

King James Bible . [18] And your covenant with death shall be disannulled, and your agreement with hell shall not stand; when the overflowing scourge shall pass through, then ye shall be trodden down by it.
Luther-Bibel . 18 dass hinfalle euer Bund mit dem Tode und euer Vertrag mit dem Totenreich nicht bestehen bleibe. Wenn die Flut daherfährt, wird sie euch zermalmen;

Tekstuitleg van Js 28,18 .

- bë-rîthë-khèm van het zelfst. naamw. bërîth (verbond) . Taalgebruik in Tenach : bërîth (verbond) . Taalgebruik in Jesaja : bërîth (verbond) . Gr. diathèkè (verbond) . Taalgebruik in het N.T. : diathèkè (verbond) . diatithèmi = tussen-stellen . Lat. foedus (zie b.v. federaal) . Fr. alliance . E. covenant . Ned. verbond . D. Bund . Js (1) Js 28,18 . Enigste vorm in Tenach . Een vorm van bërîth (verbond) in Jesaja in 12 verzen : (1) Js 24,5 . (2) Js 28,15 . (3) Js 28,18 . (4) Js 33,8 . (5) Js 42,6 . (6) Js 49,8 . (7) Js 54,10 . (8) Js 55,3 . (9) Js 56,4 . (10) Js 56,6 . (11) Js 59,21 . (12) Js 61,8 .

Js 28,19 - Js 28,19 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
19otan parelthè lèmpsetai umas prôi prôi pareleusetai èmeras kai en nukti estai elpis ponèra mathete akouein  19 quandocumque pertransierit tollet vos quoniam mane diluculo pertransibit in die et in nocte et tantummodo sola vexatio intellectum dabit auditui    19 Van den tijd af, als hij doortrekt, zal hij ulieden wegnemen, want allen morgen zal hij doortrekken, bij dag en bij nacht; en het zal geschieden, dat het gerucht te verstaan, enkel beroering wezen zal.   [19] Telkens als hij voorbijtrekt, zal hij u meesleuren; ochtend na ochtend trekt hij voorbij, dag en nacht. Wat een ontzetting om deze boodschap te verstaan!   [19] Dag in dag uit komt hij voorbij, in de morgen, in de nacht, en telkens als hij langskomt zal hij jullie treffen. Hoe verschrikkelijk is het om de boodschap te verstaan!   19 Zo vaak hij voorbijkomt neemt hij u mee, want ochtend na ochtend komt hij voorbij, op de dag en in de nacht; het zal enkel verschrikking zijn om het gehoorde te verstaan.   19. Chaque fois qu'il passera, il vous saisira, car chaque matin il passera, et le jour et la nuit, et seule la terreur fera comprendre la révélation.  

King James Bible . [19] From the time that it goeth forth it shall take you: for morning by morning shall it pass over, by day and by night: and it shall be a vexation only to understand the report.
Luther-Bibel . 19 sooft sie daherfährt, wird sie euch erfassen. Denn Morgen für Morgen wird sie kommen, des Tags und des Nachts. Da wird man nur mit Entsetzen Offenbarung deuten.

Tekstuitleg van Js 28,19 .

Js 28,20 - Js 28,20 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
20stenochôroumenoi ou dunametha machesthai autoi de asthenoumen tou èmas sunachthènai  20 coangustatum est enim stratum ita ut alter decidat et pallium breve utrumque operire non potest    20 Want het bed zal korter zijn, dan dat men zich daarop uitstrekken kunne; en het deksel zal te smal wezen, als men zich daaronder voegt.   [20] Want* het bed is te kort om zich erop uit te strekken, de dekens zijn te smal om zich toe te dekken.   [20] Het bed is te kort om je op uit te strekken, de deken te smal om je in te wikkelen.   20 Want ‘te kort is het bed om zich uit te strekken,– de deken te smal om zich daarin te wikkelen.’   20. Car la couche sera trop courte pour s'y étendre, et la couverture trop étroite pour s'en envelopper. 

King James Bible . [20] For the bed is shorter than that a man can stretch himself on it: and the covering narrower than that he can wrap himself in it.
Luther-Bibel . 20 Denn das Bett ist zu kurz, um sich auszustrecken, und die Decke zu schmal, um sich dreinzuschmiegen.

Tekstuitleg van Js 28,20 .

Js 28,21 - Js 28,21 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
21ôsper oros asebôn anastèsetai kai estai en tè faraggi gabaôn meta thumou poièsei ta erga autou pikrias ergon o de thumos autou allotriôs chrèsetai kai è pikria autou allotria  21 sicut enim in monte Divisionum stabit Dominus sicut in valle quae est in Gabao irascetur ut faciat opus suum alienum opus eius ut operetur opus suum peregrinum est opus ab eo     21 Want de HEERE zal Zich opmaken, gelijk op den berg Perazim, Hij zal beroerd zijn, gelijk in het dal van Gibeon, om Zijn werk te doen, Zijn werk zal vreemd zijn; en om Zijn daad te doen, Zijn daad zal vreemd zijn!   [21] Want de heer zal zich weer laten gelden als op de Perasim, beven van woede als in de vlakte van Gibeon, en zijn werk, een ongewoon werk verrichten, zijn taak, een vreemde taak volbrengen.   [21] De HEER zal opstaan zoals destijds op de Perasim, hij zal grote beroering veroorzaken zoals in de vlakte bij Gibeon: hij zal iets tot stand brengen, iets bijzonders, hij gaat iets buitengewoons volbrengen.   21 Want als op de berg Peratsiem, zo zal de ENE opstaan, als in de vallei bij Gibeon sidderen,– om zijn daad te doen –vreemd is zijn daad– en om met zijn dienstwerk te dienen,– ongewoon is zijn dienstwerk!   21. Oui, comme au mont de Peraçim, Yahvé se lèvera, comme au val de Gabaôn, il frémira, pour opérer son œuvre, son œuvre étrange, pour accomplir sa tâche, sa tâche mystérieuse.  

King James Bible . [21] For the LORD shall rise up as in mount Perazim, he shall be wroth as in the valley of Gibeon, that he may do his work, his strange work; and bring to pass his act, his strange act.
Luther-Bibel . 21 Denn der HERR wird sich aufmachen wie am Berge Perazim und toben wie im Tal Gibeon, dass er sein Werk vollbringe, aber fremd ist sein Werk, und dass er seine Tat tue, aber seltsam ist seine Tat!

Tekstuitleg van Js 28,21 .

Js 28,22 - Js 28,22 . Tegen verdragen met Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,14 -- Js 28,15 - Js 28,16 - Js 28,17 - Js 28,18 - Js 28,19 - Js 28,20 - Js 28,21 - Js 28,22 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
22kai umeis mè eufrantheiète mède ischusatôsan umôn oi desmoi dioti suntetelesmena kai suntetmèmena pragmata èkousa para kuriou sabaôth a poièsei epi pasan tèn gèn 22 et nunc nolite inludere ne forte constringantur vincula vestra consummationem enim et adbreviationem audivi a Domino Deo exercituum super universam terram    22 Nu dan, drijft den spot niet, opdat uw banden niet vaster gemaakt worden; want ik heb van den Heere HEERE der heirscharen gehoord een verdelging, ja, een, die vast besloten is over het ganse land.  [22] Houd dus op met spotten, anders knellen uw boeien nog sterker. Want ik heb een bevel tot vernietiging gehoord, dat uitgaat van de Heer, de god van de machten, en het hele land zal treffen. De wijsheid van de boer   [22] Nu dan, staak jullie spotternijen, anders zullen jullie boeien nog meer knellen. Want dit heb ik gehoord: God, de HEER van de hemelse machten, heeft tot vernietiging van het land besloten.   22 Nu dan, spot er maar niet mee, anders zullen uw boeien heel erg knellen!– want het einde is vastbesloten, heb ik gehoord bij mijn Heer, de ENE, de Omschaarde, over heel het land.   22. Et maintenant, cessez de vous moquer, de peur que ne se resserrent vos liens, car je l'ai entendu : c'est irrévocablement décidé par le Seigneur Yahvé Sabaot, contre tout le pays.  

King James Bible . [22] Now therefore be ye not mockers, lest your bands be made strong: for I have heard from the Lord GOD of hosts a consumption, even determined upon the whole earth.
Luther-Bibel . 22 So lasst nun euer Spotten, auf dass eure Bande nicht fester werden; denn ich habe von einem Verderben gehört, das von Gott, dem HERRN Zebaoth, beschlossen ist über alle Welt. Ein Gleichnis für Gottes weisen Rat

Tekstuitleg van Js 28,22 .

- Js 28,23-29 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -

Js 28,23 - Js 28,23 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
23enôtizesthe kai akouete tès fônès mou prosechete kai akouete tous logous mou  23 auribus percipite et audite vocem meam adtendite et audite eloquium meum    23 Neemt ter ore en hoort mijn stem, merkt op en hoort mijn rede!   [23] Luister* goed naar wat ik ga zeggen, luister aandachtig naar mijn woorden.   [23] Hoor mij aan en leen mij je oor, luister aandachtig naar mijn woorden.   23 ¶ Neemt ter ore en hoort naar mijn stem,– merkt op en hoort wat ik zeg!   23. Prêtez l'oreille et entendez ma voix; soyez attentifs, entendez ma parole.  

King James Bible . [23] Give ye ear, and hear my voice; hearken, and hear my speech.
Luther-Bibel . 23 Nehmt zu Ohren und hört meine Stimme, merkt auf und hört meine Rede:

Tekstuitleg van Js 28,23 . Het vers Js 28,23 telt 6 (2 X 3) woorden en 31 letters . De getalwaarde van Js 28,23 is 2143 . Het vers bestaat uit twee deelverzen , die mooi parallel zijn opgebouwd . In het midden van elk deelvers staat de werkwoordvorm van sjâmâ` (horen, luisteren) .

1. actief hifil imperatief 2de pers. mv. ha´äzînû (luistert, leent jullie oren) OF actief hifil perf. 2de pers. mv. hè´èzînû (jullie luisteren, jullie lenen jullie oren) van het werkw. ´âzan (luisteren, het oor lenen) . Taalgebruik in Tenach : ´âzan (luisteren, het oor lenen) . Getalwaarde : ajin = 1 , zain = 7 , nun = 14 of 50 ; totaal : 22 (2 X 11) OF 68 (2² X 17) . Tenach (11) : (1) Dt 32,1 . (2) Re 5,3 . (3) Js 1,10 . (4) Js 28,23 . (5) Js 51,4 . (6) Js 64,3 . (7) Hos 5,1 . (8) Ps 49,2 . (9) Job 34,2 . (10) Neh 9,30 . (11) 2 Kr 24,19 .

2. verbindingswoord wë + werkwoordvorm sjimë`û (hoort, luistert) : act. qal imperatief 2de pers. mann. mv. OF sjâmë`û : act. qal perf. 3de pers. mann. mv. wësjimë`û OF wësjâmë`û / wasjâmë`û . sjâmâ` (horen, luisteren) . Taalgebruik in Tenach : sjâm`â (horen, luisteren) . Taalgebruik in Jesaja : sjâm`â (horen, luisteren) . Getalwaarde : sjin = 21 of 300 , mem = 13 of 40 , ajin = 16 of 70 ; totaal : 50 (2 X 5²) of 410 (2 X 5 X 41) . Structuur : 3 - 4 - 7 . Gr. akouô (horen) . Taalgebruik in de Septuaginta : akouô (horen) . Taalgebruik in het N.T. : akouô (horen) . Beide zijn verwant met elkaar . oor < Lat. aus , auris , zie Gr. ous / ôs , ôtis . auscultare (het oor lenen aan , toehoren , aanhoren) -> écouter . Lat. audire . Ned. horen . E. to hear . D. höhren . Een vorm van akouô (horen) in het N.T. (427) , in de LXX (1069) . Horen veronderstelt een lijdend voorwerp . Horen kan verwijzen naar iets dat voorafging of het kan gevolgd worden door een object of een objectzin .Tenach (13) : (1) Gn 49,2 . (2) Ex 3,18 . (3) Nu 14,13 . (4) Joz 3,9 . (5) Js 28,23 . (6) Js 29,18 . (7) Js 48,14 . (8) Jr 26,13 . (9) Ez 33,30 . (10) Ez 33,31 . (11) Ez 33,32 . (12) Ps 141,6 . (13) Est 9,4 . Een vorm van sjâmâ` (horen, luisteren) in Js 28 (4) : (1) Js 28,12 . (2) Js 28,14 . (3) Js 28,22 . (4) Js 28,23 .

Js 28,24 - Js 28,24 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
24mè olèn tèn èmeran mellei o arotriôn arotrian è sporon proetoimasei prin ergasasthai tèn gèn  24 numquid tota die arabit arans ut serat proscindet et sariet humum suam    24 Ploegt de ploeger den gehelen dag om te zaaien? Opent en egt hij zijn land den gehelen dag?   [24] Blijft de boer de hele tijd ploegen, de akker scheuren en voren trekken?   [24] Als een boer zaaien wil, ploegt hij dan alle dagen? Blijft hij voren trekken in zijn land?   24 Is het heel de dag dat de ploeger ploegt om te zaaien,– zijn grond openlegt en egt?   24. Le laboureur passe-t-il tout son temps à labourer pour semer, à défoncer et herser son coin de terre ? 

King James Bible . [24] Doth the plowman plow all day to sow? doth he open and break the clods of his ground?
Luther-Bibel . 24 Pflügt oder gräbt oder bricht denn ein Ackermann seinen Acker zur Saat immerfort um?

Tekstuitleg van Js 28,24 .

Js 28,25 - Js 28,25 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
25ouch otan omalisè autès to prosôpon tote speirei mikron melanthion kai kuminon kai palin speirei puron kai krithèn kai zean en tois oriois sou 25 nonne cum adaequaverit faciem eius seret gith et cyminum sparget et ponet triticum per ordinem et hordeum et milium et viciam in finibus suis     25 Is het niet alzo? Wanneer hij het bovenste van hetzelve effen gemaakt heeft, dan strooit hij wikken, en spreidt komijn, of hij werpt er van de beste tarwe in, of uitgelezen gerst, of spelt, elk aan zijn plaats.   [25] Egt hij zijn land niet en strooit hij geen komijn- of karwijzaad? Zaait hij geen tarwe, gierst en gerst op hun plaats, en spelt op de rand van de akker?   [25] Als hij het land geëffend heeft, strooit hij toch komijn en karwij, zaait tarwe in rijen, gerst in vakken en spelt langs de rand van zijn akker?  25 Is het niet zo, als hij haar aanschijn heeft geëffend zal hij dille strooien en komijn sprenkelen,– zaait tarwe op rij, gerst per vak en spelt graan langs zijn gebiedsgrens.   25. Après avoir aplani la surface, ne jette-t-il pas la nigelle, ne répand-il pas le cumin ? Puis il met le blé, le millet, l'orge ... et l'épeautre en bordure.  

King James Bible . [25] When he hath made plain the face thereof, doth he not cast abroad the fitches, and scatter the cummin, and cast in the principal wheat and the appointed barley and rie in their place?
Luther-Bibel . 25 Ist's nicht so: Wenn er ihn geebnet hat, dann streut er Dill und wirft Kümmel und sät Weizen und Gerste, ein jedes, wohin er's haben will, und Spelt an den Rand?

Tekstuitleg van Js 28,25 .

Js 28,26 - Js 28,26 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
26kai paideuthèsè krimati theou sou kai eufranthèsè  26 et erudiet eum illud in iudicio Deus suus docebit eum illud     26 En zijn God onderricht hem van de wijze, Hij leert hem.   [26] Deze vaardigheid heeft hij geleerd van zijn God, die hem daarin onderwees.   [26] Het is zijn God die hem daarin onderricht, die hem leert wat hij moet doen.   26 Hij vermaant hem hoe het moet, zijn God onderricht hem.   26. Son Dieu lui a enseigné cette règle et l'a instruit.  

King James Bible . [26] For his God doth instruct him to discretion, and doth teach him.
Luther-Bibel . 26 So unterwies ihn sein Gott und lehrte ihn, wie es recht sei.

Tekstuitleg van Js 28,26 .

Js 28,27 - Js 28,27 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
27ou gar meta sklèrotètos kathairetai to melanthion oude trochos amaxès periaxei epi to kuminon alla rabdô ektinassetai to melanthion to de kuminon  27 non enim in serris triturabitur gith nec rota plaustri super cyminum circumiet sed in virga excutietur gith et cyminum in baculo     27 Want men dorst de wikken niet met den dorswagen, en men laat het wagenrad niet rondom over het komijn gaan; maar de wikken slaat men uit met een staf, en het komijn met een stok;  [27] Karwijzaad wordt niet gedorst met de slede*, men rolt geen dorswagen over komijn, karwijzaad wordt met een stok uitgeslagen en komijn met een vlegel.   [27] Zo dorst men komijn niet met een dorsslede en over karwij rolt men geen wagenrad; komijn wordt met een stok uitgeklopt en karwij met een roede.   27 Want niet met de slede wordt dille gedorst en het rad van een kalverkar wordt niet over komijn gerold; nee, met de staf wordt dille uitgeklopt en komijn met de stok.   27. On n'écrase pas la nigelle avec le traîneau, on ne fait pas passer sur le cumin les roues du chariot. C'est avec un bâton qu'on bat la nigelle, et le cumin se bat au fléau.  

King James Bible . [27] For the fitches are not threshed with a threshing instrument, neither is a cart wheel turned about upon the cummin; but the fitches are beaten out with a staff, and the cummin with a rod.
Luther-Bibel . 27 Auch drischt man den Dill nicht mit Dreschschlitten und lässt auch nicht die Walze über den Kümmel gehen, sondern den Dill schlägt man aus mit einem Stabe und den Kümmel mit einem Stecken.

Tekstuitleg van Js 28,27 .

Js 28,28 - Js 28,28 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
28meta artou brôthèsetai ou gar eis ton aiôna egô umin orgisthèsomai oude fônè tès pikrias mou katapatèsei umas  28 panis autem comminuetur verum non in perpetuum triturans triturabit illum neque vexabit eum rota plaustri nec in ungulis suis comminuet eum     28 Het brood koren moet verbrijzeld worden, maar hij dorst het niet geduriglijk dorsende; noch hij breekt het met het wiel zijn wagens, noch hij verbrijzelt het met zijn paarden.  [28] Broodkoren wordt geplet, maar men mag niet eindeloos dorsen; het rad van de dorswagen en de paarden brengt men in beweging, maar het koren wordt niet verpletterd.   [28] Graan moet voor brood worden fijngemalen; maar een boer blijft niet eindeloos dorsen: hij stuurt zijn paarden en het wagenrad eroverheen, maar hij laat het niet verpletteren.   28 Broodkoren moet worden verpulverd?– nee, niet eindeloos dorst en dorst men het; men drijft het wiel van zijn wagen eroverheen en zijn paarden, maar men verpulvert het niet.   28. Lorsqu'on foule le froment, on ne s'attarde pas à l'écraser; on met en marche la roue du chariot et son attelage, on ne le broie pas.  

King James Bible . [28] Bread corn is bruised; because he will not ever be threshing it, nor break it with the wheel of his cart, nor bruise it with his horsemen.
Luther-Bibel . 28 Zermalmt man etwa das Getreide? Nein, man drischt es nicht ganz und gar, wenn man's mit Dreschwalzen und ihrem Gespann ausdrischt.

Tekstuitleg van Js 28,28 .

Js 28,29 - Js 28,29 . De wijsheid van de boer  - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 28 -- Js 28,1-13 -- Js 28,14-22 -- Js 28,23-29 -- Js 28,24 - Js 28,25 - Js 28,26 - Js 28,27 - Js 28,28 - Js 28,29 -
Griekse tekst Vulgaat MT Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
29kai tauta para kuriou sabaôth exèlthen ta terata bouleusasthe upsôsate mataian paraklèsin   29 et hoc a Domino Deo exercituum exivit ut mirabile faceret consilium et magnificaret iustitiam     29 Zulks komt ook voort van den HEERE der heirscharen; Hij is wonderlijk van raad, Hij is groot van daad.   [29] Ook dit komt van de heer van de machten: zijn beleid is wonderbaar, zijn wijsheid is groot.   [29] Ook dit vindt zijn oorsprong bij de HEER van de hemelse machten: zijn beleid is wonderbaarlijk en hij volvoert het in grote wijsheid.  29 Ook dit is van bij de ENE, de Omschaarde, uitgegaan,– hij is wonderbaar van raad, groot van beleid!   29. Tout cela est un don de Yahvé Sabaot, merveilleux conseil qui fait de grandes choses. 

King James Bible . [29] This also cometh forth from the LORD of hosts, which is wonderful in counsel, and excellent in working.
Luther-Bibel . 29 Auch das kommt her vom HERRN Zebaoth; sein Rat ist wunderbar, und er führt es herrlich hinaus.

Tekstuitleg van Js 28,29 .


SEPTUAGINTA

28 1ouai tô stefanô tès ubreôs oi misthôtoi efraim to anthos to ekpeson ek tès doxès epi tès korufès tou orous tou pacheos oi methuontes aneu oinou2idou ischuron kai sklèron o thumos kuriou ôs chalaza kataferomenè ouk echousa skepèn bia kataferomenè ôs udatos polu plèthos suron chôran tè gè poièsei anapausin tais chersin3kai tois posin katapatèthèsetai o stefanos tès ubreôs oi misthôtoi tou efraim4kai estai to anthos to ekpeson tès elpidos tès doxès ep' akrou tou orous tou upsèlou ôs prodromos sukou o idôn auto prin è eis tèn cheira autou labein thelèsei auto katapiein5tè èmera ekeinè estai kurios sabaôth o stefanos tès elpidos o plakeis tès doxès tô kataleifthenti mou laô6kataleifthèsontai epi pneumati kriseôs epi krisin kai ischun kôluôn anelein7outoi gar oinô peplanèmenoi eisin eplanèthèsan dia to sikera iereus kai profètès exestèsan dia ton oinon eseisthèsan apo tès methès tou sikera eplanèthèsan tout' esti fasma8ara edetai tautèn tèn boulèn autè gar è boulè eneken pleonexias9tini anèggeilamen kaka kai tini anèggeilamen aggelian oi apogegalaktismenoi apo galaktos oi apespasmenoi apo mastou10thlipsin epi thlipsin prosdechou elpida ep' elpidi eti mikron eti mikron11dia faulismon cheileôn dia glôssès eteras oti lalèsousin tô laô toutô12legontes autô touto to anapauma tô peinônti kai touto to suntrimma kai ouk èthelèsan akouein13kai estai autois to logion kuriou tou theou thlipsis epi thlipsin elpis ep' elpidi eti mikron eti mikron ina poreuthôsin kai pesôsin eis ta opisô kai kinduneusousin kai suntribèsontai kai alôsontai14dia touto akousate logon kuriou andres tethlimmenoi kai archontes tou laou toutou tou en ierousalèm15oti eipate epoièsamen diathèkèn meta tou adou kai meta tou thanatou sunthèkas kataigis feromenè ean parelthè ou mè elthè ef' èmas ethèkamen pseudos tèn elpida èmôn kai tô pseudei skepasthèsometha16dia touto outôs legei kurios idou egô embalô eis ta themelia siôn lithon polutelè eklekton akrogôniaion entimon eis ta themelia autès kai o pisteuôn ep' autô ou mè kataischunthè17kai thèsô krisin eis elpida è de eleèmosunè mou eis stathmous kai oi pepoithotes matèn pseudei oti ou mè parelthè umas kataigis18mè kai afelè umôn tèn diathèkèn tou thanatou kai è elpis umôn è pros ton adèn ou mè emmeinè kataigis feromenè ean epelthè esesthe autè eis katapatèma19otan parelthè lèmpsetai umas prôi prôi pareleusetai èmeras kai en nukti estai elpis ponèra mathete akouein20stenochôroumenoi ou dunametha machesthai autoi de asthenoumen tou èmas sunachthènai21ôsper oros asebôn anastèsetai kai estai en tè faraggi gabaôn meta thumou poièsei ta erga autou pikrias ergon o de thumos autou allotriôs chrèsetai kai è pikria autou allotria22kai umeis mè eufrantheiète mède ischusatôsan umôn oi desmoi dioti suntetelesmena kai suntetmèmena pragmata èkousa para kuriou sabaôth a poièsei epi pasan tèn gèn23enôtizesthe kai akouete tès fônès mou prosechete kai akouete tous logous mou24mè olèn tèn èmeran mellei o arotriôn arotrian è sporon proetoimasei prin ergasasthai tèn gèn25ouch otan omalisè autès to prosôpon tote speirei mikron melanthion kai kuminon kai palin speirei puron kai krithèn kai zean en tois oriois sou26kai paideuthèsè krimati theou sou kai eufranthèsè27ou gar meta sklèrotètos kathairetai to melanthion oude trochos amaxès periaxei epi to kuminon alla rabdô ektinassetai to melanthion to de kuminon28meta artou brôthèsetai ou gar eis ton aiôna egô umin orgisthèsomai oude fônè tès pikrias mou katapatèsei umas29kai tauta para kuriou sabaôth exèlthen ta terata bouleusasthe upsôsate mataian paraklèsin


VULGAAT

1 vae coronae superbiae ebriis Ephraim et flori decidenti gloriae exultationis eius qui erant in vertice vallis pinguissimae errantes a vino 2 ecce validus et fortis Domini sicut impetus grandinis turbo confringens sicut impetus aquarum multarum inundantium et emissarum super terram spatiosam 3 pedibus conculcabitur corona superbiae ebriorum Ephraim 4 et erit flos decidens gloriae exultationis eius qui est super verticem vallis pinguium quasi temporaneum ante maturitatem autumni quod cum aspexerit videns statim ut manu tenuerit devorabit illud 5 in die illa erit Dominus exercituum corona gloriae et sertum exultationis residuo populi sui 6 et spiritus iudicii sedenti super iudicium et fortitudo revertentibus de bello ad portam 7 verum hii quoque prae vino nescierunt et prae ebrietate erraverunt sacerdos et propheta nescierunt prae ebrietate absorti sunt a vino erraverunt in ebrietate nescierunt videntem ignoraverunt iudicium 8 omnes enim mensae repletae sunt vomitu sordiumque ita ut non esset ultra locus 9 quem docebit scientiam et quem intellegere faciet auditum ablactatos a lacte apulsos ab uberibus 10 quia manda remanda manda remanda expecta reexpecta expecta reexpecta modicum ibi modicum ibi 11 in loquella enim labii et lingua altera loquetur ad populum istum 12 cui dixit haec requies reficite lassum et hoc est meum refrigerium et noluerunt audire 13 et erit eis verbum Domini manda remanda manda remanda expecta reexpecta expecta reexpecta modicum ibi modicum ibi ut vadant et cadant retrorsum et conterantur et inlaqueentur et capiantur 14 propter hoc audite verbum Domini viri inlusores qui dominamini super populum meum qui est in Hierusalem 15 dixistis enim percussimus foedus cum morte et cum inferno fecimus pactum flagellum inundans cum transierit non veniet super nos quia posuimus mendacium spem nostram et mendacio protecti sumus 16 idcirco haec dicit Dominus Deus ecce ego mittam in fundamentis Sion lapidem lapidem probatum angularem pretiosum in fundamento fundatum qui crediderit non festinet 17 et ponam iudicium in pondere et iustitiam in mensura et subvertet grando spem mendacii et protectionem aquae inundabunt 18 et delebitur foedus vestrum cum morte et pactum vestrum cum inferno non stabit flagellum inundans cum transierit eritis ei in conculcationem 19 quandocumque pertransierit tollet vos quoniam mane diluculo pertransibit in die et in nocte et tantummodo sola vexatio intellectum dabit auditui 20 coangustatum est enim stratum ita ut alter decidat et pallium breve utrumque operire non potest 21 sicut enim in monte Divisionum stabit Dominus sicut in valle quae est in Gabao irascetur ut faciat opus suum alienum opus eius ut operetur opus suum peregrinum est opus ab eo 22 et nunc nolite inludere ne forte constringantur vincula vestra consummationem enim et adbreviationem audivi a Domino Deo exercituum super universam terram 23 auribus percipite et audite vocem meam adtendite et audite eloquium meum 24 numquid tota die arabit arans ut serat proscindet et sariet humum suam 25 nonne cum adaequaverit faciem eius seret gith et cyminum sparget et ponet triticum per ordinem et hordeum et milium et viciam in finibus suis 26 et erudiet eum illud in iudicio Deus suus docebit eum illud 27 non enim in serris triturabitur gith nec rota plaustri super cyminum circumiet sed in virga excutietur gith et cyminum in baculo 28 panis autem comminuetur verum non in perpetuum triturans triturabit illum neque vexabit eum rota plaustri nec in ungulis suis comminuet eum 29 et hoc a Domino Deo exercituum exivit ut mirabile faceret consilium et magnificaret iustitiam