BIJBELBOEK Jesaja - Js -- bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -
Deze websitepagina is een onderdeel van de website van Arseen De Kesel : http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.html.

- Bibliografie - Literatuur - Liturgisch gebruik - Overzicht bijbelboeken - Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken - Overzicht van deze website

Overzicht van Jesaja : - Js 1 - Js 2 - Js 3 - Js 4 - Js 5 - Js 6 - Js 7 - Js 8 - Js 9 - Js 10 - Js 11 - Js 12 - Js 13 - Js 14 - Js 15 - Js 16 - Js 17 - Js 18 - Js 19 - Js 20 - Js 21 - Js 22 - Js 23 - Js 24 - Js 25 - Js 26 - Js 27 - Js 28 - Js 29 - Js 30 - Js 31 - Js 32 - Js 33 - Js 34 - Js 35 - Js 36 - Js 37 - Js 38 - Js 39 - Js 40 - Js 41 - Js 42 - Js 43 - Js 44 - Js 45 - Js 46 - Js 47 - Js 48 - Js 49 - Js 50 - Js 51 - Js 52 - Js 53 - Js 54 - Js 55 - Js 56 - Js 57 - Js 58 - Js 59 - Js 60 - Js 61 - Js 62 - Js 63 - Js 64 - Js 65 - Js 66 -
Jesaja vers per vers - Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -

- bijbelverwijzingen - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z -

Overzicht van Tenach : Tenach : overzicht , Tenach : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Tenach : commentaar ,
Overzicht van Septuaginta
: Septuaginta : overzicht , Septuaginta : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Septuaginta : commentaar ,
Overzicht N.T. : N.T. : overzicht , N.T. : taalgebruik - N.T. A - N.T. B - N.T. C - N.T. D - N.T. E - N.T. F - N.T. G - N.T. H - N.T. I - N.T. J - N.T. K - N.T. L - N.T. M - N.T. N - N.T. O - N.T. P - N.T. Q - N.T. R - N.T. S - N.T. T - N.T. U - N.T. V - N.T. W - N.T. X - N.T. Y - N.T. Z - N.T. : commentaar .

Overzicht van Jesaja : Jesaja : overzicht , Jesaja : taalgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Jesaja : commentaar ,



- Js 31,1-3 . Tegen hulp uit Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -

Js 31,1 - Js 31,1 . Tegen hulp uit Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
31 1ouai oi katabainontes eis aigupton epi boètheian oi ef' ippois pepoithotes kai ef' armasin estin gar polla kai ef' ippois plèthos sfodra kai ouk èsan pepoithotes epi ton agion tou israèl kai ton theon ouk exezètèsan  31. 1 vae qui descendunt in Aegyptum ad auxilium in equis sperantes et habentes fiduciam super quadrigis quia multae sunt et super equitibus quia praevalidi nimis et non sunt confisi super Sanctum Israhel et Dominum non requisierunt     1 Wee dengenen, die in Egypte om hulp aftrekken, en steunen op paarden, en vertrouwen op wagenen, omdat er vele zijn, en op ruiters, omdat die zeer machtig zijn; en zien niet op den Heilige Israëls, en zoeken den HEERE niet.   [1] Wee hun die naar Egypte trekken om hulp, die steun verwachten van paarden, vertrouwen op strijdwagens, groot in aantal en de geweldige macht van de ruiterij, maar niet opzien naar de Heilige van Israël en de heer geen raad vragen.   1] Wee hun die naar Egypte gaan om hulp, die hun heil zoeken bij paarden, vertrouwen op een groot aantal wagens en een overmacht aan ruiters. Voor de HEER hebben zij geen oog, de Heilige van Israël zoeken zij niet.   1 ¶ Wee wie afdalen naar Egypte om hulp, op paarden willen steunen; ze achten zich veilig bij wagens zo talrijk en bij ruiters zo buitengewoon stevig: zonder acht te slaan op Israëls Heilige, zonder te raadplegen de ENE.   1. Malheur à ceux qui descendent en Égypte pour y chercher du secours. Ils comptent sur les chevaux, ils mettent leur confiance dans les chars, car ils sont nombreux, et dans les cavaliers, car ils sont très forts. Ils ne se sont pas tournés vers le Saint d'Israël, ils n'ont pas consulté Yahvé.  

King James Bible . 31 [1] Woe to them that go down to Egypt for help; and stay on horses, and trust in chariots, because they are many; and in horsemen, because they are very strong; but they look not unto the Holy One of Israel, neither seek the LORD!
Luther-Bibel . 31 1 Weh denen, die hinabziehen nach Ägypten um Hilfe und sich verlassen auf Rosse und hoffen auf Wagen, weil ihrer viele sind, und auf Gespanne, weil sie sehr stark sind! Aber sie halten sich nicht zum Heiligen Israels und fragen nichts nach dem HERRN.

Tekstuitleg van Js 31,1 .

1. hôj (wee) . Taalgebruik in Tenach : hoj (wee) . Getalwaarde : he = 5 , waw = 6 , jod = 10 ; totaal : 21 (3 X 7) . Structuur : 5 - 6 - 1 . Gr. ouai . Lat. vae . Fr. malheur . E. woe . D. weh . Js (22) : (1) Js 1,4 . (2) Js 1,24 . (3) Js 5,8 . (4) Js 5,11 . (5) Js 5,18 . (6) Js 5,20 . (7) Js 5,21 . (8) Js 5,22 . (9) Js 10,1 . (10) Js 10,5 . (11) Js 16,4 . (12) Js 17,12 . (13) Js 18,1 . (14) Js 28,1 . (15) Js 29,1 . (16) Js 29,15 . (17) Js 30,1 . (18) Js 31,1 . (19) Js 33,1 . (20) Js 45,9 . (21) Js 45,10 . (22) Js 55,1 .

Js 31,2 - Js 31,2 . Tegen hulp uit Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
2kai autos sofos ègen ep' autous kaka kai o logos autou ou mè athetèthè kai epanastèsetai ep' oikous anthrôpôn ponèrôn kai epi tèn elpida autôn tèn mataian  2 ipse autem sapiens adduxit malum et verba sua non abstulit et consurget contra domum pessimorum et contra auxilium operantium iniquitatem     2 Nochtans is Hij ook wijs, en Hij doet het kwaad komen, en trekt Zijn woorden niet terug; maar Hij zal Zich opmaken tegen het huis der boosdoeners, en tegen de hulp dergenen, die ongerechtigheid werken.   [2] Maar ook Hij is wijs, Hij kan rampen zenden en Hij zal niet op zijn beslissingen terugkomen. Hij neemt het op tegen het huis van de boosdoeners en tegen de helpers van boeven.   [2] Maar hij weet wat hij doet, hij brengt onheil en neemt zijn woord niet terug. Hij keert zich tegen dat verdorven volk en tegen hun metgezellen in het kwaad.   2 Maar nog altijd is hij wijs en laat hij kwaad komen, van zijn woorden zal hij niet afwijken; opstaan zal hij tegen het huis van de kwaadstichters, tegen hulp van wie onheil aanrichten.   2. Pourtant il est sage, lui aussi, et peut faire venir le malheur, il n'a jamais manqué à sa parole. Il se lèvera contre l'engeance des méchants, contre la protection des malfaisants.  

King James Bible . [2] Yet he also is wise, and will bring evil, and will not call back his words: but will arise against the house of the evildoers, and against the help of them that work iniquity.
Luther-Bibel . 2 Aber auch er ist weise und bringt Unheil herbei und nimmt seine Worte nicht zurück, sondern wird sich aufmachen wider das Haus der Bösen und wider die Hilfe der Übeltäter.

Tekstuitleg van Js 31,2 .

13. râ`a` (kwaad, slecht, verdrietig, ontevreden zijn) . Taalgebruik in Tenach : râ`a` (kwaad, slecht, verdrietig, ontevreden zijn) . Getalwaarde : resj = 20 of 200 , ajin = 16 of 70 ; totaal : 52 (2 X 26) OF 340 (2² X 5 X 17) . Structuur : 2 - 7 - 7 .
- act. hifil part. mann. mv. mëre`îm (boosdoeners) . Tenach (15) . Js (3) : (1) Js 1,4 . (2) Js 14,20 . (3) Js 31,2 .

13.

Js 31,3 - Js 31,3 . Tegen hulp uit Egypte - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat MT  Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
3aiguption anthrôpon kai ou theon ippôn sarkas kai ouk estin boètheia o de kurios epaxei tèn cheira autou ep' autous kai kopiasousin oi boèthountes kai ama pantes apolountai  3 Aegyptus homo et non deus et equi eorum caro et non spiritus et Dominus inclinabit manum suam et corruet auxiliator et cadet cui praestatur auxilium simulque omnes consumentur     3 Want de Egyptenaren zijn mensen, en geen God, en hun paarden zijn vlees, en geen geest; en de HEERE zal Zijn hand uitstrekken, dat de helper struikelen zal, en die geholpen wordt, zal nedervallen, en zij zullen al te zamen te niet komen.   [3] De Egyptenaren* zijn mensen, geen goden, hun paarden zijn vlees, geen geest. Als de heer zijn hand uitsteekt, struikelen de helpers en vallen degenen die geholpen worden; samen gaan zij ten onder.   [3] De Egyptenaren zijn mensen, geen goden, hun paarden zijn vlees, geen geest. Strekt de HEER zijn hand uit, dan struikelt de helper en valt degene die hulp zocht, en samen gaan ze te gronde.   3 De Egyptenaren zijn mens en geen godheid, hun paarden zijn vlees en geen geest: de ENE strekt zijn hand uit, en reeds is de helper gestruikeld, gevallen de geholpene, tezamen vinden zij allen hun einde. ••  3. L'Égyptien est un homme et non un dieu, ses chevaux sont chair et non esprit; Yahvé étendra la main : le protecteur trébuchera, le protégé tombera, tous ensemble ils périront.  

King James Bible . [3] Now the Egyptians are men, and not God; and their horses flesh, and not spirit. When the LORD shall stretch out his hand, both he that helpeth shall fall, and he that is holpen shall fall down, and they all shall fail together.
Luther-Bibel . 3 Denn Ägypten ist Mensch und nicht Gott, und seine Rosse sind Fleisch und nicht Geist. Und der HERR wird seine Hand ausstrecken, sodass der Helfer strauchelt und der, dem geholfen wird, fällt und alle miteinander umkommen.

Tekstuitleg van Js 31,3 .

7. rûach (geest) . Taalgebruik in Tenach : rûach (geest) . Taalgebruik in Jesaja : rûach (geest) . Getalwaarde : resj = 20 of 200 . waw = 6 . chet = 8 . Totaal : 34 (2 X 17) of 214 (2 X 107) . Structuur : 2 - 6 - 8 . Gr. pneuma (geest) . Taalgebruik in de Septuaginta : pneuma (geest) . Taalgebruik in het N.T. : pneuma (geest) . Lat. spiritus . Fr. esprit . E. spirit . Ned. geest . D. Geist . Een vorm van pneuma (geest) in de LXX (382) , in het N.T. (379) . Tenach (204) . Pentateuch (19) . Js (28) . Js 1-39 (13) : (1) Js 7,2 . (2) Js 11,2 . (3) Js 17,13 . (4) Js 19,3 . (5) Js 19,14 . (6) Js 25,4 . (7) Js 26,18 . (8) Js 29,10 . (9) Js 29,24 . (10) Js 31,3 . (11) Js 32,2 . (12) Js 32,15 . (13) Js 37,7 . w-r-û-ch (wërûach = en een geest OF wërèwach = en ruimte, verademing) . wërûach(en geest) : nevenschikkend voegw. wë + zelfst. naamw. rûach (geest) . wërûach (en een geest) . Tenach (2) : (1) Js 41,16 . (2) Js 42,5 .

7. - 8. wëlo´rûach (en niet een geest) . Tenach (3) : (1) Js 31,3 . (2) Jr 10,14 . (3) Jr 51,17 .

- Js 31,4-9 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -

Js 31,4 - Js 31,4 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
4oti outôs eipen moi kurios on tropon ean boèsè o leôn è o skumnos epi tè thèra è elaben kai kekraxè ep' autè eôs an emplèsthè ta orè tès fônès autou kai èttèthèsan kai to plèthos tou thumou eptoèthèsan outôs katabèsetai kurios sabaôth epistrateusai epi to oros to siôn epi ta orè autès  4 quia haec dicit Dominus ad me quomodo si rugiat leo et catulus leonis super praedam suam cum occurrerit ei multitudo pastorum a voce eorum non formidabit et a multitudine eorum non pavebit sic descendet Dominus exercituum ut proelietur super montem Sion et super collem eius     4 Want alzo heeft de HEERE tot mij gezegd: Gelijk als een leeuw, en een jonge leeuw over zijn roof brult, wanneer ook een volle menigte der herderen samengeroepen wordt tegen hem, verschrikt hij voor hun stem niet, en vernedert zich niet vanwege hun veelheid; alzo zal de HEERE der heirscharen nederdalen, om te strijden voor den berg Sions en voor haar heuvel.   [4] Dit heeft de heer mij gezegd: ‘Zoals leeuwen of leeuwenwelpen grommen bij hun prooi, zonder vrees voor de vele herders die hen met hun geschreeuw trachten te verjagen, en zonder zich daardoor te laten afschrikken, zo zal de heer van de machten neerdalen om te strijden op de Sionsberg en op zijn heuveltop.   [4] Dit zegt de HEER tegen mij: Zoals leeuw en welp grommend bij hun prooi staan – al komen de herders te hoop gelopen, zij storen zich niet aan hun geschreeuw en gaan niet voor het rumoer op de vlucht –, zo komt de HEER van de hemelse machten om op de hellingen van de Sion te strijden.  4 Want zó heeft de ENE tot mij gezegd: zoals de leeuw gromt, de welp over zijn prooi, tegen hem een volheid van herders wordt samengeroepen, hij voor hun stemgeluid niet terugschrikt en voor hun getier niet zwicht,– zó zal afdalen de ENE, de Omschaarde, om zijn heirschaar in te zetten op de berg van Sion, en op haar heuveltop.   4. Car ainsi m'a parlé Yahvé : Comme gronde le lion, le lionceau après sa proie, quand on fait appel contre lui à l'ensemble des bergers, sans qu'il se laisse terroriser par leurs cris ni troubler par leur fracas, ainsi descendra Yahvé Sabaot pour guerroyer sur le mont Sion, sur sa colline.  

King James Bible . [4] For thus hath the LORD spoken unto me, Like as the lion and the young lion roaring on his prey, when a multitude of shepherds is called forth against him, he will not be afraid of their voice, nor abase himself for the noise of them: so shall the LORD of hosts come down to fight for mount Zion, and for the hill thereof.
Luther-Bibel . 4 So hat der HERR zu mir gesprochen: Gleich wie ein Löwe und ein junger Löwe brüllt über seinem Raub, wenn man wider ihn aufruft die Menge der Hirten – er erschrickt vor ihrem Geschrei nicht und es ist ihm auch nicht angst vor ihrer Menge –, so wird der HERR Zebaoth herniederfahren auf den Berg Zion und auf seinen Hügel, um zu kämpfen.

Tekstuitleg van Js 31,4 .

Js 31,5 - Js 31,5 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
5ôs ornea petomena outôs uperaspiei kurios uper ierousalèm kai exeleitai kai peripoièsetai kai sôsei 5 sicut aves volantes sic proteget Dominus exercituum Hierusalem protegens et liberans transiens et salvans    5 Gelijk vliegende vogelen, alzo zal de HEERE der heirscharen Jeruzalem beschutten, beschuttende zal Hij haar ook verlossen, doorgaande zal Hij haar ook uithelpen.   [5] Zoals vogels heen en weer vliegen boven hun jongen, zo zal de heer van de machten Jeruzalem beschermen; Hij zal het beschermen en redden, Hij zal het behoeden en bevrijden.  [5] Zoals een vogel boven zijn nest vliegt, zo waakt de HEER van de hemelse machten over Jeruzalem, hij waakt en hij redt, hij beschermt en bevrijdt.   5 Zoals fladderende vogels zó zal de ENE, de Omschaarde, Jeruzalem beschutten,– beschutten en redden, in een paasdaad uitkomst geven.  5. Comme des oiseaux qui volent, ainsi Yahvé Sabaot protégera Jérusalem; par sa protection il la sauvera, par son soutien il la délivrera.  

King James Bible . [5] As birds flying, so will the LORD of hosts defend Jerusalem; defending also he will deliver it; and passing over he will preserve it.
Luther-Bibel . 5 Und der HERR Zebaoth wird Jerusalem beschirmen, wie Vögel es tun mit ihren Flügeln, er wird schützen, erretten, schonen und befreien.

Tekstuitleg van Js 31,5 .

Js 31,6 - Js 31,6 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
6epistrafète oi tèn batheian boulèn bouleuomenoi kai anomon  6 convertimini sicut in profundum recesseratis filii Israhel    6 Bekeert u tot Hem, van Denwelken de kinderen Israëls diep afgeweken zijn.  [6] Israëlieten, keer terug naar Hem van wie U zo ver bent afgedwaald.   [6] Kinderen van Israël, keer terug naar hem van wie jullie zo ver zijn afgedwaald.   6 ¶ Terugkeren zullen zij tot hem van wie zij zo diep zijn afgeweken, de kinderen Israëls!   6. Revenez à celui qu'ont si profondément trahi les enfants d'Israël.  

King James Bible . [6] Turn ye unto him from whom the children of Israel have deeply revolted.
Luther-Bibel . 6 Kehrt um, ihr Israeliten, zu dem, von welchem ihr so sehr abgewichen seid!

Tekstuitleg van Js 31,6 .

Js 31,7 - Js 31,7 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
7oti tè èmera ekeinè aparnèsontai oi anthrôpoi ta cheiropoièta autôn ta argura kai ta chrusa a epoièsan ai cheires autôn  7 in die enim illa abiciet vir idola argenti sui et idola auri sui quae fecerunt vobis manus vestrae in peccatum    7 Want te dien dage zullen zij verwerpen, een ieder zijn zilveren afgoden en zijn gouden afgoden, welke u uw handen tot zonde gemaakt hadden;  [7] Op die dag werpt u allemaal de zilveren en gouden afgoden weg die uw handen hebben gemaakt om ermee te zondigen.   [7] Op die dag zul je de goden verwerpen die je – tot je schande – gemaakt hebt van je goud en zilver.   7 Ja, te dien dage zullen zij verwerpen ieder zijn godenbeelden van zilver en zijn godenbeelden van goud,– die uw handen u hebben gemaakt, tot zonde.   7. Car en ce jour-là, chacun rejettera ses faux dieux d'argent et ses faux dieux d'or, qu'ont fabriqués pour vous vos mains pécheresses.  

King James Bible . [7] For in that day every man shall cast away his idols of silver, and his idols of gold, which your own hands have made unto you for a sin.
Luther-Bibel . 7 Denn zu der Zeit wird ein jeder seine silbernen und goldenen Götzen verwerfen, die eure Hände gemacht hatten euch zur Sünde.

Tekstuitleg van Js 31,7 .

Js 31,8 - Js 31,8 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
8kai peseitai assour ou machaira andros oude machaira anthrôpou katafagetai auton kai feuxetai ouk apo prosôpou machairas oi de neaniskoi esontai eis èttèma  8 et cadet Assur in gladio non viri et gladius non hominis vorabit eum et fugiet non a facie gladii et iuvenes eius vectigales erunt     8 En Assur zal vallen door het zwaard, niet eens mans, en het zwaard, niet eens mensen, zal hem verteren; en hij zal voor het zwaard vlieden, en zijn jongelingen zullen versmelten.   [8] Dan* valt Assur door een zwaard, maar niet door dat van een mens; en door dat zwaard, niet dat van een mens, wordt het verteerd. Het slaat ervoor op de vlucht en zijn jonge mannen moeten dwangarbeid verrichten.   [8] Dan wordt Assyrië geveld, maar niet door het zwaard van een mens; het wordt verslonden, maar niet door een mensenzwaard. Assyrië zal voor het zwaard op de vlucht gaan en zijn jongemannen zullen dwangarbeid verrichten.   8 Vallen zal Asjoer door een zwaard, maar niet van een man, een zwaard niet van een mens zal het verteren; moeten vluchten zal het voor het aanschijn van een zwaard en zijn uitgelezen jongelingen worden bestemd voor dwangarbeid.  8. Assur tombera par l'épée, non celle d'un homme, il sera dévoré par l'épée, non celle d'un mortel. Il s'enfuira devant l'épée, et ses jeunes gens seront asservis. 

King James Bible . [8] Then shall the Assyrian fall with the sword, not of a mighty man; and the sword, not of a mean man, shall devour him: but he shall flee from the sword, and his young men shall be discomfited.
Luther-Bibel . 8 Und Assur soll fallen, nicht durch Mannes-Schwert, und soll verzehrt werden, nicht durch Menschen-Schwert. Und es wird vor dem Schwert fliehen, und seine junge Mannschaft wird Frondienste leisten müssen.

Tekstuitleg van Js 31,8 .

2. ´asjsjûr (Assur) . Taalgebruik in Tenach : ´asjsjûr (Assur) . Getalwaarde : aleph = 1 , sjin = 21 of 300 , resj = 20 of 200 ; totaal : 42 OF 501 . Structuur : 1 - 3 - 2 . Tenach (124) . Pentateuch (4) . Js (36) . Js 1-35 (17) : (1) Js 7,17 . (2) Js 7,18 . (3) Js 7,20 . (4) Js 8,4 . (5) Js 8,7 . (6) Js 10,5 . (7) Js 10,12 . (8) Js 14,25 . (9) Js 19,23 . (10) Js 19,25 . (11) Js 20,1 . (12) Js 20,4 . (13) Js 20,6 . (14) Js 23,13 . (15) Js 27,13 . (16) Js 30,31 . (17) Js 31,8 . Js 36-38 (19) . Js 36 (8) : (1) Js 36,1 . (2) Js 36,2 . (3) Js 36,4 . (4) Js 36,8 . (5) Js 36,13 . (6) Js 36,15 . (7) Js 36,16 . (8) Js 36,18 . Js 37 (10) : (1) Js 37,4 . (2) Js 37,6 . (3) Js 37,8 . (4) Js 37,10 . (5) Js 37,11 . (6) Js 37,18 . (7) Js 37,21 . (8) Js 37,33 . (9) Js 37,36 . (10) Js 37,37 . Js 38 (1) Js 38,6 .
- wë´asjsjûr (en Assur) . Tenach (4) : (1) Gn 10,22 . (2) Js 52,4 . (3) Hos 11,5 . (4) 1 Kr 1,17 .

Js 31,9 - Js 31,9 . Tegen Assur - bijbeloverzicht -- bijbelverwijzingen -- Js (Jesaja) -- Js 31 -- Js 31,1-3 -- Js 31,4-9 -- Js 31,1 - Js 31,2 - Js 31,3 - Js 31,4 - Js 31,5 - Js 31,6 - Js 31,7 - Js 31,8 - Js 31,9 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem
9petra gar perilèmfthèsontai ôs charaki kai èttèthèsontai o de feugôn alôsetai tade legei kurios makarios os echei en siôn sperma kai oikeious en ierousalèm   9 et fortitudo eius a terrore transibit et pavebunt fugientes principes eius dixit Dominus cuius ignis est in Sion et caminus eius in Hierusalem     9 En hij zal van vreze doorgaan naar zijn rotssteen, en zijn vorsten zullen voor de banier verschrikken, spreekt de HEERE, die te Sion vuur, en te Jeruzalem een oven heeft.   [9] Dan vergaat de rots* van Assur van schrik, zijn leiders deserteren in paniek – godsspraak van de heer, die zijn vuur heeft op de Sion en zijn haard in Jeruzalem.’   [9] Verlamd van angst verliest de rots zijn kracht, zijn aanvoerders strijken ontzet het vaandel – zo spreekt de HEER, wiens vuur brandt in Sion, wiens oven laait in Jeruzalem.  9 Zijn rotssteen zal van schrik voorbijgaan, panisch zullen zijn vorsten vluchten voor het vaandel!– tijding van de ENE, die een lichtend vuur heeft op Sion, een oven in Jeruzalem.   9. Dans sa terreur il abandonnera son rocher, et ses chefs apeurés déserteront l'étendard. Oracle de Yahvé dont le feu est à Sion et la fournaise à Jérusalem. 

King James Bible . [9] And he shall pass over to his strong hold for fear, and his princes shall be afraid of the ensign, saith the LORD, whose fire is in Zion, and his furnace in Jerusalem.
Luther-Bibel . 9 Und sein Fels wird vor Furcht weichen, und seine Fürsten werden das Banner verlassen, spricht der HERR, der zu Zion ein Feuer und zu Jerusalem einen Glutofen hat.

Tekstuitleg van Js 31,9 .


SEPTUAGINTA

31 1ouai oi katabainontes eis aigupton epi boètheian oi ef' ippois pepoithotes kai ef' armasin estin gar polla kai ef' ippois plèthos sfodra kai ouk èsan pepoithotes epi ton agion tou israèl kai ton theon ouk exezètèsan2kai autos sofos ègen ep' autous kaka kai o logos autou ou mè athetèthè kai epanastèsetai ep' oikous anthrôpôn ponèrôn kai epi tèn elpida autôn tèn mataian3aiguption anthrôpon kai ou theon ippôn sarkas kai ouk estin boètheia o de kurios epaxei tèn cheira autou ep' autous kai kopiasousin oi boèthountes kai ama pantes apolountai4oti outôs eipen moi kurios on tropon ean boèsè o leôn è o skumnos epi tè thèra è elaben kai kekraxè ep' autè eôs an emplèsthè ta orè tès fônès autou kai èttèthèsan kai to plèthos tou thumou eptoèthèsan outôs katabèsetai kurios sabaôth epistrateusai epi to oros to siôn epi ta orè autès5ôs ornea petomena outôs uperaspiei kurios uper ierousalèm kai exeleitai kai peripoièsetai kai sôsei6epistrafète oi tèn batheian boulèn bouleuomenoi kai anomon7oti tè èmera ekeinè aparnèsontai oi anthrôpoi ta cheiropoièta autôn ta argura kai ta chrusa a epoièsan ai cheires autôn8kai peseitai assour ou machaira andros oude machaira anthrôpou katafagetai auton kai feuxetai ouk apo prosôpou machairas oi de neaniskoi esontai eis èttèma9petra gar perilèmfthèsontai ôs charaki kai èttèthèsontai o de feugôn alôsetai tade legei kurios makarios os echei en siôn sperma kai oikeious en ierousalèm


VULGAAT

31. 1 vae qui descendunt in Aegyptum ad auxilium in equis sperantes et habentes fiduciam super quadrigis quia multae sunt et super equitibus quia praevalidi nimis et non sunt confisi super Sanctum Israhel et Dominum non requisierunt 2 ipse autem sapiens adduxit malum et verba sua non abstulit et consurget contra domum pessimorum et contra auxilium operantium iniquitatem 3 Aegyptus homo et non deus et equi eorum caro et non spiritus et Dominus inclinabit manum suam et corruet auxiliator et cadet cui praestatur auxilium simulque omnes consumentur 4 quia haec dicit Dominus ad me quomodo si rugiat leo et catulus leonis super praedam suam cum occurrerit ei multitudo pastorum a voce eorum non formidabit et a multitudine eorum non pavebit sic descendet Dominus exercituum ut proelietur super montem Sion et super collem eius 5 sicut aves volantes sic proteget Dominus exercituum Hierusalem protegens et liberans transiens et salvans 6 convertimini sicut in profundum recesseratis filii Israhel 7 in die enim illa abiciet vir idola argenti sui et idola auri sui quae fecerunt vobis manus vestrae in peccatum 8 et cadet Assur in gladio non viri et gladius non hominis vorabit eum et fugiet non a facie gladii et iuvenes eius vectigales erunt 9 et fortitudo eius a terrore transibit et pavebunt fugientes principes eius dixit Dominus cuius ignis est in Sion et caminus eius in Hierusalem